‘Bij herziening sneuvelt hondenbelasting als eerst’
De heffing is niet meer van deze tijd, denkt hoogleraar Arjen Schep.
Bij een herziening van de gemeentelijke belastingmix in de Gemeentewet sneuvelt de hondenbelasting als eerst. Dat voorspelt Arjen Schep, bijzonder hoogleraar Heffingen van lokale overheden aan Erasmus School of Law in een interview met NPO Radio 1 over het dalend aantal gemeenten dat hondenbelasting heft.
Afname
Halverwege januari becijferde huisdierenverzekering.nl dat nog slechts 33 procent van de gemeenten hondenbelasting heft. Een daling van 7 procent ten opzichte van een jaar eerder. In 2010 vroeg nog meer dan 70 procent van de gemeenten belasting van hondenbezitters. De afname is dus aanzienlijk.
Draagvlak
Volgens het Erasmus is een belangrijke reden voor de afname van de hondenbelasting het afnemende maatschappelijke draagvlak. Gemeenten heffen wel belasting aan hondenbezitters, maar gebruiken dat geld vervolgens niet voor voorzieningen voor honden en baasjes. De belastingopbrengst vloeit simpelweg naar de algemene middelen.
Hoge Raad
Een hondenbezitters uit Sittard-Geleen bracht deze kwestie zelfs voor de rechter. Het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch oordeelde vervolgens dat de hondenbelasting inderdaad in strijd was met artikel 1 van de Grondwet, omdat de belasting geen verband hield met kosten die hondenbezit voor de gemeente meebrengt. De Hoge Raad schoof dit bezwaar echter weer van tafel en oordeelde dat het onderscheid tussen hondenbezitters en niet-hondenbezitters gerechtvaardigd is.
Ter discussie
Toch ziet Schep de hondenbelasting op termijn helemaal verdwijnen, zegt hij tegen Radio 1. Volgens de hoogleraar is de belasting niet meer van deze tijd en is deze ooit in het leven geroepen toen honden nog werden gezien als werkdieren. Honden zonder functie werden gezien als luxe, en daarom belast. Nu eigenlijk alle honden gezelschapsdieren zijn staat de heffing meer ter discussie. Waarom moeten hondenbezitters bijvoorbeeld wel betalen, maar eigenaren van katten en konijnen niet?
Herziening lokale heffingen
De gemeentelijke heffingen zijn volgens Schep in zijn geheel toe aan een grondige herziening. De laatste serieuze herziening stamt uit 1995. Andere belastingen, zoals de toeristenbelasting, dateren uit 1970. ‘Wat die heffing betreft: toeristisch verblijf in 1970 is drastisch veranderd. Denk aan de opkomst van platforms als Airbnb en Booking. Ook hebben gemeenten steeds meer taken gekregen van de rijksoverheid, zonder dat de ruimte om zelf daarvoor inkomsten te heffen, is toegenomen. Daardoor komen steeds meer gemeenten in de problemen.’
Omdat honden de openbare ruimte vervuilen zonder dat hondenbezitters dat zelf opruimen. Het aanleggen en onderhouden van prullenbakjes kost geld. Katten brengen overigens ook veel schade aan en zouden ook belast mogen worden.