‘Geheim Bibob-rapport in strijd met bescherming privacy’
De basis onder de Wet Bibob, die de integriteit van vergunningaanvragers toetst, deugt niet. Burgers worden onvoldoende beschermd tegen onbewezen verdachtmakingen.
Dat betoogt Huib Struycken, advocaat van de Amsterdamse Hell’s Angels. De voorzitter van de motorclub, Daniël Uneputty, won onlangs een rechtszaak over inzage in zijn eigen Bibob-dossier. Die inzage was hem door de minister van Justitie en het Landelijk Bureau Bibob (LBB) onterecht geweigerd, oordeelde de rechter. In het algemeen mag het LBB geen gegevens registreren die niet aan betrokkenen ter inzage kunnen worden gegeven, vindt de rechter.
De Wet Bibob (Bevordering integriteitsbeoordeling door het openbaar bestuur) geeft gemeenten de bevoegdheid om de (criminele) achtergronden te toetsen van de aanvrager van een vergunning of subsidie. De Hell’s Angels werden aan een Bibob-toets onderworpen in verband met hun aanvraag voor een bouwvergunning voor een nieuw clubhuis. Bij de screening is gebruik gemaakt van de informatie die het Openbaar Ministerie heeft verzameld tijdens het strafrechtelijk onderzoek tegen de Angels. Die strafzaak liep vast bij de strafrechter wegens niet-ontvankelijkheid van het OM.
Volgens de Angels mag die informatie vervolgens ook niet meer worden gebruikt in de Bibobzaak, of moet de motorclub op zijn minst het recht hebben om onjuist gebleken opsporingsinformatie te corrigeren. Justitie weigerde echter om het volledige (straf)dossier ter inzage te geven. Voor correctie van de opgeslagen gegevens moesten de Hell’s Angels bij het OM zijn, niet bij het (ook onder Justitie vallende) Landelijk Bureau Bibob, betoogde de minister van Justitie.
‘Hier is een volkomen absurde, Kafkaëske zaak ontstaan’, stelt Struycken. ‘De strafrechter heeft geoordeeld dat het strafdossier onbetrouwbaar is, maar het LBB blijft die gegevens gewoon gebruiken, terwijl ze inmiddels wéten dat die niet kloppen. Voor correctie van die gegevens moeten we bij het OM zijn, maar we mogen niet alles inzien wat het LBB heeft vastgelegd’.
Privacy
Volgens de rechter moet een verzoek om inzage van een Bibob-dossier worden beoordeeld aan de maatstaven van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp): die heeft feitelijk voorrang op de geheimhouding die in de Wet Bibob is geregeld. Die geheimhouding rond Bibob-dossiers is volgens de rechter juist bedoeld om de persoonlijke levenssfeer van betrokkenen te beschermen, niet om die in te perken. Voorkomen moet slechts worden dat gevoelige informatie in handen van derden belandt. De wet is echter niet bedoeld om gegevens vast te kunnen leggen die niet aan betrokkenen zelf ter inzage kunnen worden gegeven, vindt de rechter.
Ten aanzien van het correctierecht komt de rechtbank er niet helemaal uit. ‘Onvoldoende duidelijk is geworden’ of het LBB zelf als bron van bepaalde gegevens valt aan te merken, en dus ook een eigen verantwoordelijkheid voor de juistheid hiervan heeft. ‘Naar het oordeel van de rechtbank is niet uit te sluiten dat het LBB over dergelijke gegevens beschikt en aldus zelf als “bron” is aan te merken’, aldus het vonnis.
Advocaat Struycken: ‘Volgens mij betekent dit vonnis een einde aan de geheimhouding rond Bibob-rapportages. Het LBB moet verantwoording afl eggen over álle feiten die ten grondslag liggen aan haar rapport. Vage vermoedens, bijvoorbeeld informatie van de CIE (Criminele Inlichtingen Eenheid van de politie) dat iemand betrokken zou zijn bij drugshandel, zijn niet langer voldoende. Justitie zal voortaan moeten aangeven van wie ze wat heeft gehoord, of anders die informatie niet meer kunnen gebruiken’. Het kabinet heeft vorige week een wetsvoorstel besproken waarin de geheimhouding rond Bibob-dossiers wordt verlicht. Betrokkenen mogen, als het aan de betrokken ministers ligt, voortaan hun hele Bibob-dossier inzien. ‘Maar dan zijn we er nog niet’, stelt advocaat Struycken.
Volgens de Amsterdamse advocaat gaat het stelsel van de Bibob-wetgeving mank aan een fundamentele weeffout. ‘Het LBB en dus de overheid stelt de feiten vast, maar wie controleert het LBB? Niet de overheid moet bepalen hoe de feiten liggen, maar de rechter. De hele basis onder de Wet Bibob deugt niet, hij is in strijd met de Wet bescherming persoonsgegevens, met het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens en met alle elementaire rechtsbeginselen’, aldus Struycken. Het ministerie van Justitie beraadt zich nog over eventueel hoger beroep en wil om die reden nu ook niet reageren op de kritiek van advocaat Struycken, meldt Justitie-woordvoerder Wim van der Weegen.
Niet alleen voor de rechter, maar ook voor de verdachte moet "habeas corpus" gelden: geen straf (ook niet in de vorm van achterstelling bij vergunningaanvragen e.d.) zonder overlegging van bewijs.
Overigens fijn dat de Hell's Angels de rechtsstaat zo belangrijk blijken te vinden. Misschien moeten ze hun naam veranderen in "Court Angels".