Zuid-Holland houdt vast aan verbod Decathlon

Sporthandel Decathlon mag geen vestiging hebben buiten de stadscentra in de provincie Zuid-Holland. Gedeputeerde Staten is voornemens om geen ontheffing te verlenen voor vestigingen buiten het centrum van Den Haag en Schiedam.  

Bedrijfsterreinen

De provincie ligt al sinds 2014 in de clinch met de Franse sportwinkelketen. In Frankrijk staat Decathlon bekend om zijn gigantische, Ikea-achtige sportzaken op bedrijventerreinen. Maar in Nederland is de weerstand groter. De buitenstedelijke locaties zijn nu voorbehouden aan autobedrijven, bouwmarkten en meubelzaken. Als daar detailhandel aan wordt toegevoegd, dan lopen de stadscentra straks leeg, vrezen sommige provincies. En Decathlon is een sportwinkel, dus detailhandel, zo redeneert de provincie Zuid-Holland. Zo moest Decathlon zich noodgedwongen vestigen in het hart van Rotterdam en Den Haag, en niet aan de rand.

Ontheffing

Maar sommige gemeenten zijn het niet eens met het provinciale beleid. Zo vroeg Schiedam in 2014 een ontheffing voor een vestiging op het Hargaterrein en Den Haag voor een Decathlon op Forepark.

Begin dit jaar werd de provincie door de Raad van State nog gevraagd om het verbod van vestigingen van Decathlon aan stadsranden beter te motiveren. Met de regels was niets mis, maar de reden om de ontheffing te weigeren moet de provincie verduidelijken, vond de Raad van State.

Versterkend

Gedeputeerde Staten komt nu opnieuw tot het oordeel dat er geen sprake is van bijzondere omstandigheden op grond waarvan een uitzondering gerechtvaardigd is. ‘De vestiging van Decathlon op de beoogde locaties draagt niet bij aan de doelstelling van de provincie om vitaliteit, kracht en aantrekkelijkheid van de centra te versterken,’ stelt het provinciebestuur. Een vestiging van Decathlon in een stadcentrum zou juist een versterkend effect hebben, denkt GS.