Waterpistooltjes
Geruisloos heeft het CDA in de week voor het begin van het zomerreces afscheid genomen van zijn woordvoerster voor immigratie- en integratiezaken in de Tweede Kamer. Madeleine van Toorenburg is vervangen door Mirjam Sterk.
Van Toorenburg debuteerde in het geruchtmakende debat in september 2007, waarin Geert Wilders onze toenmalige minister van Wijken en nog zo wat, mevrouw Ella Vogelaar, uitlegde waarom zij wat hem betreft ‘knettergek’ geworden was. In haar maidenspeech liet Van Toorenburg met ongeëvenaarde helderheid zien, waarom de zwakte van het CDA in het islamdebat bijna net zo verontrustend is als de zwakte van de PvdA.
Op de zondag na dit debat zei minister Hirsch Ballin in het programma Buitenhof dat de media alleen over de toon en de stijl van het debat hadden bericht en dat zij zo weinig hadden gezegd over de inhoud ervan. Zelf had hij zo aardig gesproken, herinnerde hij zich, maar hij had vooral genoten van de ‘uitstekende en realistische bijdrage’ van mevrouw Van Toorenburg.
Waarin had die ten onrechte onopgemerkt gebleven bijdrage bestaan van het Kamerlid dat tot dan locatiemanager van de jeugdinrichting De Leij was geweest? Het was geen betoog geweest dat uitblonk in helderheid. Ze wierp onder andere de vraag op wie nu toch onze vijand is. Die vraag werd niet beantwoord. Wel kregen we het een en ander te horen over niet bij name genoemde ‘religieuze groeperingen’ die veel goed maatschappelijk werk doen, over onze ‘kernwaarden’ die er ook toe doen ‘als het erop aankomt’.
En ze had het erover dat ‘we’ in reactie op uitwassen zelf ‘de totale sfeer niet moeten verpesten’. Want dan ‘krijgen we het schip nooit door de branding’. En als we alle moslimjongeren in de hoek drijven, dan gaan ‘kwaadwillenden’ juist in die hoek ‘een lekker warm bad plaatsen: een jacuzzi’.
We hebben sindsdien niets meer van mevrouw Van Toorenburg gehoord. Haar leuterpraatjes hebben ervoor gezorgd dat haar politieke scheepje in de branding van de partijpolitieke profileringsdrang is gezonken. Mirjam Sterk mag het nu gaan proberen. De zin over dat schip en die branding en die waarschuwing over die jacuzzi hebben Wilders en zijn PVV niet tegengehouden.
Mirjam Sterk heeft theologie gestudeerd en je hoort haar weleens op de radio; misschien dat zij iets beters weet te verzinnen. Maar ik weet niet zeker of ze bij de PVV al zenuwachtig zijn geworden. Bij de PVV is het zelfvertrouwen sowieso groter dan ooit. Wilders was immers de grote winnaar bij de Europese verkiezingen, en zijn electoraat blijft zich maar verbreden. Zijn winst bij de Europese verkiezingen heeft de andere politici nu dan toch echt wakker geschud.
Het CDA vervangt de woordvoerster integratiezaken, en de ene na de andere minister opent de aanval op Wilders. Na Van der Laan (de opvolger van Vogelaar), Donner (Sociale Zaken) en Van Middelkoop (Defensie) was het vorige week de beurt aan mevrouw Ter Horst, onze minister van Binnenlandse Zaken. Zij hoopt op een ‘opstand van de intellectuele elite’.
De elite moet het slecht geïnformeerde volk gaan uitleggen dat het helemaal geen reden heeft om als groot verwend kind altijd maar zo te klagen. Wilders is niet onder de indruk, zo blijkt uit een interview met de Volkskrant (4 juli 2009). ‘Ik moet op zijn tijd een kogelwerend vest dragen, maar voor de waterpistooltjes van al die ministers heb ik dat in elk geval niet nodig. Het is puur paniek. Tot 4 juni kon men zeggen: het zijn maar peilingen. Tot die avond kwam. Toen was het echt.’
En waarom zou hij ook onder de indruk komen, zolang de ministers van dit kabinet zich uitsluitend identificeren met ‘weldenkende en wellevende mensen’ die het volk gaan uitleggen dat Wilders onzin verkoopt. De voorpagina van Trouw was vorige week hilarisch. Een foto van barbecueënde politici, met het bericht dat ze van mening zijn dat ze het antwoord op Wilders hebben gevonden. Ze geven hem lik op stuk! Daags daarna bleek dat Wilders nu in twee nationale peilingen op kop staat: niet alleen in de peiling van Maurice de Hond, maar ook in die van Synovate, met ruim dertig zetels.
Je zou zeggen dat politieke stabiliteit hoog in het vaandel moet staan bij regerende partijen, maar men roept het tegenovergestelde over zich af. Europa verrechts bij elke volgende verkiezing door burgers geen duidelijk beleid te bieden t.a.v. hoe en hoever met immigratie/integratie.