Advertentie
digitaal / Ingezonden

Een minister voor Digitale Zaken is gedoemd te mislukken

Laat de verantwoordelijkheid voor ict-voorzieningen bij uitvoerders en richt je op een beter personeelsbeleid.

21 mei 2024

Een eventuele minister voor Digitale Zaken is gedoemd om te mislukken en wel om de volgende drie redenen. Ten eerste is er bij de bestuurders onvoldoende ict-kennis. Ten tweede denken de betrokken ambtenaren te veel vanuit dossiers en bestaande processen en hanteren zij geen datagerichte benadering. Ten derde is het personeelsbeleid van de overheid suboptimaal. Toch blijft de roep om een minister voor Digitale Zaken als panacee voor alles onverminderd groot.

Op 20 april jl. riepen de VNG en IPO op om een minister voor Digitale Zaken aan te stellen. Belangrijkste reden is het wegnemen van barrières om data over verschillende beleidsdomeinen heen te delen. Ook zou de minister moeten optrekken met medeoverheden om te voorkomen dat er wetgeving vanuit Europa komt die niet uitvoerbaar is.

We kunnen niet toornen aan het uitgangspunt dat uitvoeringsorganisaties van de overheid op alle bestuurlijke niveaus altijd zelf verantwoordelijk zijn en blijven voor de uitvoering van de taken waarvoor zij zijn gemandateerd. Met dit uitgangspunt dragen zij daarmee ook altijd direct de verantwoordelijkheid voor de werking van hun ict-voorzieningen. Een minister voor Digitale Zaken kan die verantwoordelijkheid met geen mogelijkheid van hen overnemen.

Als er dan toch een minister voor Digitale Zaken moet komen, wat zou die rol dan wél kunnen inhouden?

Een minister voor Digitale Zaken moet de condities scheppen waardoor de overheid steeds slimmer gebruik kan maken van de zich continu ontwikkelende mogelijkheden van ict. Dit behelst in eerste instantie het faciliteren van het wegnemen van de bovengenoemde drie belangrijkste obstakels. Ten eerste door periodieke ict-certificering van ambtenaren van de Algemene Bestuursdienst te bewerkstelligen, ten tweede door best practices rond het datagericht benaderen van vernieuwing aan te dragen en door ten derde door het verbeteren van het personeelsbeleid.

Waar komt het laatste concreet op neer? Het bevorderen van een betere doorstroom van personeel en het toegroeien naar een betere demografie. Personeel coachen op de werkvloer en echt laten groeien. Toewerken naar een cultuur van stimuleren en aanspreken op alle personeelslagen. Het gelijktrekken van de salariëring van ict-ers met wat gebruikelijk is in de commerciële markt. Het bevorderen van stabiliteit op de posities op managementniveau, zodat organisaties veranderingen consistent kunnen doorvoeren. Ten slotte het opbouwen en verankeren van kennis om externe leveranciers op een gedegen manier aan te sturen zodat ook zij altijd het beste laten zien.

In tweede instantie richt de minister zich op de digitaliseringsaspecten die beleidsdomein--overstijgend zijn, zoals gegevensuitwisseling en de digitale identiteit. De minister bevordert consistentie tussen de beleidsdomeinen en in de afstemming met Brussel. Met dit takenpakket stimuleert de minister dan de digitale samenleving in zijn geheel in de gewenste politieke richting.

Resumerend: de verantwoordelijkheid voor de ict-voorzieningen blijft altijd bij de uitvoeringsorganisaties zelf. De minister voor Digitale Zaken richt zich op het scheppen van de juiste condities, waardoor uitvoeringsorganisaties makkelijker publieke waarde leveren door slimmere inzet van ict. Alles bij elkaar is dit nog altijd geen makkelijke taak. Zeker geen taak die in één kabinetsperiode volbracht is. Geduld, volharding, doorzettingsvermogen en slagkracht zijn eigenschappen die deze minister als van nature moet bezitten.

Guido van der Harst, Industry Lead Public Sector bij internationaal adviesbureau Eraneos 

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Hielco Wiersma
Een minister (een staatssecretaris is ook voldoende) voor digitalisering -neem dan planning ook gelijk mee- is vooral noodzakelijk om alle EU- en Mondiale ontwikkelingen (o.a. AI) tijdig op landelijk niveau mee te nemen, landelijk af te stemmen en/of te doen implementeren. Naast een goede bestuurder zal een dergelijke staatssecretaris ook voldoende technische kennis van de ICT-sector in huis moeten hebben. Over de bevoegdheden en samenwerking met ministeries en staatsbedrijven moeten goede afspraken worden gemaakt (wie doet precies wat). Andere landen werken nu ook al op een dergelijke wijze.
Advertentie