Wet Computercriminaliteit II aangenomen

De Eerste Kamer heeft ingestemd met het Wetsvoorstel Computercriminaliteit II en de goedkeuringswet voor het internationale Cybercrime Verdrag.

Het meest heikele punt bij de behandeling in de Eerste Kamer was het vervallen van de ‘beveiligingseis’. Het binnendringen in een computer was tot nu toe alleen strafbaar als daarbij een beveiliging werd gekraakt, een technische ingreep werd gedaan of van een valse identiteit gebruik werd gemaakt. In de nieuwe wet vervallen die eisen en is opzettelijk binnendringen zonder toestemming van de eigenaar strafbaar.

Bij monde van CDA-senator Hans Franken, hoogleraar recht en informatica en mede-opsteller van de Wet Computercriminaliteit I, protesteerden de fracties bij de eerste behandelronde in januari tegen het laten vallen van de beveiligingseis. ‘De verzekering keert na inbraak ook niet uit als de woning niet deugdelijk was afgesloten’. Bovendien was men beducht voor het gevaar dat surfers onbewust, bijvoorbeeld door het volgen van een ‘deep link’, op verboden plaatsten terecht komen.

Hoewel minister Donner niet tegemoet is gekomen aan de bezwaren, stemden de senatoren toch in met de wetsvoorstellen. “Wij durfden hem niet terug te sturen omdat de invoering van de wet al jaren duurt”, zegt Franken.

Wie opzettelijk een computer binnendringt riskeert voortaan een jaar gevangenisstraf. Ook verspreiding van virussen of spam en het uitvoeren van een DDoS-aanval kunnen een jaar cel opleveren. Informatie stelen levert maximaal vier jaar op.

Ook de voorbereiding van computercriminaliteit wordt harder gestraft, tot maximaal vier jaar cel. Daarbij gaat het om de verkoop, het maken of in bezit hebben van technische hulpmiddelen, zoals programma’s of bestanden met wachtwoorden, waarmee een computermisdrijf kan worden gepleegd. Dan moet wel worden aangetoond dat iemand het oogmerk had een misdrijf te plegen. (Peter Lievense)