De Jonge's 30 procent sociale huur lijkt weinig reëel
Minister De Jonge wil dat op termijn 30 procent van het woningbestand uit sociale huur bestaat. Hoe kansrijk is dat?
Twee derde van de gemeenten voldoet niet aan de eis van minister De Jonge dat 30 procent van het woningbestand uit sociale huur moet bestaan. Dat bleek dit weekend uit cijfers van Trouw over 2019. In 2020 zakte het gemiddelde percentage corporatiewoningen per gemeente nog verder naar 27,8 procent (waar het in 2016 nog 29,1 procent was). De 1,3 procent verschil betekent in praktijk een terugloop van vele tienduizenden woningen.
Weinig populair
Corporatiewoningen concentreren zich van oudsher in de grote steden, waar bijna de helft van het woningaanbod uit sociale huur bestaat. In de omliggende gemeenten ligt dat vaak op een fractie daarvan. Recente gegevens van de Metropoolregio Amsterdam (Mra) tonen bijvoorbeeld aan dat in Bloemendaal, Beemster, Laren en Edam-Volendam minder dan 20 procent van de woningen uit sociale huur bestaat. In veel randgemeenten is sociale huur weinig populair uit vrees ‘verkeerde doelgroepen’ aan te trekken.
Investeringskapitaal
De bouw van corporatiewoningen stond de afgelopen jaren onder druk door de ingevoerde verhuurderheffing. Tussen 2017 en 2020 was maar 16 procent van de opgeleverde nieuwbouw in handen van een corporatie. De verhuurderheffing wordt per 1 januari 2023 geschrapt, wat de corporaties meer investeringskapitaal moet opleveren.
250.000
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG ) wil dat er de komende jaren 250.000 corporatiewoningen worden bijgebouwd en 50.000 door de particuliere sector. Gemeenten zouden bij alle nieuwbouwplannen de eis van minimaal 30 procent sociale huur moeten vastleggen.
Private partijen drijven de huurprijzen in de loop der tijd vaak op
Niet zeker
Toch is bepaald niet zeker dat zo de beoogde aantallen en percentages sociale huur worden gehaald. Private partijen drijven de huurprijzen in de loop der tijd vaak op, waardoor woningen die kort na hun oplevering nog onder de socialehuurgrens vielen (in 2022: 763,47 euro), daar na een aantal jaar niet meer toe behoren.
Right to buy
Daarnaast overweegt het nieuwe kabinet werk te maken van het right to buy, dat corporatiehuurders het recht geeft hun woning te kopen. Een trend die zich al lijkt voor te doen. Na jarenlange terugloop van het aantal verkochte corporatiewoningen (van 17.000 in 2016 tot zo’n 11.500 in 2019), nam dat in 2020 tot bijna 20.000 toe (al beklemtoont een woordvoerder van corporatiekoepel Aedes dat een belangrijk deel daarvan onderlinge verkopen tussen corporaties betrof). Nieuwe wetgeving kan het aantal corporatiewoningen dat aan de huurmarkt wordt onttrokken wel weer laten oplopen.
Partnership
Aedes-voorzitter Martin van Rijn bepleitte onlangs in Binnenlands Bestuur een hernieuwd partnership tussen gemeenten en corporaties. ‘Ik denk dat corporaties en gemeenten voor een nieuwe tijd kunnen zorgen in de volkshuisvesting, mits ze elkaar opzoeken.' Behalve dat het tot meer aanbod van sociale huur moet leiden, zullen corporaties volgens Van Rijn, anders dan private partijen, tijd en geld willen steken in de leefbaarheid van een wijk. Maar een gemiddelde van 30 procent sociale huur lijkt een kwestie van lange adem.
Vaak wordt vergeten dat op iedere woning in de sociale sector -afhankelijk van de situatie- ca. E 100.000 tot E 200.000 moet worden bij geplust uit de overige onderdelen van het totale bouwplan.