Digitale Wabo is geen ramp
 In de beeldvorming over de digitalisering van de Wabo lijkt het alsof de invoering van de wet afstevent op een ramp. Het tegendeel is het geval.
De invoering van de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) is een historisch moment geweest: de grootste wetswijziging op het gebied van bouwen en omgevingsrecht die ons land ooit heeft gekend met tegelijkertijd een om schakeling naar digitalisering voor het hele proces. Dit historische feit heeft overigens minder aandacht gehad dan de (oplosbare) aanloopproblemen. De Wabo heeft een aantal centrale gedachten: integraal, uniform en minder administratieve lasten. Omdat de gemeente meer moet coördineren en afstemmen, levert het in dat opzicht meer werk op voor de gemeente. Maar er zijn ook grote winsten te behalen, want juist door digitalisering kan de gemeente de administratieve lasten verlagen.
Voor de Wabo werden vergunningen voor bijvoorbeeld bouwen, slopen, kappen en brandveilig gebruik, apart aangevraagd en afgehandeld op papier. Elke aanvraag met gemiddeld vier of vijf exemplaren van de stukken, zorgde voor een omvangrijk logistiek proces van advisering en beschikken. In de praktijk betekende dat heen en weer lopen naar dossierkasten en de goede stukken bij elkaar zoeken in dossiers. Voor elk advies moest een aparte set stukken heen en weer gestuurd, voor elke beschikking moesten weer vier sets worden verzameld voor de aanvrager en andere doeleinden, die grotendeels allemaal ook nog moesten worden gearchiveerd. Rekent u maar uit hoeveel administratieve lasten dat met zich mee bracht.
In het digitale tijdperk van de Wabo worden diezelfde activiteiten in één keer aangevraagd, waarbij van elk document maar één digitaal exemplaar nodig is. Slim georganiseerd, kun je in één applicatie de volledige aanvraag en vervolgens álle toetsing en advisering regelen. Dat kan op gemeentelijk niveau, maar nog beter is het om dat op landelijk niveau te regelen op een uniforme manier voor iedereen.
Dit betekent afscheid van een aanzienlijke administratieve last en de verschillende manieren van aanvragen. Het te volgen proces is hiervan voor de rest niet afhankelijk. Dat heeft het voormalige ministerie van VROM ook gedacht en daarom ontwikkelde het terecht het Omgevingsloket Online (OLO). Vernieuwend en lastenverlichtend voor zowel aanvrager als (lokale) overheid waarbij de autonomie van gemeenten niet wordt aangetast. Voor gemeenten die toch de dossiers volledig binnen het eigen netwerk willen hebben, biedt het loket de mogelijkheid het dossier te kopiëren naar een intern systeem, waarin hetzelfde binnen het eigen netwerk kan worden gerealiseerd. Gemeenten die dat hebben gedaan, gebruiken overigens alsnog een deel van het dossier buiten het eigen netwerk.
In Delft wordt nu al gewerkt met het OLO als volledig, digitaal dossier. Het zoeken van een dossier en tekening in het OLO duurt echt niet langer dan zoeken in een dossierkast en het dossier zelf. We merken nu al dat we veel minder administratieve handelingen hoeven te verrichten. Delft is groot voorstander van het OLO en de verdere ontwikkeling ervan. Wij hopen zelfs op een landelijk omgevingsarchief. Een omvangrijke wijziging als de Wabo is niet zomaar geland in het werkveld. Het moeilijkste is om de herinnering aan het verleden los te laten. Maar er zijn genoeg positieve verhalen bij gemeenten die verschillende keuzes hebben gemaakt in digitalisering. Wanneer ervaringen en kennis worden gedeeld, kunnen gemeenten snel stappen zetten. Want zonder de eerste stappen, leer je nooit lopen.
Marnix Duinkerken, medewerker beleid en kwaliteit vakteam bouw- en woningtoezicht, gemeente Delft
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.