Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

‘Ik ben weer gelukkig’

We kenden de Rotterdamse Schrijer als een ambitieus bestuurder met een feilloos oog voor het ragfijne spel van politiek en media. De kroonprins van de Rotterdamse PvdA met Den Haag als onvermijdelijke volgende stap. Maar zelf dacht hij daar anders over.

26 september 2014

Na zijn jarenlange wethouderschap in Rotterdam is Dominic Schrijer nu burgemeester te Zwijndrecht. De publieke zaak is weer belangrijker dan zijn eigen zaak. En hij blaast ook weer op zijn klarinet. ‘Ik was mijzelf niet meer.’

Burgemeester Dominic Schrijer hangt vrolijk uit het raam van zijn huiselijke werkkamer. Uitzicht op het Raadhuisplein van Zwijn­drecht. ‘Gisteren vertrokken hier de bussen van de Zonnebloem. Ik ben ernaartoe gelopen en heb de mensen de bus ingeholpen. Daar doe je ze een plezier mee, ze zijn vereerd en ik heb er lol in. Je gelooft mij niet? Dat zou ik toch maar doen, want dit is waarvoor ik lang geleden voor de publieke zaak heb gekozen. Als wethouder in Rotterdam was ik uiteindelijk vooral met mijzelf en met het stadhuis bezig; hier in Zwijndrecht ben ik echt voor de samenleving in de weer. Mijn tweets gaan ook alleen maar over de gemeenschap. Ik ben weer een gelukkig mens.’

Een mens had zomaar kunnen denken dat Dominic Schrijer (48) helemaal in zijn element was als wethouder. Gedreven en bedreven speler van het politieke spel in de Rotterdamse slangenkuil. Touwtjes in handen op het stadhuis en binnen de lokale PvdA. Touwtjes die uit zijn handen glipten in het voorjaar van 2011 toen zijn collega’s in het college en eigen partij het vertrouwen in hem opzegden. Moet je maar niet rondbazuinen dat je niet van plan bent om ‘asociale bezuinigingen’ door te voeren.

Schrijer: ‘Het was genoeg geweest. Ik was 46, een goed moment om de balans op te maken. Dertien jaar lang aan één stuk door politiek bestuurder geweest. Wilde ik zo verder? Ik ben parttime bij een advieskantoor begonnen om mijn brood te verdienen en de loopbaancoaching ingegaan om nieuw werk te vinden.’

Dat moet toch wennen zijn. Jarenlang baasje aan de Coolsingel, kolossale werkkamer, chauffeurs en slippendragers en dan pats-boem terug naar de schoolbanken. Om te kunnen werken aan je ‘verbeterpunten’.

Dominic Schrijer lacht. ‘Ik keek ernaar uit. Ik heb altijd gevonden dat bestuurders aan permanente scholing moeten doen. Google maar, ik zeg het al jaren. Terug naar school. We doen het in het gemeentehuis met alle medewerkers, waarom dan niet met managers en leidinggevenden? Gezag is niet langer vanzelfspreked. Als je langere tijd iets hetzelfde doet, dan ontstaan patronen. In het begin kan dat prima werken, maar de context waarin je als bestuurder opereert, verandert razendsnel. Als je niet uitkijkt, word je door je eigen succes ingehaald.’

Afgestorven
Wat heeft de coaching hem opgeleverd aan ‘nieuwe gezichtspunten’? ‘Dat ik in een scherpe politieke omgeving niet goed tot mijn recht kom’, antwoordt Schrijer onmiddellijk. Tja, dat is lastig als je in de gemeentepolitiek van Rotterdam carrière wilt maken.

Burgemeester Schrijer: ‘Ik ben erin terechtgekomen en ik deed het ook niet slecht, maar ik werd er niet blij van. Het was één van de redenen waarom ik ben gestopt. De politiek was zo allesoverheersend geworden dat de dingen waar ik behoefte aan had, waren afgestorven. Er was alleen nog strijd – om alles. En die strijd stopte niet na de verkiezingen, maar ging gewoon door. Zo’n omgeving zal ik niet snel meer opzoeken; dat is niet goed voor me.’

We kenden de Rotterdamse Schrijer als een ambitieus bestuurder met een feilloos oog voor het ragfijne spel van politiek en media. De kroonprins van de Rotterdamse PvdA met Den Haag als onvermijdelijke volgende stap. ‘Raar dat mensen dat dachten. Ik heb altijd gezegd: “Den Haag is niet mijn plek.” De strijd is daar nog venijniger en er wordt nog meer op de man gespeeld. In zo’n omgeving gedij ik niet.’

