Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

‘Meer opvoeden dan handhaven’

Serie over ambtenaren die als taak hebben al te onbezonnen gedrag van burgers in het publiek domein binnen de perken te houden.

25 juli 2014
kwaku.jpg

Kwaku Summer Festival staat, na de Uitmarkt en vóór de Gay Parade, in de top drie van de Amsterdamse feestkalender. Een tropische braderie met vertier, verdeeld over vijf weekeinden. Voor handhavers een tour de force.

Pretbedervers
Serie over ambtenaren die als taak hebben al te onbezonnen gedrag van burgers in het publiek domein binnen de perken te houden.

Zonder morren gaan bij de ingangstent van het Kwaku Summer Festival in het Bijlmerpark de tassen open. Medewerkers controleren of bezoekers geen voor de verkoop bestemde hoeveelheden voedsel of sterke drank meesmokkelen en of er geen andere ‘hardware’ – drugs of wapens – binnenglipt. Het multiculturele feestje zit sinds 2013 achter hekken. Bezoekers die tijdens eerder edities vrij het park in en uit konden lopen, betalen nu een bescheiden entreeprijs. Er lopen professionele beveiligers, looproutes zijn aangegeven met houten plankieren en er wordt doorlopend op toegezien dat standhouders en artiesten zich aan wet- en regelgeving houden.

De grootste operatie voor festivalorganisatie en stadsdeel betreft de wijkafsluiting en het parkeerbeheer. Parkeerplaatsen in de omliggende buurten zijn uitsluitend toegankelijk voor omwonenden met parkeervignet. Wie hoopt op een gratis plekje, wordt door verkeersregelaars naar aangewezen terreinen en garages geloodst. Op de drukste momenten zijn daar wel 80 man mee zoet, ingehuurd door de festivalorganisatie.

‘Weet je wat ik zo leuk vind aan de festivalbezoekers? Ze laten het zo graag zien! Mooie kleren, rondingen, sieraden’, lacht Ron Nendissa, als op zondagmiddag de pantoffelparade tijdens het eerste festivalweekeinde op gang komt. Nendissa is inspecteur bij het ‘Team Fysiek’ van de afdeling Handhaving, stadsdeel Zuidoost. Met zijn zomerse bloesje en joviale omgang lijkt hij in niks op een steile handhaver. ‘Wij zijn er niet op uit om mensen een bekeuring te geven. Wel om ze aan gedragsregels te herinneren. En om ondernemers tips te geven, want we hebben ook een dienende rol.’ Zijn neongele hesje blijft expres aan de kapstok. ‘Het uniform schept afstand. Voor mij komt het nu vooral aan op communicatie. Dan kan afstand juist in de weg zitten.’

Achter de gevel
De medewerkers van Handhaving zijn bevoegd om op een heel scala aan wetten te controleren. Daarnaast lopen ook mensen van Stadstoezicht en de politie over het terrein. Nendissa en zijn naaste collega’s controleren ‘achter de gevel’, dat wil zeggen: in de niet-openbare ruimte.

Vandaag hoeft ‘het gezag’ nauwelijks in te grijpen. Het festival moet duidelijk nog op stoom komen, hetgeen meestal in het vierde en vijfde weekeinde gebeurt. Dan zijn er op piekmomenten soms 20.000 mensen tegelijk op het terrein en is er volgens de risicotaxatie sprake van ‘iets verhoogd risico op incidenten’.

Puur op het gehoor controleert Nendissa het aantal decibellen bij een cd-kraam die meer geluid produceert dan omliggende stands. Als daarna de meetapparatuur uit de tas komt, zit zijn schatting er minder dan een halve decibel naast. ‘Kan net’, constateert hij tevreden. Later controleert hij ook buiten het festivalterrein of er niet te veel herrie is als gevolg van de optelsom van geluidsbronnen en basdreunen.

