Verdere versterking rekenkamers gewenst
Alle gemeenten moeten een onafhankelijke rekenkamer instellen, waarbij samenwerking tussen gemeenten sterk wordt gestimuleerd. Raadsleden mogen alleen nog adviserend lid zijn van de rekenkamer. De bevoegdheden van de rekenkamers worden verder uitgebreid, met name vanwege de sterk toegenomen regionale samenwerkingsactiviteiten van gemeenten.
Het heeft even geduurd, maar nu is er na lange jaren van vertraging dan toch eindelijk een wetsvoorstel ter verbetering van de positie van gemeentelijke rekenkamers. De rekenkamerfunctie wordt afgeschaft. Alle gemeenten moeten een onafhankelijke rekenkamer instellen, waarbij samenwerking tussen gemeenten sterk wordt gestimuleerd. Raadsleden mogen alleen nog adviserend lid zijn van de rekenkamer. De bevoegdheden van de rekenkamers worden verder uitgebreid, met name vanwege de sterk toegenomen regionale samenwerkingsactiviteiten van gemeenten.
In de kern zijn de voorgestelde veranderingen sterk toe te juichen. Met name de vormvrije rekenkamerfunctie werd een steeds grotere bron van problemen. Een aantal gemeenten kon duikgedrag vertonen en werken met papieren constructies waarbij in feite geen rekenkameronderzoek werd uitgevoerd. De organieke wetgever schept nu orde en schrijft een duidelijke vorm voor. Wel curieus is de mogelijkheid voor raadsleden om adviserend lid te blijven van de rekenkamer. Onafhankelijkheid brengt met zich mee dat er ook een geheel vrije gedachtewisseling moet zijn binnen de rekenkamers. Als daar permanent raadsleden bij aanwezig zijn, wordt daar toch een rem op gezet. Dit adviserend lidmaatschap is dan ook een duidelijk compromis. Er is veel verzet om de raadsleden uit het rekenkamerwerk te halen en dat moet dit kennelijk het doekje voor het bloeden zijn.
Veel beter is het misschien om – indien gewenst – de adviserende raadsleden onder te brengen in een afzonderlijke klankbordcommissie. Er is dan zowel betrokkenheid als voldoende distantie. In overwegende mate zal het gepresenteerde wetsvoorstel het rekenkameronderzoek verbeteren en uiteindelijke versterkt dit de controle door de gemeenteraden.
Toch rijst wel de vraag of de wetgever niet nog een tandje bij moet zetten. In de toelichting op het wetsvoorstel wordt de redenering opgezet dat de introductie van eenvormige rekenkamers in alle gemeenten vast en zeker zal leiden tot een betere positie van de rekenkamers. Uit onderzoek blijkt zonneklaar dat die positie nu in tal van gemeenten zwak en wankel is. Bij de minister is de wens de vader van de gedachte, want evengoed kan worden beweerd dat veel rekenkamers het behoorlijk moeilijk zullen gaan krijgen.
Het afgelopen decennium heeft laten zien dat kritische rapporten van onafhankelijke rekenkamers vaak leiden tot opgetrokken wenkbrauwen en irritatie bij politici en bestuurders. Er zijn allerlei aanwijzingen dat er een rechtstreeks verband is tussen deze mate van kritiek en de hoogte van de bezuinigingen op het budget waarmee de betreffende rekenkamer werd geconfronteerd.
De minister wil geen normbudget voor rekenkamers en ook geen extra financiële bijdrage voor de transitie die aanstaande is. Die hand op de knip is bepaald onverstandig, want via minimale budgetten kunnen gemeenten ook onder de nieuwe wettelijke regeling het werk van de onafhankelijke rekenkamers vergaand bemoeilijken en frustreren. De invoering van een wettelijk minimumbudget in de vorm van een percentage aan het aantal inwoners gerelateerd is hiervoor de meest aangewezen oplossing. Pas dan is de aanwezigheid van een versterkte onafhankelijke rekenkamer in alle gemeenten echt gewaarborgd.
Reacties: 6
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Ook geldt dat men liever aan symptoombestrijding doet, omdat men het echte probleem dan niet hoeft te benoemen: namelijk de kwaliteit van raadsleden zelf.
iets aan de vergoeding doe, zou inderdaad een deel van de oplossing kunnen zijn. Helaas vergt dat een kritische blik van politici op zichzelf, oftwel enige mate van zelfreflectie.
In plaats daarvan besteden ze liever vele euro's aan het instellen van onderzoekscommissies, systeem/procesveranderingen en andere schijnoplossingen.