Keukentafelgesprek

Meteen toen het onderzoeksrapport uitkwam over de gemeentelijke tekorten in de jeugdhulp las ik het, thuis in de keuken, bij het ontbijt. Op de ontbijttafel had ik staan: witte bolletjes, plakjes pastrami, gesneden oude kaas, en een pak halfvolle melk. 

Vraag: welk product op de tafel had de kortste houdbaarheidsdatum? Antwoord: het onderzoeksrapport. Dat was namelijk na zes dagen al over datum.

Dat zal ik even uitleggen. Op 30 april 2018 publiceerde het Centraal Bureau voor de Statistiek de cijfers over het gebruik van de jeugdhulp in 2017. Dat is inmiddels net iets meer dan een jaar geleden. Toen al kondigde het CBS aan dat het eind april 2019 de cijfers over 2018 zou publiceren.

Twee weken geleden, woensdag 24 april 2019, publiceerde minister De Jonge van jeugdzorg dat onderzoeksrapport over de jeugdhulp. Dat rapport gebruikte de actueelste jaarcijfers die er toen waren. Die dateerden dus van 30 april 2018. Dat onderzoeksrapport, dat ik aan de ontbijttafel las, bevatte daarom maar weinig nieuws. De minister kondigde daarbij aan in mei zijn reactie op het rapport te geven.

Zoals beloofd publiceerde het CBS op 30 april 2019 de cijfers over het gebruik van de jeugdhulp in 2018. Door die nieuwe cijfers kon het onderzoeksrapport van vorige week woensdag de prullenbak in. Want verouderd. Want over datum. Het rapport kón de prullenbak in, maar het hoefde er niet per se in. Want producten over datum zijn vaak nog prima te gebruiken. Dat beslist de minister.

De keus is aan hem. Als hij vindt dat uit de nieuwe cijfers blijkt dat de groei van de jeugdhulp in 2018 snel toenam, dan kan hij zich op het rapport met alleen de oude cijfers over 2017 beroepen. Maar als de minister vindt dat de groei van de jeugdhulp in 2018 niet meer zo snel toenam, dan kan hij zich op de recente cijfers over 2018 beroepen. Zo kan de minister de cijfers kiezen die hem het beste uitkomen. Zo kan hij de cijfers kiezen waarmee hij de minste compensatie aan de gemeenten hoeft te geven. Daarom geeft hij zijn reactie pas in mei.

Geen wonder dat ik me die woensdag, in de keuken, bij het ontbijt, toen ik dat rapport las, vreselijk verslikte.