Bijna helft ambtenaren niet toekomstbestendig
Bijna de helft van de ambtenaren (42,3 procent) is onvoldoende toegerust voor de veranderende eisen aan het werk. Daarmee scoren ambtenaren veel slechter dan de gemiddelde werknemer (17,3 procent). Vooral op het gebied van communicatieve vaardigheden en brede inzetbaarheid blijven ambtenaren achter.
Dat blijkt uit het onderzoek ‘Arbeidsmarkt in kaart 2017’ van het Sociaal en Cultureel Planbureau, waarvoor zo’n 1500 werkgevers werden bevraagd. Bijna driekwart van de ambtenaren is volgens hun chefs niet breed inzetbaar, tegenover ruim de helft van de gemiddelde Nederlandse werknemers (zie grafiek). Ook is meer dan de helft van het ambtenarenkorps communicatief onvoldoende vaardig (57 procent), opvallend veel hoger dan het landelijke gemiddelde (43 procent).
Bereidheid tot scholing
Het tekort aan vakinhoudelijke kennis en vaardigheden dat hun leidinggevenden bij twee op de drie ambtenaren zien, is niet te wijten aan hun bereidheid of vermogen tot scholing. Daar scoren zij juist beter dan gemiddeld. Bijna de helft van de doorsnee werknemers (45 procent) voelt weinig voor scholing. Onder ambtenaren is dat bij één op de drie het geval (36 procent). Over de oorzaak van de slechte score zijn de overheidswerkgevers opvallend eerlijk. Meer dan de helft van de ambtenaren (53 procent) kreeg in het verleden te weinig aanwijzingen over het verbeteren van zijn functioneren. Dat is opvallend veel meer dan het gemiddelde (35 procent).
Kom in actie voor het te laat is
Advies voor de ambtenaar van morgen
‘Heel veel ambtenaren hebben niet in de gaten dat hun werk gaat verdwijnen’, stelt arbeidsmarktdeskundige Ben Rogmans. ‘Ze moeten nu in beweging komen.’
‘Het bestaande werk verandert ingrijpend of wordt geautomatiseerd of gerobotiseerd. Kijk naar de banken en verzekeringen. Daar zijn in de afgelopen jaren zo’n 30.000 functies vervallen. Dat is een voorbode voor de overheid.’ Aldus Ben Rogmans, directeur van Arbeidsmarktkansen. nl, een bedrijf dat met data de toekomst van het werk en de competenties van werknemers onderzoekt. Met name voor administratief medewerkers op mbo-niveau, klantencontactcentra en baliemedewerkers gaat het doek vallen. Als burgers steeds meer zelf hun eigen data aanleveren, worden die functies overbodig.
Uit het vorige week verschenen tweejaarlijkse Personeels- en Mobiliteitsonderzoek van het ministerie van Binnenlandse Zaken blijkt dat de bereidheid groot is om binnen de huidige functie te anticiperen op verandering van de werkzaamheden. Die is bij vier op de vijf ambtenaren aanwezig. Ook is meer dan de helft van de ambtenaren bereid om binnen het openbaar bestuur van functie te veranderen. Daanentegen oriënteert slechts 7 procent van de overheidsmedewerkers zich op de externe arbeidsmarkt. In dit onderzoek viel het Rogmans verder op dat meer dan de helft van de ambtenaren een opleiding volgt. Dat stemt hoopvol, zou je zeggen, maar volgens Rogmans is niets minder waar. ‘Vrijwel alle opleidingen die deze ambtenaren volgen hebben te maken met hun huidige taken. Het grote probleem is dat die bezigheden binnenkort veranderen of zelfs verdwijnen. Ze zouden dus opleidingen moeten doen die gericht zijn op hun toekomstige werk.’
Bottleneck
Een groot deel van de veranderingen bij de overheid zal automatisch worden opgelost. Door de vergrijzing stromen de komende jaren veel ambtenaren uit. Toch raadt hij ambtenaren, wier pensioen nog niet in zicht is, aan in beweging te komen. ‘Doe iets, zodat je in de toekomst andere taken uit kunt voeren. Als dat niet gebeurt, zitten we binnenkort met heel veel mensen die iets kunnen wat niet meer nodig is. En met een heleboel vacatures voor kenniswerkers, die mensen zijn nu al schaars.’
Aan opleidingsbudgetten is bij de gemeenten geen gebrek, constateert Rogmans. De bottleneck blijkt vaak de ambtenaar zelf. ‘Ze willen niet, durven niet of hebben geen zin in verandering. Mensen die al 25 jaar ergens zitten, hebben al 25 jaar niet gesolliciteerd en weten niet hoe recruiters te werk gaan. Die ambtenaren krijgen een groot probleem. Daarnaast hebben we het in Nederland zo georganiseerd dat deze mensen ook al jaren bij het ABP zitten, die stappen ook niet zo makkelijk over naar een ander pensioenfonds. Vanuit dat perspectief snap ik best dat mensen er niet aan willen denken, dat ze het wegstoppen.’
Groot dilemma
De helft van de ambtenaren die nu al zeker weet dat zijn baan binnenkort verdwijnt, heeft geen actueel cv, geen LinkedIn- profiel. En dit toekomstige scenario komt ook niet ter sprake bij de functioneringsgesprekken. Hun directe managers zouden in actie moeten komen, maar ook de ambtenaar zelf, benadrukt Rogmans. ‘Als ik voor een zaal met werknemers uit de publieke sector sta, vraag ik: wie beschikt er hier over een opleidings- of ontwikkelingsbudget? Dan gaan er tweehonderd handen omhoog. Als ik vervolgens vraag wie dat het afgelopen jaar heeft opgemaakt, blijven er nul handen over.’
Welwillende overheidsmanagers hebben te maken met een groot dilemma: het huidige werk moet ook nog worden verricht. Als zij vrijwilligers vragen die klaargestoomd willen worden voor de toekomst, dan melden ambitieuze collega’s zich als eerste aan. Rogmans: ‘De wakkere ambtenaren gaan zich bezighouden met toekomstige taken. Het huidige werk blijft liggen voor mensen die bij wijze van spreken onder hun bureau duiken bij veranderingen. Daar zit je als leidinggevende ook niet op te wachten.’
Correcties & aanvullingen:
In het artikel ‘Bijna helft ambtenaren niet toekomstbestendig’ (BB21) is de SCP-publicatie ‘Arbeidsmarkt in kaart 2017’ onjuist geïnterpreteerd. In werkelijkheid heeft 42 procent van de overheidsorganisaties werknemers in dienst die niet toekomstbestendig zijn. Van die organisaties geeft 72 procent aan dat dit voortkomt uit het feit dat werknemers onvoldoende breed inzetbaar zijn.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.