Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

Utrecht staat met 3-0 voor

Leerdam, Zederik en Vianen willen samen door als Vijfheerenlanden. Maar in welke provincie komt de nieuwe fusiegemeente terecht? Vianen ligt in Utrecht en een van de Zuid-Hollandse gemeenten wil daar ook naartoe. De provincie Zuid-Holland ligt dwars.

16 december 2016
herindeling-provincie-utrecht.jpg

Zuid-Holland blokkeert vertrek fusiegemeente

Provincies moeten leren over hun eigen schaduw heen te springen, precies wat ze ook altijd van gemeenten vragen’, zegt Wim Groeneweg. De burgemeester van Vianen is voorzitter van de stuurgroep die de fusie van de gemeenten Leerdam, Zederik en Vianen begeleidt. Beoogde fusiedatum was 1 januari 2018, maar dat is nu onhaalbaar, volgens Groeneweg (CDA) vooral door het ‘gehakketak’ van de provincies. Een jaar uitstel kost de drie gemeenten naar zijn schatting twee tot vijf ton, waarvoor ze niet worden gecompenseerd.

Groeneweg doelt onder andere op meerkosten van ict-verbindingen die langer in stand moeten blijven en procesbegeleiders die langer moeten worden ingehuurd. ‘Dan heb ik het niet eens over de extra uren die onze ambtenaren en bestuurders erin moeten steken. Het betekent dat we meer tijd met onszelf bezig zijn in plaats van met de dienstverlening aan onze burgers en bedrijven.’ Overigens willen de drie gemeenten de ambtelijke organisaties wel al per 1 januari 2018 laten fuseren.

Het is de omgekeerde wereld. Doorgaans zijn het de provincies die gemeenten oproepen over hun eigen grenzen heen te kijken en vanuit een breder, regionaal belang te bedenken wat nodig is voor de bestuurskracht van een bepaald gebied.

Nu zijn het drie gemeenten die hetzelfde vragen van twee provincies: kom met een herindelingsontwerp met daarin een voorstel voor de nieuwe provinciegrens. Op hun aandringen stelde minister Stef Blok daarvoor begin dit jaar een interprovinciale commissie in. In september gaf deze commissie haar opdracht terug: ze slaagde er niet in met een eensluidend voorstel te komen. De minister gaf daarop de provincie Utrecht opdracht het initiatief over te nemen. Die heeft begin deze maand een herindelingsontwerp ingediend met het voorstel – het zal niemand verbazen – dat de nieuwe gemeente in de provincie Utrecht komt te liggen. Tot 26 januari kan iedereen zienswijzen op dit voorstel indienen, waarna de provincie het definitieve advies vaststelt.

Tevreden
Burgemeester Wim Groeneweg is tevreden over het voorstel dat er nu ligt, daarover geen enkele twijfel. De drie colleges van B&W van de fusiegemeenten hadden al eerder hun voorkeur voor de provincie Utrecht uitgesproken. De gemeenteraden van Vianen en Leerdam ook; alleen de raad van Zederik koos met één stem meerderheid voor Zuid-Holland. Met het draagvlak voor de fusie is niets mis, integendeel. Inwoners, bedrijven en andere betrokkenen zijn vanaf het begin uitvoerig betrokken bij de plannen.

Typerend is volgens Groeneweg dat er van protest geen sprake is geweest. Een schoolvoorbeeld van een herindeling van onderop. Juist daarom heeft hij er moeite mee dat de provincies het proces hebben vertraagd door hun gekissebis over de provinciegrens. ‘Van professionele bestuurders mag je verwachten dat ze in eigen vlees durven snijden als dat een hoger belang dient. Dat verlangen ze ook van gemeenten. Die objectieve opstelling heb ik gemist in de interprovinciale commissie en dat doet afbreuk aan het provinciaal gezag. Provinciebestuurders moeten misschien nog leren hiermee om te gaan. Ik verwacht dat provinciegrenswijzigingen in de toekomst vaker aan de orde zullen zijn door de steeds verdergaande schaalvergroting.’

Gedeputeerden Rogier van der Sande (Zuid-Holland, VVD) en Mariëtte Pennarts (Utrecht, GroenLinks) begrijpen de teleurstelling van Wim Groeneweg over het uitstel van de fusie, maar vinden dat hen op dat punt niets te verwijten valt. Van der Sande: ‘Ik snap dat je je medewerkers snel zekerheid wilt geven om te voorkomen dat ze hun heil elders zoeken, maar de datum 1 januari 2018 was extreem ambitieus. De gemeenten hebben zelf ook niet alle deadlines gehaald. Wees daarin reëel. Liever goed dan snel.’

‘Het was een krappe planning’, zegt ook Pennarts. ‘Stel dat wij eerder klaar waren geweest, dan was het nog de vraag geweest of de Tweede Kamer het wetsontwerp op tijd had kunnen behandelen met de verkiezingen in het vooruitzicht.’

Volgens Pennarts is het werk voor de Interprovinciale Commissie Vijfheerenlanden geen verloren tijd geweest. Beide provincies waren zeer gemotiveerd om eruit te komen en hebben goed samengewerkt aan een gezamenlijk ontwerp, maar werden het alleen niet eens over de provinciegrens. Van landjepik tussen beide provincies is geen sprake, verzekeren beide gedeputeerden.

Nooit heilig
Van der Sande: ‘De omvang van Zuid-Holland is geen doel op zich. Provinciegrenzen zijn nooit heilig geweest. Eerder zijn Oudewater, Woerden en Vianen naar Utrecht gegaan. We hebben een zakelijk meningsverschil met het provinciebestuur van Utrecht. Er is geen sprake van een belangentegenstelling, maar van een andere weging van argumenten. Het is onze verantwoordelijkheid niet alleen naar het belang van de nieuwe gemeente te kijken, maar ook naar de gevolgen van een herindeling voor buurgemeenten en bestaande samenwerkingsverbanden.’