Maar ja, wie gelooft een politicus die zegt dat hij ergens geen belangstelling voor heeft? De menselijke kanten die Schrijer geloofwaardig hadden kunnen maken, waren gesneefd in de politieke strijd. Hij zegt: ‘Ik was mijzelf niet meer. Ik ben door het wervingsbureau Public Spirit van alle kanten tegen het licht gehouden. Voor het burgemeesterschap moet je in Zuid-Holland ook een assessment doen. Dan praat je daarover. Over je warme en menselijke kant, de humor, je grapjes, muziek maken, ontspaning. Als daar te lang geen ruimte voor is, dan kunnen ze redelijk goed voorspellen hoe het met je afloopt. Slecht dus.’

Klarinet
Het leven werd in huize Schrijer weer waard gemaakt om te worden geleefd. ‘We hebben de muziek in huis gehaald. Alle kinderen spelen nu piano, de oudste zingt er ook bij. Daar was na mijn wethouderschap letterlijk weer ruimte en tijd voor. Ik kom uit een familie van musici. Mijn vader was koordirigent, mijn opa beroeps­muzikant. Ik speelde klarinet. Maar stapje voor stapje was de muziek uit mijn leven verdwenen.’

Hij ging als wethouder naar een concert ‘omdat ik ernaartoe moest. Maar waar ik echt van volschiet, is als een amateurvereniging ergens in een buurthuis een mooi stuk speelt. Opa en oma in de zaal. Ik speel bij zomerconcerten mee met het harmonieorkest ‘Het Geklank des Konings’ in Zwijndrecht. Met niet al te ingewikkelde klarinetpartijen kan ik wel uit de voeten. Met het shantykoor Buitengaats heb ik de tekst van de plaatselijke smartlap Aan de oever van de Devel bewerkt. Uit volle borst: ‘Aan de oever van de Devel. Tussen Noord en de Kijfhoek. Zat een kikkertje te wenen. Want zijn vader die was zoek. Lieve jongen, sprak de moeder. Zie je daar die ooievaar? ‘t is de moordenaar van je vader. Hij vrat hem op met huid en haar.’

Schrijer zong de smartlap met Buitengaats als afsluiting van de honderd ontmoetingen die hij na zijn benoeming had met Zwijndrechters. Hij zegt: ‘Zo gaat het altijd: “Ik durf het bijna niet te vragen, maar mag ik ….”, en dan doe ik mee. Dat mag je van een burgemeester verwachten, maar ik vind het ook gewoon heel leuk om muziek te maken, te padvinden, te sporten, noem maar op. Dit voorjaar heb ik meegetraind met het heren softbalteam van HSV Zwijndrecht.’ De burgemeester twittert het rond, zet het op Facebook en op de gemeentesite. ‘Mensen zeggen: “Wat doen jullie? Jullie luisteren niet.” Aandacht voor de gemeenschap, daar draait het voor mij weer om.’ Kan ook, want het gemeentehuis aan het Raadhuisplein is niet het stadhuis aan de Coolsingel. ‘Veel mensen zijn het stadhuis aan het besturen in plaats van de stad. In een grote organisatie is ook heel veel intern gedoe. In een kleine en minder complexe organisatie is veel meer tijd om aandacht te geven aan de gemeenschap.’

Cadeau
Dominic Schrijer koos begin vorig jaar niet voor niets voor een kleinere gemeente, maar wél in de Rotterdamse regio. ‘Hier ben ik vertrouwd. Ik ken de cultuur en de mentaliteit. Als je als beginnend burgemeester ook nog eens ver weg aan de slag gaat, dan vraag je om problemen.’ Zwijndrecht was het helemaal, aldus Schrijer. ‘De helft van de inwoners komt uit Rotterdam of werkt er. Mensen zijn uit Rotterdam-Zuid naar Zwijndrecht vertrokken en hier doorgegaan met wat ze achterlieten: kerken, koren, kunst, cultuur, klaverjassen. Zwijndrechters hebben een redelijk stedelijke mentaliteit, maar tegelijk is er een sociale structuur en gemeenschapszin die in veel steden ontbreekt. Mensen doen veel samen met elkaar. Dat was een enorm cadeau voor mij.’

