Advertentie

Nooit uitzonderingen op inburgeringseis

De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) maakt nooit uitzonderingen op de eis tot inburgering in het buitenland. De wettelijke mogelijkheid daartoe heeft daarmee louter ‘symbolische betekenis’.

01 juli 2011

Tot dat oordeel komt de Nationale ombudsman die op verzoek van Vluchtelingenwerk Nederland bekeken heeft hoe vaak de verantwoordelijk minister (tegenwoordig Binnenlandse Zaken) een immigrant of gezinshereniger wegens bijzondere omstandigheden heeft vrijgesteld van de inburgeringsplicht. Nul keer, heeft de ombudsman vastgesteld. Het belang van de Nederlandse overheid weegt uiteindelijk altijd zwaarder dan het belang van het individu, ongeacht hoe schrijnend diens omstandigheden.

Nieuwkomers zijn sinds maart 2006 verplicht om nog vóór hun komst naar Nederland, op de ambassades in de landen van herkomst een examen inburgering af te leggen. In de praktijk is dat soms lastig. Bijvoorbeeld door geestelijke of fysieke beperkingen, of omdat in dat land geen Nederlandse ambassade is en een reis naar een ambassade in een buurland geen reële optie is.

Volgens de ombudsman is onterechte angst voor precedentwerking de reden dat nooit wordt afgeweken van de eis tot inburgering. Daarnaast speelt de systematiek van beoordeling van de bijzondere omstandigheden mee: de IND vinkt een lijstje af van die omstandigheden, die ieder voor zich nooit zwaar genoeg wegen. Maar een combinatie van omstandigheden zou een uitzondering soms zeker rechtvaardigen.

Samenhang

Een verzoek tot vrijstelling zou in onderlinge samenhang moeten worden bekeken, niet meer per afzonderlijke omstandigheid, zo beveelt de ombudsman aan. ‘Dit is nodig om recht te doen aan mensen die in zo een schrijnende situatie verkeren dat zij niet kunnen voldoen aan de verplichting om al in het buitenland te slagen voor het basisexamen inburgering’.

Zo is een geestelijke beperking (bijvoorbeeld syndroom van Down) in de theorie van de wet een ontheffingsgrond voor het inburgeringsexamen. Maar dat moet degene met het syndroom van Down dan wel zelf kunnen aantonen. Ook als het gaat om een alleen achtergebleven gezinslid dat zich wil herenigen met het gezin. In de praktijk wordt die ontheffingsgrond in zo’n geval een dode letter. Vooral in landen als Afghanistan, Irak en Somalië kunnen de omstandigheden dusdanig moeilijk zijn dat het examen reëel gesproken niet haalbaar is.  

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie