‘Ik verlangde al tien jaar naar Kampen’
Sander de Rouwe wilde burgemeester worden, maar niet van zomaar een gemeente. Het moest en zou Kampen worden.
Sander de Rouwe was voor zijn 35ste al raadslid, Kamerlid en gedeputeerde geweest. Nu is hij bijna een jaar de gelukkige burgemeester van het Overijsselse Kampen. Een baan waar hij al jaren van droomde, al wist alleen zijn vrouw daarvan.
Zelf gekozen
‘Ik heb voor het eerst zélf gekozen voor een functie’, zegt burgemeester Sander de Rouwe (41) ronduit. We zitten prinsheerlijk in het zand bij het Kampense (strand)paviljoen Hanzezicht. Aan de overkant, op de IJsselkade, werd De Rouwe afgelopen najaar met hoempapa ontvangen in de Hanzestad. Het hele gezin (zeven kinderen) meerde aan in het Friese Statenjacht.
Geheim
De Rouwe: ‘Ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat ik graag burgemeester wilde worden, maar ik vertelde er niet bij dat ik dat alleen in Kampen wilde zijn. Ik verlangde al zo’n tien jaar gelukzalig naar Kampen. Alleen mijn vrouw Lianne wist dat. Als we vanuit Friesland over de N50 langs Kampen reden, dan keken we elkaar aan: eens, ooit ...’
Ik denk dat ik alles en iedereen in Friesland wel zo’n beetje kende.
Machtsellende
‘Ik wilde burgemeester worden, maar niet in Friesland’, bekent De Rouwe. Geboren en getogen in Bolsward, daar ook raadslid geweest voor het CDA, en na zijn Kamerlidmaatschap gedeputeerde in de provincie, die geen boargermaster wil zijn? Burgemeester De Rouwe: “Je zou toch hiér burgemeester worden?”, vroegen ze mij ook in Friesland. Nee, ik had al veel eerder stil besloten om dat niet te doen. Dat heeft alles te maken met een gezond gevoel voor machtsellende.’
Lege handen
Machtsellende? ‘Ik was raadslid geweest, Kamerlid, gedeputeerde. Ik denk dat ik alles en iedereen in Friesland wel zo’n beetje kende. Ik kende de structuren en wist hoe de zaken liepen. Het benauwde mij dat ik te veel de touwtjes in handen had. Ik wilde opnieuw beginnen. Ergens waar mensen mij niet kenden. Waar ik met lege handen zou binnenkomen.’
Nergens anders
In Kampen (55.000 inwoners) dus. Nergens anders. De Rouwe: ‘Ik heb in het verleden meerdere vragen gekregen uit gemeenten om te solliciteren, maar Kampen moest het worden. Je hebt mensen die de burgemeestersvacatures aflopen en kijken of het past. Ze googelen, gaan erlangs en solliciteren. Daar is niets mis mee, maar die aanpak past niet bij mij. Ik wil passen bij een gemeente.’
Collectief
‘Kampen is net als ik Rijnlands gericht: samenleving, ondernemers, kerken en verenigingen en overheid. Dat past ook bij het CDA: solidariteit, gespreide verantwoordelijkheid en rentmeesterschap. Elke oplossing die wij in Kampen bedenken, is de vrucht van het collectief. Dit gebied heeft een grote historie en koestert dat rentmeesterschap en de traditie, maar richt zich óók op de toekomst. Ik kan wat betekenen in een gebied dat vooruit wil, maar dat ook voorzichtig is en het soms moeilijk vindt om keuzes te maken.’
Ik heb voor het eerst zélf gekozen voor een functie.
Miljonair
Op zijn 40ste ging De Rouwe dus voor het eerst zijn eigen gang. ‘De afgelopen twintig jaar maakte het CDA de keuzes voor mij. Ik had niet het plan om raadslid te worden in Bolsward. Ik wilde wél voor mijn 30ste miljonair worden. De lokale afdeling in Bolsward vroeg of ik op de lijst wilde voor de raadsverkiezingen van 2002. Ik was 21. Prima, doe maar. Vier jaar later maakte de afdeling in een zaaltje de nieuwe lijst bekend. Ik zat achterin en ze gingen van 30 de lijst af. “En nummer 1 wordt Sander de Rouwe, de lijsttrekker.” Oh, prima.’
Uit de provincie
‘Ik zou wethouder in Bolsward worden en toen kreeg ik een brief van het CDA in Den Haag. Of we nog iemand kenden die op de lijst voor de Kamerverkiezingen zou moeten. We keken elkaar aan, nee, we kenden niemand.’ Drie maanden later meldt het CDA zich weer. Of de wethouder in spe naar Den Haag kon komen. Ze zagen kennelijk wat in hem. De Rouwe: ‘Voor plaats 100 of zo, want ze vonden het nuttig voor mij om uit de provincie te komen. Ik belandde op plek 46, maar kwam op mijn 26e in maart 2007 toch in de Tweede Kamer.’
Gedeputeerde
‘In 2012 stond ik derde op de kieslijst van het CDA. Ik was 31. Het CDA in Friesland vroeg in de aanloop naar de Statenverkiezingen van 2015 of ik hun lijsttrekker wilde worden. Zat ik echt niet op te wachten. Doe maar, zei het landelijke CDA, je hebt lang genoeg in de Kamer gezeten. Dus werd ik CDA-lijsttrekker in Friesland en daarna gedeputeerde. Prima, “maar jongens, let op: ik wil burgemeester worden.” Ik vertelde ze niet van Kampen.’
Lees de volledige versie van dit interview in Binnenlands Bestuur nummer 16.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.