Als wethouder wist Schrijer zich prima te profileren, maar zo’n burgemeester wil je niet hebben en wilde hij ook niet zijn. ‘Je hebt een andere rol. Je bent boegbeeld van je gemeente en je gemeenteraad. Zíj moeten fonkelen. Tegelijk wil men wel een burgemeester om trots op te zijn. Daarin zoek ik naar een balans. Die heb ik gevonden in nederigheid met een gezicht. Het kost mij geen enkele moeite om dienstbaar te zijn aan de gemeenschap, sterker, het geeft mij energie. Dat miste ik als wethouder. Ik had het er vanochtend nog over met de gemeentesecretaris: “Herkennen jullie hier in huis nog de oud-wethouder in mij?” Dat valt wel mee, maar ik praat als burgemeester niet voor de sier met mensen. Ik ben geen pop met een ambtsketting om. Hoor ik klachten over de buitenruimte, dan moet ik daar iets mee. Als wethouder gooide ik het meteen in de organisatie. Dat kan niet meer. Ik stel het nu keurig aan de orde in het college.’

Betamelijk debat
En allemaal zonder de spotlights van de hijgerige grootstedelijke politiek. Burgemeester Schrijer: ‘Je hebt hier de tijd om iets beter na te denken. De omgangsvormen zijn ook nog beschaafd. Komt omdat de media het gemeentehuis niet platlopen. Niet iedere uitglijder of controverse wordt uitvergroot. Voor de omgangsvormen en de besluitvorming in de raad is de afwezigheid van de pers een godsgeschenk.’

En als dan alles, na beschouwing en betamelijk debat, bij elkaar komt, is Schrijer het gelukkigst. De burgemeester: ‘Bewoners en winkeliers in Noord schreven ons dat het uit de hand liep met de jongerenoverlast. We hebben er werk van gemaakt en dan zie je dat het rustiger wordt door wat je als gemeente doet. De winkeliers zeggen dat deze zomer rustig was, de bewoners zijn tevreden, rond de moskee is geen gedonder geweest. Samenleving, raad en bestuur hebben hun verantwoordelijkheid genomen.’

Kom, het kan niet allemaal rozengeur en maneschijn zijn voor de burgemeester van Zwijndrecht. Ergert niets hem? Dominic Schrijer hoeft niet lang na te denken.

‘Er is op regionaal niveau een bestuurlijke spaghetti ontstaan. Allerlei vormen van bestuurlijke samenwerking waarvan je je afvraagt of je dáár nu tijd en energie in moet steken. Als je niet oppast, wordt de samenwerking een doel op zich en ben je het systeem dat je met z’n allen hebt bedacht aan het besturen. Ik was laatst met meer dan twintig burgemeesters bij een overleg over de landelijke meldkamerorganisatie. Dan zijn burgemeesters dus bezig met service level agreements, met due diligence, nulmetingen, benchmarking, voordeel- en nadeelregelingen. Voor je het weet, ga je zo praten.’


CV
Dominic Schrijer (Amersfoort, 1966) studeerde bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit. Schrijer werd in 1994 deelraadslid voor de PvdA in de Rotterdamse deelgemeente Charlois en kwam in 1998 in het dagelijks bestuur. In 2005 werd Schrijer Rotterdams wethouder voor werkgelegenheid, sociale zaken, grotestedenbeleid en pact op Zuid. Op 17 mei 2011 stapte hij op na een conflict over de voorgenomen bezuinigingen. Na zijn vertrek uit de Rotterdamse politiek werkte Schrijer als organisatieadviseur. Op 27 mei 2013 werd hij burgemeester van Zwijndrecht.


‘We zijn te zwaar, eten ongezond en bewegen te weinig’

Je bent premier. Wat wordt je eerste maatregel?
Sinds de financiële crisis is het duidelijk dat we veel meer uitgeven dan we verdienen. Om meer te verdienen, moeten we veel meer doen aan scholing, innovatie en ondernemerschap. De grootste kostenbesparing behalen we als we iets doen aan onze ongezonde levensstijl. We zijn te zwaar, eten ongezond en bewegen te weinig. We zouden de komende twintig jaar moeten werken aan een soort nationaal programma, waaraan iedereen kan meedoen. Nu gaat het vooral over het bezuinigen op de overheidsfinanciën. Weinigen kunnen eraan meedoen, maar velen worden erdoor getroffen. Het zet geen positieve beweging in gang. Daarom interesseer ik mij ook zo voor de naoorlogse periode van wederopbouw. Vrijwel iedereen deed mee en profiteerde ervan.

Wat is je favoriete buitenlandse stad?
We gaan iedere zomer naar Vlieland. We maken wel graag stedentrips. Barcelona, zo geweldig. Het klimaat is heerlijk, de levendigheid, strand in de buurt. Prachtige stad voor jong en oud. Was het niet, maar is het wel geworden. Istanbul is ook top. Daar kun je zo fantastisch uitgaan. Eerst eten aan de Bosporus en dan tot 5 uur ‘s ochtends dansen. Een paar duizend man op drie niveaus, met uitzicht op de Bosporusbrug vol met lichtjes. Het is wat vet, maar wel prachtig.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie