Ziende blind, horende doof?
Bij Rijk en gemeenten staan veel beleidsgesprekken in het teken van de komende verkiezingen en de gevolgen van de crisis. Kan het beleid voort en blijft het budget in stand? De vraag is of het hierbij zou helpen als Rijk en medeoverheden elkaar vaker opzoeken.
Onlangs was er zo’n bijeenkomst, waarop vertegenwoordigers van regio’s pleitten voor extra geld voor regionale samenwerkingsprojecten. Na een moeizame start lijken die projecten - waarbij Rijk, provincie en gemeente de handen ineen hebben geslagen - vruchten af te werpen.
De beleidsuitvoerders zeggen gaandeweg steeds meer resultaat te boeken. Zij zijn zelfs onder één dak gaan werken. De lijntjes tussen organisaties en mensen zijn verkort, de noodzakelijke interventies komen sneller, men spreekt elkaar aan op wederzijdse bijstand en onderlinge afspraken worden nagekomen. De betrokken bestuurders denken wat genuanceerder. Veel blijkt onduidelijk. Is er wel winst behaald en wie mag die inboeken? Wie mag met resultaten naar de pers? De wethouder van de stad, de burgemeester van de regiogemeente, de bestuurder van de participerende instelling of de minister? En er zijn ook twijfels. Moet dat nieuwe logo nu echt overal op en verliezen uitgeleende medewerkers niet gaandeweg hun identiteit?
De rijksvertegenwoordigers horen en zien het allemaal aan met groeiend onbegrip. Samenwerken in de regio is prima, vooral doen. Maar wat levert dat in harde euri op? Niets? Kost het alleen maar geld, waarom doet u het dan? Is er zelfs niet juist sprake van een zekere nieuwe bureaucratie, nu onderlinge afspraken tussen organisaties moeten worden geharmoniseerd, vastgelegd, geprotocolleerd en ga zo maar door? En dat nieuwe pand en die extra manager, moeten die niet ook worden betaald? Is het doelmatig dat uitvoerende medewerkers twee bazen en twee werkplekken hebben?
Mooi verhaal kortom, maar kunt u de doelmatigheid of effectiviteit plausibel maken of aantonen? Neen? Dan houden we u liever aan de eerder gemaakte prestatieafspraken in de diverse departementale kolommen en geven u in overweging geen geld meer in deze samenwerkingsprojecten te stoppen maar gewoon de afgesproken prestaties te leveren. En ja, anders volgt er strafkorting. De rijksreactie verontrust de regionale pleitbezorgers voor meer middelen. Moet alles bedrijfsmatig aantoonbaar zijn? Is er geen vertrouwen in de professionaliteit van de uitvoerders?
Jawel, zeggen de rijksvertegenwoordigers. We respecteren jullie beleidsruimte. Niemand beter dan de regio weet wat er echt belangrijk is. Maar als we het goed begrepen koos jullie college vorig jaar voor een nieuw, duur theater, de buurgemeente voor een extra sporthal, de instelling voor een bestuurderssalaris boven de balkenendenorm. Dat is jullie keuze. Maar kom dan niet bij ons aan voor extra middelen voor dit project zonder een hard verhaal. Deze dialoog was nog niet af.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.