Gemeenten moeten aan de bak voor privacywetgeving 2018
In 2018 moet de wetgeving ter bescherming van persoonsgegevens door gemeenten flink aanscherpt zijn met een nieuwe ‘privacy-verordening’. Of de strengere regelgeving wel haalbaar is vraagt Marieke Thijssen van advocatenkantoor Hekkelman zich af.
In 2018 moet de wetgeving ter bescherming van persoonsgegevens door gemeenten flink aanscherpt zijn. Momenteel wordt er nog uitgegaan van onder andere de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp). Een nieuwe ‘privacy-verordening’ moet daar verandering inbrengen. Of de strengere regelgeving wel haalbaar is vraagt Marieke Thijssen van advocatenkantoor Hekkelman zich af.
Wetgeving uit ander tijdperk
De Wbp is gemaakt in een tijd dat persoonsgegevens ‘in figuurlijke zin alleen nog op papier stonden’, vertelt Marieke Thijssen, specialist privacyrecht van advocatenkantoor Hekkelman. Met een nieuwe verordening, in de wandelgangen ook wel ‘privacyverordening’ genoemd, worden de huidige regels met betrekking tot privacy naar verwachting in 2018 aangescherpt en krijgt de toezichthouder, het College bescherming persoonsgegevens (Cbp) meer mogelijkheden om de privacywet te handhaven. ‘Momenteel geven veel gemeenten nog hun eigen invulling aan diverse privacy-regels. Niet alles omtrent privacy is momenteel dus even scherp geregeld en de huidige wetgeving wordt door veel gemeenten nog niet helemaal nageleefd.’ Volgens Thijssen loopt de wetgeving soms nog achter de feiten aan omdat er tegenwoordig gebruik wordt gemaakt van ‘heel andere technieken’ dan bijvoorbeeld tien of twintig jaar geleden. ‘De wetten die nu gelden zijn gebaseerd op een periode waarin er nog geen sprake was van de enorme hoeveelheid data die we nu hebben. Daardoor is veel onduidelijk en gaat het soms nog wel eens mis.’
Prangende vragen
Voor gemeenten ontstaan er met de privacyverordening van 2018 enkele prangende vragen, zo vermoedt Thijssen. ‘Is de beveiliging van al die data wel goed op orde? Zijn de systemen wel goed genoeg? Wie heeft er toegang tot de data? Welke gegevens bewaar je en welke niet?’ Vanaf 2018 moeten gemeenten stappen hebben gemaakt. De regelgeving belooft veelomvattend te worden. ‘Het zal een zware klus worden om alles op tijd rond te krijgen. De nieuwe regels zullen ongetwijfeld een hoop vergen. Gemeenten moeten een inventarisatie maken van alle gegevens die zij gebruiken. Dan is het zaak om te kijken hoe de beveiliging aangescherpt kan worden om aan de nieuwe normen te voldoen. Al met al levert dat een hele hoop werk op.’, aldus Thijssen.
Haalbaarheid
Voor een grote gemeente met veel middelen is de overgang naar de nieuwe wetgeving haalbaar, denkt Thijssen. ‘Er is daar al veel kennis over privacy-regels. Een kritiekpunt is of dit voor de kleinere gemeenten wel haalbaar is. De tekst van de verordening is natuurlijk nog niet definitief. Maar het is de vraag of een kleinere gemeente aan exact dezelfde voorwaarden moet gaan voldoen, of dat hier onderscheid gemaakt wordt omdat dit voor hun misschien niet haalbaar is.’ Of ook kleinere gemeenten de nieuwe standaarden op tijd gaan behalen is ‘zeer de vraag’, vermoedt Thijssen. ‘Behalve het feit dat er nu veel meer data wordt opgeslagen dan een paar jaar terug en gemeenten aan die verantwoordelijkheid al hun handen vol hebben, moeten zijn straks nog veel meer de regels naleven dan nu het geval is.’
Nogal dramatisch, maar het is dan ook niet waar. Daarvoor hoef je maar naar de geschiedenis te kijken en - vooral - de Memorie van Toelichting op de WPR er maar op na te lezen. De WPR 1995 was overigens een nationale uitwerking van de Europese privacyrichtlijn 95/46/EG.
Wat sinds de jaren '90 wél aantoonbaar is is het systematische, zo niet systemische, gebrek aan accountability en beveiligingsbewustzijn. Tot uitdrukking komend in vele rapporten. Nog het meest pregnant die m.b.t. de bewakers van onze rechtsstaat, nl. politie, justitie en wethouders.
Daarnaast lijkt het er ernstig op dat de komende richtlijn alweer politiek wordt uitgekleed voordat zij definitief geworden is. De rol van het Europese Hof is dan ook nog niet uitgespeeld.
Quis custodiet ipsos custodes?