Gemeenten mogen faken dat ze extra jeugdzorggeld krijgen
Hoewel gemeenten alleen nog maar voor 2023 jeugdzorggeld is toegezegd, mogen ze doen alsof ze ook in 2024, 2025 en 2026 geld krijgen.
Gemeenten mogen in 2024, 2025 en 2026 in hun begroting opvoeren dat ze extra rijksgeld voor de uitoefening van taken in de jeugdzorg. Of ze dat geld ook daadwerkelijk krijgen, blijft onzeker.
Tussen het rijk en de koepels van gemeenten en provincies, IPO en VNG, is afgesproken dat gemeenten in hun meerjarenraming voor de jaarschijven 2024 tot en met 2026 rekening mogen houden met de volledige bijdragen uit de Hervormingsagenda Jeugd. Vorig jaar was dat nog 75 procent. Voor 2024 mogen gemeenten opschrijven dat 1,2 miljard euro ontvangen, 758 miljoen in 2025 en 367 miljoen in 2026. In werkelijkheid staat dat geld op een stelpost bij het ministerie van Financiën. Zonder die toezegging zouden honderden gemeenten onder preventief toezicht moeten komen. Zekerheid of het rijk die toezegging daadwerkelijk nakomt is er niet. Het rijk zou kunnen besluiten die budgetten voor 2024 en volgende jaren nodig te hebben voor andere zaken.
Besparing
Ook moeten gemeenten in die jaren tegelijkertijd rekening houden met een door het rijk voorgenomen besparing. Het kabinet wil in het kader van de hervorming van de jeugdzorg een pakket maatregelen invoeren, waardoor gemeenten als uitvoerende organisaties minder middelen nodig hebben of waarbij ze alternatieve inkomsten kunnen genereren. Dat laatste zou bijvoorbeeld kunnen door de invoering van een eigen bijdrage. De extra korting, zo is afgesproken, moeten gemeenten als volgt verwerken in hun meerjarenbegroting: 100 miljoen in 2024, oplopend tot telkens 500 miljoen in de daarop volgende twee begrotingsjaren.
Invulling ontbreekt
Hoe dat pakket eruit komt te zien, is nog niet bekend: over de precieze invulling van die nog te nemen wettelijke maatregelen wordt nog steeds onderhandeld. Mochten de maatregelen of een deel ervan geen of niet tijdig doorgang vinden, dan draait het rijk voor het budgettaire risico op.
Provinciaal toezicht
De gemaakte afspraken dienen alleen voor de verwerking in de meerjarenbegroting 2024-2026. De provinciaal toezichthouders blijven zelf verantwoordelijk voor de financiële toetsing van de individueel door de gemeenten opgenomen stelposten in hun meerjarenbegroting.
Is er nu wel duidelijkheid over wat gemeenten in hun meerjarenbegroting mogen opnemen qua jeugdzorginkomsten en -uitgaven, ongewis blijft vooralsnog wat ze in de laatste jaarschijf (2026) aan inkomsten uit het gemeentefonds kunnen verwachten. Vanaf dan gaapt er, afgaande op de plannen in het coalitieakkoord, een groot financieel gat. Om die reden wordt 2026 alom een ravijnjaar genoemd. Het kabinet is immers voornemens vanaf dat jaar te stoppen met de huidige manier van bekostigen van decentrale overheden. Over wat en of er iets voor in de plaats komt, is nog steeds geen ei gelegd. In die zin tasten ook de provincies als toezichthouders op de gemeentefinanciën in het donker.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.