Ravijnjaar: vloek of zegen?
Het is tijd om een serieuze discussie te voeren over welke zorg we financieren: niet alles hoort thuis op het bordje van gemeenten.
Het ravijnjaar nadert en de rand van het ravijn komt nóg sneller dichterbij dan gedacht. Door de incidentele korting op het gemeentefonds moeten gemeenten in 2025 ergens 675 miljoen euro vandaan zien te toveren.
Wat zou je doen als je thuis een grote financiële tegenvaller krijgt? Juist, dan kijk je naar de hoogste lasten die je hebt. In gemeenteland kom je dan uit bij het sociaal domein. Hier gaat een kwart van geld naartoe, de inkomensregelingen en participatie buiten beschouwing latend. Jeugdzorg is daarbinnen het grootste hoofdpijndossier, mede dankzij de openeinderegeling. Die regeling kun je een beetje vergelijken met hongerige pubers die in je huis rondlopen: ze zijn onverzadigbaar. Hoeveel chips en chocola je ook in huis haalt, het is altijd op aan het einde van de week.
Voor de jeugdzorg geldt iets soortgelijks: er is geen budgettair plafond. Hoe meer vraag naar zorg, hoe hoger de rekening voor de gemeente. En dat is dus wat we in de praktijk ook zien: een almaar stijgende vraag. Je zou kunnen stellen dat het ravijnjaar in dat opzicht een zegen is. Het dwingt gemeenten namelijk om echt anders te gaan denken over de jeugdzorg die een steeds groter deel van het budget opslokt. Ja, preventie is daarin op de lange termijn het antwoord. Maar op korte termijn zijn er meer onorthodoxe maatregelen nodig om de kosten beheersbaar te houden.
Het is tijd om een serieuze discussie te voeren over welke zorg we financieren: niet alles wat lastig is in het leven van opgroeiende kinderen en jongeren hoort automatisch (financieel) thuis op het bordje van de gemeente.
Het ravijnjaar dwingt gemeenten om echt anders te gaan denken over de jeugdzorg die een steeds groter deel van het budget opslokt
Verder is het de hoogste tijd voor een inkomensafhankelijke eigen bijdrage in de jeugdzorg. Zolang jeugdzorg ‘gratis’ is, voelt niemand de drempel om zorg aan te vragen. In de praktijk hoor je zelfs dat indicaties meerdere malen aangevraagd worden, tot het ‘gewenste‘ resultaat er is en de zorg ingezet kan worden.
Wacht nog even met je tegenargumenten. Ook de VNG zet namelijk in op deze richting. Onlangs schreef de VNG in het tweede deel van haar begrotingsadviezen aan de Nederlandse gemeenten het volgende:
'We kunnen ons voorstellen dat u kijkt naar onorthodoxe of controversiële maatregelen, zoals het instellen van budgetplafonds, wachtlijsten of meer rekening houden met het inkomen bij het verstrekken van voorzieningen. Dit kan schuren met de uitvoering van wettelijke taken. Zo lang het rijk geen duidelijke richting geeft aan hoe taken en middelen in balans gebracht worden, veronderstellen wij dat gemeenten maximaal de ruimte krijgen om een eigen invulling te kiezen.'
Ik snap de gevoeligheid echt wel hoor. Dit is geen fijne politieke boodschap om te brengen. Maar onorthodox of controversieel? Volgens mij investeren ouders doorlopend in het welzijn van hun kinderen. Als ze daar financieel toe in staat zijn, lijkt het me niet meer dan normaal dat ze dat ook gaan doen als het gaat om de jeugdzorg. Mijn advies is dan ook aan gemeenten om een inkomensafhankelijke bijdrage voor de jeugdzorg voor te bereiden en in te voeren.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.