Basisregistratie Personen vaak niet op orde
Uit een zelfevaluatie blijkt dat gemeenten voldoen aan de wettelijke eisen, maar een steekproef laat een minder florissant beeld zien.
De Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) heeft in 2022 op steekproefbasis 30 gemeenten bezocht om persoonsgegevens in de Basisregistratie Personen (BRP) te toetsen op afwijkingen. Bij maar liefst 22 ervan werd er op meer dan 15 procent een afwijking gevonden.
Zelfevaluatie
Dat blijkt uit een evaluatie die onlangs is gepubliceerd. Alle 344 Nederlandse gemeenten hebben in 2022 een zelfevaluatie voltooid waarbij zij inzicht krijgen of werkprocessen in overeenstemming met wet- en regelgeving zijn ingericht en of de uitvoering daarvan leidt tot de gewenste kwaliteit van gegevens in de BRP. Daaruit blijkt dat gemeenten grotendeels voldoen aan de wettelijke eisen, maar uit een aanvullende steekproef om te zien of eigen controles goed zijn uitgevoerd rijst echter een minder florissant beeld.
Steekproef: onvoldoende resultaat
RvIG-controleurs hebben in 2022 30 gemeenten bezocht om persoonslijsten met daarin onder meer naam, geboortedatum, geboorteplaats, geslacht, gegevens over ouders, nationaliteit en verblijfsadressen, te toetsen. Bij maar liefst 22 van de 30 gemeenten kwam er een onvoldoende resultaat uit de bus. Er werden bij deze gemeenten op 15 procent van de gecontroleerde persoonslijsten afwijkingen geconstateerd die door de gemeente tijdens de eigen controle niet waren opgemerkt. Volgens de RvIG komt dat voornamelijk door een gebrek aan kennis bij de medewerkers van de bezochte gemeenten.
Gemeenten die zichzelf in de zelfevaluatie een score van minder dan 90 procent toebedeelden op drie of meer wettelijke eisen worden door RvIG de komende tijd gemonitord. Ook de gemeenten die voor het tweede jaar op rij de norm overschrijven qua fouten bij een controle zijn geselecteerd. Er worden met hen gesprekken gevoerd en mogelijk volgt er daarna een monitoringstraject.
Gebrek aan kennis en ervaring
Veelgenoemde oorzaken voor de gemaakte fouten zijn volgen RvIG het niet op tijd vaststellen van een continuïteitsplan, kennisgebrek door het vertrek van ervaren medewerkers, niet-vervulde vacatures en een gebrek aan tijd voor de opleidingen van medewerkers vanwege personeelsgebrek. De RvIG merkt verder op dat de medewerkers die de zelfevaluaties hebben ingevuld dit vaak voor het eerst deden. ‘Gebrek aan kennis en ervaring leidden tot te voorzichtig beantwoorden.’
De evaluatie kent echter ook een positieve noot: het aantal lager scorende gemeenten is dit jaar verbeterd. ‘Het duurt over het algemeen enkele jaren voordat lager scorende gemeenten hun processen op orde hebben, maar als dit gerealiseerd is blijft dit meestal langere tijd op het vereiste niveau.’
Het gehele rapport is hier te vinden.
Van AVG tot NIS2 en BIG. Maar BPR spant toch wel de kroon.