Al in juli van dit jaar schreef Zuid-Holland in een brief aan minister Blok ‘dat de impact van een desintegratie van de samenwerkingsverbanden aan Zuid-Hollandse zijde op de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden en Drechtsteden veel groter is dan aan Utrechtse zijde.’ Van der Sande betreurt dat de provincie Utrecht in haar herindelingsontwerp niet is ingegaan op de inhoudelijke argumenten van Zuid-Holland en de brief zelfs niet als bijlage heeft opgenomen.

Pennarts heeft begrip voor de gevoelens en argumenten van Zuid-Holland. ‘Deze zijn uitvoerig besproken, ook met de betrokken gemeenten. We hebben zelfs onderzocht of er een uitzondering gemaakt kan worden op de verplichting dat wettelijke samenwerkingsverbanden provinciaal congruent moeten zijn. Dat zou een novum zijn. Maar volgens het ministerie van Binnenlandse Zaken is dat onmogelijk. In onze uiteindelijke afweging hechten wij geen doorslaggevend belang aan de bezwaren van Zuid-Holland. Voor ons weegt zwaarder dat een herindeling van onderop moet gebeuren. Een meerderheid van de fusiegemeenten wil bij Utrecht en dat is voor ons doorslaggevend.’

Geen gelegenheidsargument, bezweert Pennarts. ‘Zo staat het in ons coalitieakkoord. We weten dat de Utrechtse gemeente Eemnes in gesprek is met Blaricum en Laren over een mogelijke fusie, naast andere opties. Stel dat Eemnes daarvoor zou kiezen en bij Noord-Holland zou willen, dan zou ik mij daar ook bij neerleggen. De wens van herindelende gemeenten weegt het zwaarst. Toen enkele jaren geleden sprake was van een fusie tussen Renswoude, Woudenberg en Scherpenzeel, gaf Gelderland ook te kennen geen bezwaar te hebben tegen indeling van Scherpenzeel bij onze provincie. Daaruit blijkt dat provincies wel degelijk bereid zijn grondgebied op te offeren aan een hoger belang, al is het natuurlijk altijd even slikken.’

Afgeleide
Burgemeester Wim Groeneweg huldigt evenzeer het principe dat wensen van onderop moeten worden gehonoreerd. Hij verbaast zich over de invloed van gemeenschappelijke regelingen op de herindelingsdiscussie. ‘Die zouden daarin geen rol moeten spelen. Samenwerkingsverbanden zijn een afgeleide. Die horen niet de samenstelling van een nieuwe gemeente te bepalen.’

Van der Sande waarschuwt dat het niet altijd mogelijk is alle wensen van onderop te honoreren. Kijk naar de herindelingsplannen voor de Hoeksche Waard, waartegen enkele gemeenten zich verzetten. De provincie moet zorgen voor voldoende bestuurskracht en kan het zich niet veroorloven ‘hindermacht’ te geven aan één partij die toevallig dwarsligt. ‘Wij hebben als provincie de taak om grensoverschrijdende belangen af te wegen.’ Voor hem is de provinciekeuze van Vijfheerenlanden voor Utrecht dan ook nog geen gelopen race.


Na 2017 veel minder gemeenten
Per 1 januari 2017 daalt het aantal gemeenten met twee tot 388. De gemeenten Schijndel, Sint-Oedenrode en Veghel gaan dan op in de nieuwe gemeente Meierijstad. In 2018 daalt het aantal gemeenten verder tot 380, mits het parlement tijdig de wetsontwerpen goedkeurt voor herindelingen in Friesland, Groningen en Gelderland. In Friesland worden zeven gemeenten (Het Bildt, Franekeradeel, Leeuwarden, Leeuwarderadeel, Littenseradiel, Menameradiel en Súdwest-Fryslân) tot drie nieuwe samengevoegd: Leeuwarden, Súdwest-Fryslân en Waadhoeke.

In Groningen fuseren Hoogezand-Sappemeer, Menterwolde en Slochteren tot de nieuwe gemeente Midden-Groningen. Bellingwedde en Vlagtwedde gaan verder als Westerwolde. In Gelderland fuseren Rijnwaarden en Zevenaar tot de nieuwe gemeente Zevenaar. In 2019 en de jaren daarna zal het aantal gemeenten snel verder dalen door voorgenomen herindelingen in Groningen, Friesland, Noord-Holland, Utrecht, Zuid-Holland, Gelderland, Noord-Brabant en Limburg. Veel plannen zijn echter nog onzeker of verkeren nog in een verkenningsfase.

In Drenthe, Overijssel, Flevoland en Zeeland zijn momenteel geen concrete plannen. In Groningen en Zuid-Holland zetten de provincies herindelingsplannen door tegen de zin van enkele gemeenten. In Groningen zorgt de beoogde fusie van Groningen, Ten Boer en Haren voor veel ophef. Haren wil zelfstandig blijven, maar de provincie vindt deze gemeente niet toekomstbestendig. Begin deze maand verloor het Burgercomité Haren hierover een kort geding tegen de provincie.

In Zuid-Holland wil de provincie vijf gemeenten in de Hoeksche Waard omvormen tot één nieuwe gemeente. Alleen de gemeenteraden van Oud-Beijerland en Strijen hebben hiermee ingestemd. Binnenmaas, Cromstrijen en Korendijk zijn tegen de fusie.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie