Maak van blanco stem een echte stem (2)
Bij de verkiezingen van pakweg de laatste tien jaar tekenen zich steeds grote verschuivingen af in de verkiezingsuitslagen. Het electoraat schuift moeiteloos van de ene politieke partij naar de andere. Vooral de nieuwkomers als de LPF in 2002 en de PVV in 2007 komen uit het niets op een behoorlijk aantal zetels in de Tweede Kamer.
Nederland heeft een traditie in het proteststemmen, om op deze manier een bepaalde ontevredenheid kenbaar te maken of wellicht uit ballorigheid. Zo was bijvoorbeeld de bekende Amsterdamse figuur Hadjememaar in de jaren twintig van de vorige eeuw raadslid in de gemeente Amsterdam. Deze man kon onmogelijk serieus genomen worden gezien zijn leefstijl, maar kreeg toch voldoende stemmen voor een zetel in de gemeenteraad. Ook de Boerenpartij (met als voorman boer Koekkoek) was in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw een duidelijke protestpartij.
Illustratief voor de Nederlandse hang naar ballorigheid en proteststemmen was de Tegenpartij van het duo Van Kooten en De Bie in de jaren tachtig. Als deze “partij” aan de verkiezingen mee zou hebben gedaan hadden ze ongetwijfeld enkele zetels gekregen. De ultieme blijk van de stem als” uiting van walging” (zie mijn vorige column) was in 2002 toen de LPF met 26 zetels in de Tweede Kamer kwam. Let wel, de lijsttrekker Pim Fortuyn was op de dag van de verkiezingen al overleden. Hoe groot moet de onvrede van de kiezer zijn geweest om zo massaal op een overleden persoon te stemmen?
Met eerst de LPF van Pim Fortuyn en nu de PVV van Geert Wilders, lijkt het erop dat de ontevreden kiezer inmiddels z’n stem kwijt kan. Iets wat bijvoorbeeld in de jaren tachtig van de vorige eeuw nog niet mogelijk was ten tijde van de Centrumpartij en de Centrumdemocraten. De partij van wijlen Hans Janmaat. Er was in die periode ongetwijfeld een enorm electoraal potentieel voor deze partij. Maar het gebrek aan charisma van de partijleider, gevoegd bij de verstikkende politiek correcte stemming in die periode, waren een te hoge drempel om daadwerkelijk een stem uit te brengen op deze partij.
Maar de centrale vraag is waarom je een politieke partij nodig hebt om je ontevredenheid kenbaar te maken. De “algemeen ontevreden kiezer” zonder echte partijvoorkeur (c.q. met een afkeer voor andere politiek partijen) heeft een beperkte keuze. Het alternatief is niet stemmen. Maar dit levert niets op. Natuurlijk zullen de politici bij een lage opkomst zich afvragen wat er aan de hand is, maar de 150 kamerzetels worden gewoon verdeeld. Een oplossing zou kunnen zijn om het aantal zetels in de Tweede Kamer te relateren aan de opkomst bij de verkiezingen. Dus bij 70% opkomst wordt het aantal Kamerzetels …
Maar er is nog een alternatief. Kiezers hebben nu ook de mogelijkheid om een blanco stem uit te brengen. Wat een kiezer hiermee moet is mij niet duidelijk. Het heeft in ieder geval geen enkel effect op de uitslag. Het fenomeen blanco stem zou moeten worden gemoderniseerd. Een blanco stem zou gewoon moeten meetellen als een echte stem. Als ware het een politieke partij. Partij Blanco of zoiets. Het verschil is dat de betreffende kamerzetels onbezet blijven. Het grote genoegen van de ontevreden kiezer is dat hij bij de Algemene Beschouwingen in de Tweede Kamer veel lege stoelen kan aanschouwen. Je zou zelfs nog campagne kunnen voeren voor de blanco stem. Welke politieke partij durft deze staatrechtelijke vernieuwing in z’n programma te zetten?
Lekker puh, hadden ze maar moeten stemmen.
Maar goed, mijn voorstel kan gelukkig weer 4 jaar de kast in, want er is verrassenderwijs gelukkig wel een duidelijke en formeerbare verkiezingsuitslag gekomen.