Hoe Capgemini steeds dominanter wordt bij IT-overheidsprojecten
Uit een inventarisatie van iBestuur van grote IT-projecten van het Rijk komt een duidelijke top 3 van leveranciers naar voren.
IT-bedrijf Capgemini werd in de afgelopen tien jaar bij maar liefst 37 van 148 grote IT-overheidsprojecten ter waarde van 5 miljoen euro of meer ingeschakeld, zo blijkt uit een inventarisatie van iBestuur. Experts waarschuwen naar aanleiding daarvan voor een te grote afhankelijkheid van de top 3 leveranciers, waarbij Capgemini de kroon spant.
Capgemini haalt de laatste jaren de ene na de andere grote IT-opdracht binnen van het Rijk, terwijl de IT-reus en de overheid in 2017 nog tegenover elkaar stonden in de rechtbank vanwege 21 miljoen euro kostende onbruikbare ‘spaghetticode’. Van een vertrouwensbreuk is in en na die periode nooit sprake geweest: Sterker nog: het bedrijf trekt grote sindsdien alleen maar meer grote IT-projecten naar zich toe.
In de top 10 IT-leveranciers die het vaakst betrokken zijn bij grote IT-projecten ter waarde van 5 miljoen euro of meer van het Rijk in de afgelopen tien jaren tekent zich een duidelijke top drie af. Achter Capgemini (37 projecten) volgen IT-bedrijven Atos (22) en IBM (19). Daarna komen KPN (12 projecten) en Ordina (10 projecten) die plek 4 en 5 bezetten. Overige top 10 leveranciers zitten dicht op elkaar: zij zijn in de afgelopen tien jaar betrokken bij 4 tot 6 grote IT-projecten.
Behalve dat Capgemini erg ver boven de rest uittorent, is ook de nummer twee van de inventarisatie opvallend: Atos, dat momenteel zelf in een zeer wankele financiële positie verkeert. Een eventueel wegvallen van één van de topleveranciers kan grote effecten op de markt hebben, bijvoorbeeld toenemende afhankelijkheid van andere leveranciers. Bij zowel landelijke als lokale overheden worden er al volop alternatieven voor Atos verkend. De Fransen zijn momenteel betrokken bij diverse megaprojecten, waaronder het vervangen van de gehele IT-infrastructuur van Defensie en belangrijke processen voor het uitbetalen van de AOW en Kinderbijslag.
Capgemini is gegroeid
Pablo Derksen (53), directeur Public van het IT-consultancybedrijf, bevestigt het beeld dat Capgemini in de afgelopen jaren meer opdrachten naar zich toe weet te trekken. “We zijn al langer marktleider in het publieke domein, maar er is inderdaad een verschuiving: we krijgen meer opdrachten, groeien in omzet en we maken vooral meer impact. We zijn meer zichtbaar aan het worden.”
De oorzaak van die toegenomen dominantie heeft te maken met de toegenomen complexiteit van IT-projecten bij het Rijk. Omdat IT steeds meer doorvlochten is in de werkwijze van organisaties, worden projecten steeds complexer, vertelt Derksen. Een IT-project is tegenwoordig veel meer dan alleen een stukje technologie vervangen. “Wij nemen klanten van begin tot het eind mee en leveren consultatie, ondersteuning, de realisatie én de implementatie. We zijn van begin tot eind betrokken en in dat traject hebben we steeds meer ervaring opgedaan.”
Een eigen ecosysteem
Capgemini nam in 2019 bijvoorbeeld Altran over, dat bedreven is in hightech engineering en het ontwikkelen digital twins. Het bedrijf is van huis uit een IT-consultancybedrijf, maar ontwikkelde zich in de afgelopen jaren door, vertelt Derksen. Capgemini beschikt inmiddels zelfs over een heel eigen ‘ecosysteem’ aan grote technologieleveranciers, ingenieursbureaus en kennisorganisaties waar het uit kan putten voor grote IT-projecten van de overheid.
Derksen: “En dat moet ook. Digitaliseringopgaves voor de overheid zijn inmiddels zo groot en complex dat je ze niet meer alleen kan doen. Je moet samenwerkingsverbanden smeden. Er komt nu zoveel bij kijken, dat je ook wel groot móet zijn om het goed te kunnen doen. De benodigde kennis is niet breed voor handen en ligt bij slechts een klein aantal partijen waaronder Capgemini.”
Capgemini wordt door de overheid gezien als een ‘hoofdaannemer’ die zelfstandig onderaannemers kan inschakelen. Dat gebeurt inmiddels volop. Zo ook bij het vervangen van verouderde systemen van UWV waar Capgemini onderaannemer Blu Age inschakelde. Voor het IT-beheer van werkplek- en datacentrumdiensten kwam Capgemini uit bij onderaannemer HP. Voor de Europese Commissie zocht het bedrijf als hoofdadviseur zelf de leveranciers uit om het European Support Center for Data Sharing te bouwen.
Capgemini hoofdaannemer
Capgemini ambieert deze rol van hoofdaannemer graag. Derksen ziet een overheid die de komende jaren volop veranderingen wil doormaken: bijvoorbeeld op gebied van wonen, zorg en klimaat. “Wij kunnen in deze projecten in het belang van de opdrachtgever de juiste uitvoerders samenstellen en we nemen daarin ook zelf verantwoordelijkheid. Je wil als overheid voorkomen dat je allerlei contractpartijen hebt die onafhankelijk van elkaar werken of los van elkaar werken.”
Maar hoe wenselijk is het dat een leverancier zo bepalend is bij zoveel verschillende grote IT-projecten? Experts vinden de concurrentie voor aanbestedingen op basis van deze inventarisatie niet alarmerend, maar waarschuwen wel voor een te grote afhankelijkheid. Zo ook Pieter Kuypers, bijzonder hoogleraar Europees en nationaal aanbestedingsrecht.
‘Geen groot probleem’
Het marktaandeel op basis van de inventarisatie is wat hem betreft “geen groot probleem”. Hij heeft wel erger gezien. “Een marktaandeel van boven de vijftig procent begint problematisch te worden, of wanneer er bij een aanbesteding slechts één serieuze partij zich meldt.”
Er is echter wel één belangrijk punt van zorg: wordt de overheid voor zijn IT-projecten nu niet te afhankelijk van één partij?” Kuypers neemt Centric als voorbeeld, dat in korte tijd diverse grote klanten verloor omdat de continuïteit van dienstverlening in gevaar leek te komen door de wispelturige eigenaar Gerard Sanderink.
Veel gemeenten vanwege hebben vanwege de specifieke programmatuur die Centric levert geen echte uitweg in het geval Centric wegvalt. “Je mag Capgemini alleen niet uitsluiten omdat de overheid anders té afhankelijk wordt. Maar het is wel zaak om de lange termijn in de gaten te houden.”
Onderkant is bereikt
De overheid moet de situatie op de markt goed blijven monitoren. “De Chief Procurement Officer (CPO) van het Rijk adviseer ik om blijvend te bekijken hoe er in de toekomst een afhankelijkheid van één leverancier voorkomen kan worden. Met deze dominante top 3 is er in mijn ogen wel een onderkant bereikt als het gaat om gezonde concurrentie.”
Fredo Schotanus is hoogleraar Publieke Inkoop bij Universiteit Utrecht, vindt de situatie ‘niet zorgwekkend, maar wel een aandachtspunt’. Op de markt voor bijvoorbeeld schoonmakers kunnen veel bedrijven dezelfde klant bedienen, in de markt voor grote ICT-projecten bij de overheid geldt dit volgens hem niet. “Er worden referenties gevraagd, bepaalde specifieke kennis. Organisaties moeten daarin groeien en bepaalde capaciteit kunnen leveren.”
Chinese of Amerikaanse overname
Maar net als Kuypers ziet ook Schotanus grote afhankelijkheid als riskant, in het geval een bedrijf ineens om komt te vallen, of wordt overgenomen. Capgemini en Atos zijn de Europese bedrijven, daarachter volgen twee Amerikaanse reus IBM. “Uiteraard kun je ondanks geopolitieke spanningen goede afspraken maken, maar stel dat Amerika de komende jaren verandert in geopolitiek opzicht, dan ontstaat er een verhoogd risico.”
Het feit dat Capgemini regelmatig benoemd wordt als hoofdaannemer bij IT-projecten voor het Rijk, vindt Schotanus ook een belangrijk aspect als het gaat om risico. “Als je een startup bent of een midden- en kleinbedrijf dat als ondernemer werkt voor Capgemini: zoiets is niet per se de meest aantrekkelijke positie. Zij worden afhankelijk van Capgemini om hun werk te kunnen blijven doen en dan is er geen gelijkwaardige relatie meer.”
‘Niet achteroverleunen’
Een constructie waarin Capgemini de inrichting van projecten volledig zelf bepaald vindt Schotanus ‘tricky’, want er is dan een ‘incentive’ om zelf eruit te pikken waar het meeste op verdiend wordt en de zaken waar minder op wordt verdiend uit te besteden aan onderaannemers.” De overheid moet volgens Schotanus ‘niet achteroverleunen en denken: ze regelen het wel voor ons. Zelf blijven meekijken en ook afspraken maken in contracten over onderaanneming blijft nodig.’
Concurrentie tussen hoofdaannemers
Het bedrijf zelf ziet nog genoeg concurrentie op de IT-overheidsmarkt, waaronder diverse grote consultancybedrijven die zich steeds meer op IT-projecten toeleggen. Derksen stelt wel dat de concurrentie als het gaat om het aanstellen van ‘hoofdaannemers’ beperkt zal blijven.
Groei is niet noodzakelijk
De komende jaren hoeft Capgemini ook niet zo nodig nóg meer marktaandeel te verwerven. “We vinden het belangrijker om de vele uitdagingen van de overheid op een goede manier te organiseren. Daarmee behouden aantrekkingskracht te behouden en om mensen te bieden, maar impact leveren op de Nederlandse samenleving is ook een doel. Wij zijn steeds meer in staat om onze internationale ervaring ook aan te bieden op de Nederlandse publieke markt, op onder meer het gebied van verduurzaming, onderwijs, wonen, zorg. De opdrachten die wij nu binnenhalen hebben een heel ander karakter dan tien jaar geleden: de impact op de samenleving is nu groter.
Dat Capgemini in de komende jaren weer spaghetticode levert lijkt onwaarschijnlijk. Derksen: “Ik denk dat wij hierin ook gegroeid zijn. Als ik kijk naar de rol die wij nu vervullen voor de overheid, dan is het vertrouwen goed hersteld. Wij meten nu in al onze projecten de klanttevredenheid en gebruiken daarbij vaste mechanismen daarin zodat we in een vroeg stadium kunnen evalueren wat wij hebben geleverd.”
Tel daar bij op dat de overheidsklant zich kenmerkt door gebrek aan Goed Opdrachtgeverschap en vakkennis, en alle ingrediënten voor een rampscenario zijn aanwezig.