Kwaku heeft een flinke omslag gemaakt: van een evenement dat van improvisatie aan elkaar hing, naar een bijna regulier festival. Het evenement werd voor het stadsdeelbestuur en een deel van Zuidoost naast een vrolijk evenement een bron van zorg. In de omliggende buurten werd tijdens festivaldagen geklaagd over overlast. Als het feest achter de rug was, had de reinigingsdienst in het park nog dagen werk. In 2008 ging Kwakoe op de fles. Er volgde een mislukte doorstart. In 2011 ging het festival niet door wegens geldgebrek. In 2012 verliep het festival ‘organisatorisch problematisch’. De aanhoudende perikelen zetten links en recht kwaad bloed. Verschillende betrokkenen wezen naar elkaar, en als dat niet kon, had de overheid het gedaan. 

‘Rondom het oude Kwakoe hing altijd een zweem van ruzie en gedoe’, zegt Susanne van Kooy, projectleider namens het stadsdeel Zuidoost en procesbegeleider bij de beoogde professionalisering van het festival. ‘En de transparantie ontbrak. Dat was het grootste gevecht van de afgelopen jaren: de boel transparant krijgen.’ Het kostte volgens haar behoorlijk veel inspanning om betrokkenen ervan te overtuigen dat een festival van deze omvang (vorig jaar 120.000 bezoekers) wat anders is dan het organiseren van een kinderfeestje. ‘Er was op elk front sprake van mismanagement’, aldus Van Kooy. Het stadsdeel had er in 2011 de buik van vol, maar vond Kwaku (de nieuwe naam, -u aan het eind in plaats van -oe) te waardevol om verloren te laten gaan. De organisatie mocht voortaan niet meer houtje-touwtje.

Tegelijk mocht het evenement niet veranderen in een soort Libelle Zomerkamp. Daarom werd gezocht naar een professionele organisator met veel ervaring en ‘maatschappelijke binding’. ‘De selectievoorwaarden zijn nu zo aangepast, dat we een professionele partij konden selecteren’, zegt Van Kooy. Die moest de boel zowel financieel als organisatorisch op orde krijgen. Op basis van ervaring en financiële soliditeit werd het festival vergund aan een nieuwe joint venture met onder meer De Vries Producties (Amsterdamse Uitmarkt, Keti Koti, Vondelpark Openluchttheater). Het stadsdeel benadrukte dat het specifieke, informele karakter van Kwaku niet om zeep geholpen mocht worden.

Kwakoe/Kwaku is echt ‘grass root’. Ontstaan binnen de Surinaamse gemeenschap, oorspronkelijk als voetbaltoernooi voor jongeren die in de zomer niet op vakantie gingen, maar door steeds meer mensen en nationaliteiten ontdekt. Al spoedig kwam er entertainment bij, evenals een levendige kofferbakhandel in eten. Kwaku werd één grote tropische camping, een ontmoetingsplaats met provisorische bouwsels, kooktenten en kroegen. Was het festival vroeger vooral gericht op de thuisblijvers, tegenwoordig komen Surinamers uit Suriname in de zomer naar de Bijlmer om zich te herenigen met familie en vrienden.

Altijd mooi weer
‘Kwaku is net als de geïdealiseerde zomervakanties van weleer, toen je nog ging logeren bij opa en oma en het altijd mooi weer was. Dat gevoel moet je als organisator wel weten te identificeren’, filosofeert Frans de Vries, voor het tweede achtereenvolgende jaar festivalorganisator. Volgens hem heerste er ‘een hosselcultuur’, met charmante maar ook minder prettige kantjes: ‘Soms hing het van nepotisme aan elkaar.’ Ondanks de Surinaamse roots van zijn medeorganisatoren werd er aanvankelijk argwanend gekeken naar de ‘patata’s’ (blanken) die de teugels overnamen. De Vries: ‘De houding was sterk: dit feestje is van ons en niet van iemand die de zaak organiseert.’ De overheid zag volgens complotdenkers in het eerdere debacle een mooie gelegenheid om de ‘witte regelcultuur’ op te dringen.

