Krimpbestrijding moet ook van onderop komen
Creatieve initiatieven van burgers en ondernemers zijn de beste remedie tegen de gevolgen van bevolkingskrimp. Gemeenten en provincies moeten initiatiefnemers wel actief ondersteunen. Het draait om de wisselwerking tussen de initiatieven van onderop en het beleid van boven.
Creatieve initiatieven van burgers en ondernemers zijn de beste remedie tegen de gevolgen van bevolkingskrimp. Gemeenten en provincies moeten initiatiefnemers wel actief ondersteunen. Het draait om de wisselwerking tussen de initiatieven van onderop en het beleid van boven.
35 experimenten
Dat is de belangrijkste conclusie uit een door Platform31 uitgevoerde evaluatie van 35 experimenten in krimp- en anticipeerregio’s, bedoeld om de negatieve effecten van bevolkingsdaling tegen te gaan. Sinds 2009 werken rijk, provincies en gemeenten samen in het interbestuurlijke Actieplan Bevolkingsdaling. Een jaar eerder startte Platform31 met in totaal drie experimenteerrondes, aanvankelijk bekostigd uit een experimenteerpotje (‘aanjaagbudget’) van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties. Ook lokale partijen en overheden droegen bij aan de opzet en uitvoering van de experimenten.
Noodzaak erkend
‘In de tien jaar waarover de pilots zich uitstrekten veranderde er veel’, constateert onderzoeker Ruud Dorenbos van Platform31, die het rapport samen met collega Matthijs Uyterlinde schreef. ‘Werd krimp bij de start van het experimentenprogramma in 2008 vaak nog ontkend, inmiddels wordt de noodzaak van maatregelen alom onderschreven. Krimp wordt geaccepteerd als feit. Ook in anticipeerregio’s waar de bevolking nog niet daalt, maar waar dat proces wel op de wat langere termijn wordt voorspeld. Er bestaat een grote behoefte aan innovatieve oplossingen.’
Driekwart succesvol
Zo’n driekwart van de experimenten bleek volgens Dorenbos in grote lijnen succesvol. ‘Zo is in Oost-Groningen een innovatiewerkplaats voor grensoverschrijdende samenwerking opgezet, geeft gebiedscoöperatie Zuidwest-Drenthe een positieve impuls aan de bedrijvigheid van de regio en delen huisartsen in Coevorden en Dalen niet alleen een gebouw, maar werken ze ook samen met de gemeente en andere partners aan preventieve maatregelen die gezondheidsklachten laten afnemen.’
Lange adem
Daartegenover staan projecten die niet van de grond kwamen. ‘Bijvoorbeeld omdat het economisch tij veranderde of projecttrekkers een andere functie kregen’, zegt Dorenbos. ‘Grosso modo is de les dat experimenten doorgaans veel meer tijd kosten dan initiatiefnemers denken. Vaak gaan burgers of organisaties vol goede moed met een project van start, maar is vervolgens een lange adem nodig. Juist dan kan een gemeente extra begeleiding bieden. Zorg er alleen wel voor dat het initiatief bij de burger blijft liggen.’
Provincies belangrijker
Opvallend is dat de provincies gaandeweg de drie experimenteerrondes een steeds grotere rol op zich namen. Ze doken volgens Dorenbos in het gat dat ontstond toen er vanuit het rijk wat minder beleidsaandacht uitging naar het krimpvraagstuk. ‘Daarnaast bleek een aantal experimenten al snel gemeentegrenzen te overstijgen, dus lag provinciale betrokkenheid voor de hand. Provincies zijn actiever gaan bijdragen aan het onderzoek.’
Regio Deals
Afgelopen jaar stak het Rijk een aantal de krimp- en anticipeerregio’s de helpende hand toe met de Regio Deals. ‘Dit zijn grote programma’s waar veel geld in omgaat’, zegt Dorenbos. ‘Maar hoe groter het programma, hoe ingewikkelder vaak ook de samenwerking, het besluitvormingsproces en de verantwoording. Het is mooi dat er extra geld is, maar laat het niet resulteren in grotere terughoudendheid van initiatiefnemende burgers. Juist die frisse ideeën zijn hard nodig.’
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.