Financieel toezicht provincies moet strenger
Provincies zijn te terughoudend bij het uitoefenen van het financieel toezicht op de gemeenten. Gemeenten die door verlieslijdende grondexploitaties hun algemene reserve binnen vier jaar niet positief kunnen krijgen, moeten acuut onder curatele worden geplaatst.
Provincies zijn te terughoudend bij het uitoefenen van het financieel toezicht op de gemeenten. Gemeenten die door verlieslijdende grondexploitaties hun algemene reserve binnen vier jaar niet positief kunnen krijgen, moeten acuut onder curatele komen.
De Raad voor de financiële verhoudingen (Rfv) stelt dat in het vandaag gepresenteerde advies Grond, geld en gemeenten. Preventief toezicht wordt nog te veel als een sanctie ervaren. Dat verklaart volgens de Rfv ook de terughoudendheid bij sommige provincies om het instrument te gebruiken.
Deugdelijke onderbouwing
De Rfv is een voorstander van een andere, ruimere opvatting van het provinciaal toezicht. Naast het uitdelen van het stempel repressief of preventief toezicht mag ook van een toezichthouder worden verwacht dat hij gemeenten wijst op de noodzaak van een deugdelijke onderbouwing van de grondexploitaties. Bij de beoordeling moet de toezichthouder volgens de adviesraad daarom ook kijken naar het realiteitsgehalte van de plannen en deze vergelijken met het ruimtelijk beleid en de prognoses van de provincie en de verwachtingen van andere gemeenten in de regio. Bij tegenstrijdigheden is dat voor de provincie voldoende reden de gemeenten daarop aan te spreken en als toezichthoudende overheid stringenter op te treden.
Interventieladder
Preventief toezicht moet volgens de Rfv niet als sanctie worden gezien maar als een instrument om te waarborgen dat wordt gewerkt van een financieel gezonde positie van de gemeente. Om dat te bereiken pleit de Raad voor meer maatwerk in het financieel toezicht. Zo moet worden voorkomen dat, anders dan nu, de gehele gemeentelijke begroting meerjarig onder preventief toezicht komt te staan, enkel vanwege een negatieve algemene reserve als gevolg van het grondbeleid.
De Raad beveelt daarom een interventieladder aan. Gemeenten met een negatieve algemene reserve als gevolg van tegenvallende grondexploitaties die dat niet binnen het tijdsbestek van de meerjarenbegroting (0-4 jaar) kunnen oplossen, komen onder preventief toezicht. Die gemeenten dienen met een plan van aanpak te komen dat voorziet in de sanering van het tekort binnen tien jaar. Na goedkeuring van het plan door de provincie beperkt het preventief toezicht zich primair tot het tot uitvoering brengen van dat plan.
Aanvullende uitkering
Als na de periode van tien jaar onverhoopt nog steeds sprake is van een negatieve algemene reserve, kan de gemeente onder strikte voorwaarden na die tien jaar in aanmerking komen voor een sanering van dat tekort, via een aanvullende uitkering. Voorwaarde is dat de lopende begroting – los van de grondexploitatieverliezen – structureel in evenwicht is en de gemeente in de periode van het preventief toezicht heeft meegewerkt aan het saneren van de grondexploitatie en via de verhoging van de onroerendezaakbelasting en de verlaging van het voorzieningenniveau een maximale inspanning heeft geleverd aan het oplossen van het probleem.
De resterende vraag is dan of de gemeente, gezien de marktomstandigheden, zelf in staat is de resterende negatieve algemene reserve alsnog aan te vullen, of dat er sprake is van een structureel probleem.
Reacties: 8
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Gevolg: onroerendzaakbelasting is met 100% gestegen!
En nog steeds onder curatele..
.Betere oplossing: Provincie Brabant heeft miljarden op de plank: Koop hiermee alle onrendabele gronden op van soortgelijke gemeenten. Dus geen gift, maar een deal. Beheer die gronden tot betere tijden of exploiteer ze op een andere manier.
En beloon gemeenten die wel verstandig met hun geld omgaan naar rato van inwoneraantal.
Wat maakt het nu uit of de AR wat hoger of lager is. Er komen betere tijden. Hoera!
Daarnaast zouden de provincies verder moeten kijken dan alleen cijfers. Ik moet helaas constateren dat zelfs verdiepingsonderzoeken niet het volledige beeld geven. Als een gemeente ermee wegkomt om risico's die moeilijk of niet echt zijn te kwantificeren dan maar niet mee te nemen in de berekeningen en waardoor het weerstand vermogen er veel rooskleuriger uitziet dan in werkelijkheid, enz. dan is blijkbaar een probleem aardig te verdoezelen ( en dat is Griekenland destijds ook gelukt)
Als we dat nu met griekenland zouden doen, waren we nog jaren bezig.
Gemeenten die feitelijk veel te duur zijn, hebben geen enkel probleem zolang te maar voldoende belasting ophalen.
Nee, laat er maar een autoriteit gemeentelijke markten ontstaan (EN DUS NIET BZK) die gemeenten echt beoordeeld.
ps: Overigens is onze rijksoverheid al jaren failliet. Ze hebben nog nooit een sluitende begroting gehad ondanks alle aardgasbaten. De EU afspraak is dan ook dat het tekort (niet overschot) maximaal 3% mag zijn. Welkom in griekenland ;-)