Openbaar maken als kerntaak
Veertig jaar na de Wob formuleert een moderne Wet open overheid het openbaar maken als wettelijke kerntaak. Dat is vooruitgang.
Tijdens het volgen van het Kamerdebat over de invoering van de Wet open overheid (Woo) in maart 2023, dwaalden mijn gedachten terug in de tijd. In 1981 bestudeerde ik als eerstejaars staatsrecht de Grondwetswijziging van 1983. Het nieuwe artikel 110 GW. maakte veel indruk: ‘De overheid betracht bij de uitvoering van haar taak openbaarheid volgens regels bij de wet te stellen.’
De wetgever had deze grondwettelijke opdracht enkele jaren eerder, per 1 mei 1980, al inhoud gegeven door de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Openbaarheid en transparantie waren ook in die tijd geen makkelijk te realiseren waarden. Net als de huidige Wet open overheid (Woo) kende de Wob een lange voorbereiding van ca. tien jaar. Sommigen zagen destijds de Wob als mogelijkheid om de ‘gesloten bastions van de politiek en de vierde macht’ open te breken. Zij hadden hoogtepunten uit de onderzoeksjournalistiek als de Watergate- en Lockheed-affaire nog vers in het geheugen. Anderen waren bezorgd dat ‘dergelijke openhartigheid de besluitvorming kan frustreren’. Ik vroeg me in gedachten af: waar staan we dan nu, ruim veertig jaar later?
Kijken we eerst naar de regelgeving. De Woo is nu bijna een jaar in werking. In artikel 1.1. Woo herkennen we de zuivere vorm van een klassiek grondrecht, zoals het kiesrecht of demonstratierecht: ‘Eenieder heeft recht op toegang tot publieke informatie zonder daartoe een belang te hoeven stellen, behoudens bij deze wet gestelde beperkingen.’ Duidelijker werd niet eerder verwoord; bij een volgende wijziging van de Grondwet zou dit artikel een-op-een kunnen worden opgenomen. Artikel 1.1. Woo leidt ertoe dat informatie openbaar maken als een wettelijke kerntaak van de overheid is gepositioneerd. Als een taak waar je als vertrouwenwekkende overheid niet om heen kunt. En ook niet om heen wilt.
Hoe zichtbaar is die kerntaak in de uitvoeringspraktijk? Een paar jaar geleden citeerde de Volkskrant hoogleraar Wim Voermans: ‘Verzoeken om informatie zijn een recht, maar overheden behandelen ze als een gunst’. Een opmerkelijk en somber beeld, omdat de Wob op dat moment al veertig jaar bestond! Veel moderne gemeentebestuurders die ik de afgelopen maanden sprak, hebben een positieve grondhouding ten opzichte van het openbaar maken van overheidsinformatie, zowel op verzoek als actief. Ze ervaren echter ook een weerbarstigheid die de dichter-schrijver Willem Elsschot zo treffend beschreef: ‘Tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren, en ook weemoedigheid, die niemand kan verklaren, en die des avonds komt, wanneer men slapen gaat.’ Het is niet zozeer de wet die in de weg staat, maar wel de vele praktische bezwaren en soms de cultuur. Die maken dat de Woo – net als de voorgaande Wob - uitvoeringsproblemen kent.
Het klemt vooral dat de Woo is ingevoerd zonder dat een toereikende informatiehuishouding beschikbaar is
Vooral klemt dat de Woo is ingevoerd zonder dat een toereikende informatiehuishouding beschikbaar is. De Tweede Kamer wist dat en heeft daarmee – opvallend tegenovergesteld aan haar houding bij de invoering van de Omgevingswet - op de koop toegenomen dat er nog jarenlang uitvoeringsproblemen bij de Woo zullen zijn. Wellicht verklaart dat dat vrijwel alle TK-fracties zich over het mislukken van PLOOI opvallend mild toonden ten opzichte van minister Hanke Bruins Slot.
Liever dan voor Elsschots weemoed kies ik voor optimisme. Veertig jaar later formuleert een moderne Wet open overheid het openbaar maken als wettelijke kerntaak. Dat is vooruitgang. Het doel is inwoners adequaat te bedienen in hun recht op toegang tot publieke informatie. Voor de uitvoering zijn vooralsnog getemperde verwachtingen realistisch. De uitdagingen betreffen bewustwording, cultuurverandering en opleiding naast werkprocessen, standaardisering, uniformering en software alsook financiën en menskracht. In de aanpak kunnen gemeenten via samenwerking veel bereiken. Via het VNG-programma Grip op informatie werken gemeenten hard aan hun informatiehuishouding om vorm te geven aan hun ‘kerntaak informatie openbaar maken’.
Peter de Baat heeft als ambtenaar, volksvertegenwoordiger, wethouder en burgemeester ervaring met governance bij de overheid. Sinds oktober 2022 is hij VNG Ambassadeur Wet open overheid
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.