NVRR: Raadsleden moeten uit rekenkamer
De dagen van raadsleden als lid van een lokale rekenkamer zijn geteld. Wat de Nederlandse Vereniging voor Rekenkamers en Rekenkamercommissies (NVRR) betreft, maken ze er niet langer deel van uit. Dat blijkt uit een brief van de NVRR aan de leden. Daarin spreekt het NVRR-bestuur zich onder andere uit voor een andere opzet en invulling van de lokale rekenkamers.
De dagen van raadsleden als lid van een lokale rekenkamer zijn geteld. Wat de Nederlandse Vereniging voor Rekenkamers en Rekenkamercommissies (NVRR) betreft, maken ze er niet langer deel van uit.
Dat blijkt uit een brief van de NVRR aan de leden. Daarin spreekt het NVRR-bestuur zich onder andere uit voor een andere opzet en invulling van de lokale rekenkamers. Het bestuur stelt voor de rekenkamercommissie – dat zijn de rekenkamerfuncties waarin raadsleden zitten – als aparte vorm af te schaffen en lokale rekenkamers alleen nog met externe, onafhankelijke leden te bezetten. Voorwaarde is wel ‘dat de betrokkenheid van raadsleden bij het werk van (alle) rekenkamers wordt geborgd’, aldus de NVRR. Dat kan op verschillende manieren, zoals met klankbordgroepen en programmaraden. Tenminste, als de raad dat wenselijk acht.
Verhoging kwaliteit
Het NVRR-bestuur wil de kwaliteit van rekenkamers verhogen. Daarvoor moeten eisen worden geformuleerd. ‘Het is een gemeenschappelijk belang van alle rekenkamers - en daarmee een taak voor de NVRR – om er voor te zorgen dat er geen rekenkamers zijn die kwalitatief en waarneembaar door het ijs zakken’, schrijft het bestuur. In voorbereiding is een eigen kwaliteitshandvest waaraan het functioneren van rekenkamers kan worden getoetst.
Kwaliteitseisen zouden volgens de NVRR ook kunnen betekenen dat er samenwerking nodig is tussen (kleine) gemeenten via een samenwerkingsverband van rekenkamers of een gemeenschappelijke rekenkamer.
Vreemd voorstel
Bij zeker 30 rekenkamers is het voorstel in het verkeerde keelgat geschoten. Onder andere de rekenkamers van Den Bosch, Eindhoven en Apeldoorn en de rekenkamercommissies van Zwolle, Groningen, Enschede en Venlo laten het NVRR-bestuur weten zich met het voorstel te vervreemden van een zeer groot deel van de leden. Het stoort die rekenkamers met name ook dat er consultatie noch overleg over dit standpunt is geweest. Een NVRR-standpunt over of een lobby voor een voorkeursmodel zonder raadsvertegenwoordiging is volgens hen niet gepast.
Zorgen Tweede Kamer
Aanleiding voor de oproep van het NVRR-bestuur met een voorstel te komen, is de verwachte brief van minister Plasterk van Binnenlandse Zaken over de toekomst van de lokale rekenkamers. Hij gaat daarmee reageren op een aangenomen motie van het PvdA-Tweede Kamerlid Manon Fokke, die zich zorgen maakt over hoe het er nu aan toe gaat bij veel lokale rekenkamers. In die brief zal de minister aandacht besteden aan de mogelijkheden om de formele positie en de kwaliteit van rekenkamers te verbeteren. Vooruitlopend op de reactie van Plasterk blijkt het NVRR-bestuur door het departement in de gelegenheid gesteld kennis te nemen van ‘de mogelijke redeneerlijn van de minister.’
Zwijgen onverstandig
De NVRR vindt dat zij zich moeten mengen in de discussie ‘en de meningsvorming over ons niet aan anderen moeten overlaten.’ Gelet op de ontstane commotie is een in haast belegd gesprek over het standpunt afgeblazen een extra ledenvergadering geagendeerd zo snel mogelijk na de zomer. ‘Maar het kan zijn dat er ook na de zomervakantie snelheid geboden is, waardoor we de kringen niet allemaal kunnen bezoeken voordat er een extra ledenvergadering plaats vindt over dit onderwerp’, aldus NVRR-voorzitter Jan de Ridder in een reactie aan de rekenkamer van Den Bosch. ‘De stappen die men nu in Den Haag wil zetten zijn te belangrijk om er als NVRR het zwijgen toe te doen.’
zie voor het Actieplan de volgende link
http://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_r …