Hoewel sommige oudgedienden nog steeds beweren ‘dat Kwaku Kwakoe niet meer is’, zien ondernemers op het festival volgens Van Kooy inmiddels de voordelen van een professionele hoofdaannemer: ‘Rottigheid is niet goed voor de omzet. Iedereen is gebaat bij een leuk festival.’

‘Iedere Surinamer in Zuidoost heeft aan de wieg gestaan van Kwaku en was dus mede-eigenaar van het festival’, vertelt De Vries. ‘Tegelijk voelde niemand zich echt verantwoordelijk.’ Dat verklaart een deel van de trammelant die het festival telkens verziekte. Een zwaarwegend aandachtspunt bij de vergunningverlening was het veiligheidsplan, waarin de organisatie beschrijft hoe zij de openbare orde garandeert en optreedt bij incidenten. Op papier staat het er glashelder, aldus De Vries. Maar de handhaving op Kwaku is volgens hem onvergelijkbaar met welk ander festival ook. ‘Je kunt niet alles in een stramien drukken. Vaak moet je meer opvoeden dan handhaven.’

Hij geeft een voorbeeld: ‘Vorig jaar hadden we een fikje in een kooktent. De Nigeriaanse ondernemer had keurig volgens de regels vijf meter slang tussen de gasfles en de brander gelaten. Met de beste bedoelingen had hij besloten de fles uit de zon te zetten. De slang had hij opgerold. Die bleek al half verkoold! We hadden deze standhouder zonder pardon van het terrein kunnen sturen. Maar zijn tent had een enorm uitgebreide bar, bezocht door duizenden Nigerianen. De politie vond op dat moment dat de openbare orde zwaarder woog dan dat specifieke veiligheidsrisico. Dus kies je voor begeleiding.’

Vergrootglas
Voor de horeca op het festival is één vergunning verleend, aan de organisator. De overige cateraars hebben een licentie, die ze verkrijgen op basis van een aantal voorwaarden. Het relatief grote aandeel van ‘gelegenheidscateraars’ maakt dat ook de voedselveiligheid onder het vergrootglas ligt. ‘Kwaku is anders dan andere festivals’, vindt Marcel van den Oudenalder, inspecteur bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en Kwaku-veteraan. ‘Het is meer een volksfeest. Heel anders dan een festival waar professionele cateraars worden ingevlogen.’ De voedselhygiëne die voorheen zorgen baarde, is er de afgelopen jaren flink op vooruitgegaan, constateert Van den Oudenalder. ‘Ik denk dat we nu op een acceptabel niveau zitten.’

Maar ook nu valt het kwartje niet overal. Zo trof de NVWA op de eerste festivaldag bij een temperatuur van 23 graden 50 kilo ongekoeld rauw rundvlees aan bij een eetkraam, alsmede een flinke portie bereid gevogelte. De ondernemer mocht zelf kiezen: inleveren of vernietigen, door middel van een wolk blauwe inkt.

De eerste tussentijdse festivalevaluatie met alle ketenpartners is inmiddels achter de rug en de handhavers die aanschoven, zijn overwegend positief. ‘Tja, dat brengt weer andere dilemma’s’, peinst Susanne van Kooy. ‘De pavlov-reactie is nu: het gaat goed, dus als overheid kunnen we loslaten. Mijn persoonlijke mening is dat je nog niet kunt zeggen: gefeliciteerd, hier heb je Kwaku en succes ermee. Vanuit het oogpunt van openbare orde en veiligheid hebben we nu een participerende, controlerende rol. Die kan geleidelijk aan kleiner worden. Maar mijn pleidooi is dat we nog niet helemaal loslaten. Tenslotte moeten we ons als een verantwoordelijke overheid gedragen.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie