Advertentie
bestuur en organisatie / Redactioneel

Elektrisch rijden

Het rijk en gemeenten investeren tientallen miljoenen euro’s om ons Nederlanders aan de elektrische auto te krijgen. We moeten zelfs, daar heb je het woord weer, “gidsland” worden en een “internationale proeftuin” zijn voor elektrisch rijden. En daar heeft het ministerie van Economische Zaken, onder toenmalig minister Maria van der Hoeven in 3 jaar tijd maar liefst 65 miljoen euro tegen aan gegooid.

29 juli 2011

Het rijk en gemeenten investeren tientallen miljoenen euro’s om ons Nederlanders aan de elektrische auto te krijgen. We moeten zelfs, daar heb je het woord weer, “gidsland” worden en een “internationale proeftuin” zijn voor elektrisch rijden. En daar heeft het ministerie van Economische Zaken, onder toenmalig minister Maria van der Hoeven in 3 jaar tijd maar liefst 65 miljoen euro tegen aan gegooid.

Gekkigheid. Als er 650 miljoen of beter nog 6,5 miljard geïnvesteerd wordt om internationaal gidsland te worden, dan maak je als Nederland misschien nog een kans. Maar dit is weer een gevalletje geld verbranden op zijn Hollands. Binnenlands Bestuur deed onderzoek naar de subsidiëring en de implementatie van het elektrisch rijden door het Rijk en gemeenten (zie BB nr. 30, pagina 24-29) en de uitkomst is bizar. Het rijk wenst niets te coördineren, maar stelt wel tientallen miljoenen ter beschikking als speelgeld. De markt moet het doen, is het credo. Prima, laat het dan ook aan marktwerking over.

Nee, zeggen gemeenten, wij gaan allemaal zelf het wiel uitvinden. En zo storten de gemeentelijke “doe-goedjes’ zich op het elektrisch rijden. Samen met energiemaatschappijen en banken ontwikkelt elke gemeente zijn eigen elektrische oplaadpaal, met een eigen stekker, een eigen stopcontact en een eigen betaalsysteem.

Als je al met je elektrische Tesla Roadster van honderdduizend euro een oplaadpaal vindt in Nederland, dan is het een ander systeem dan je eigen auto heeft. Je kofferbak moet vol liggen met verloopsnoertjes en pasjes om te kunnen laden.
Hetzelfde probleem doet zich voor met opladers van telefoons. Allemaal andere stekkers. Er is geen universele stekker te vinden. Dus gaat de EU nu ingrijpen. Verstandig.

En wat doet Nederland? We leren niets van die problemen met telefoonopladers. Elke gemeente komt met een eigen project en overlegt niet met andere gemeenten. Mooi niet. Kun je nagaan wat er op Europese schaal nu aan het gebeuren is. Over tien jaar besluit de EU dat het tijd wordt voor standaardisering, maar dan is het elektrisch rijden al lang ter ziele. Ondertussen maken we ons zelf wijs dat we goed bezig zijn met het worden van alweer een gidsland. We zullen de rest van de wereld wel eens leren hoe het moet.

En minister Verhagen van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie gaat voor de periode tot 2015 weer met een zakje geld komen om de wereld te veroveren. In september komt de bewindsman met een plan. Ik zou zeggen: stop er subiet mee en laten we ons niet nog belachelijker maken, dan we nu al zijn met ons elektrisch rijden.

Reacties: 4

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Michel Bayings / Solution manager elektrisch rijden

Op 29 juli publiceerde Binnenlands Bestuur het artikel “Gemeenten gooien geld over de balk met elektrisch rijden”. De daarin getrokken conclusies zijn twijfelachtig. Er wordt een verkeerd beeld gegeven over elektrisch rijden op lokaal niveau.
Logica is nauw betrokken bij de stimulering van duurzaam, elektrisch vervoer en bij de ontwikkeling van de hiervoor benodigde infrastructuur. Het is waar dat veel gemeenten op dit moment geld uitgeven voor de stimulering van alternatieve vervoersmiddelen, zoals elektrisch vervoer, waar geen directe financiële inkomsten tegenover staan.

Het feit dat het daarbij zou gaan om weggegooid geld zoals het artikel insinueert is echter te kort door de bocht. Elektrisch transport is iets wat voor de meest mensen totaal nieuwis en is wat dat betreft vergelijkbaar met de invoeren en introductie van de mobiele telefoon. De eerste investeringen in de eerste mobiele netwerken hebben direct financieel nooit opgeleverd wat ze gekost hebben. En uit onderzoek bij mensen die niet tot die eerste pioniers met een mobiele telefoon waren, bleek ook niet dat er enige serieuze behoefte was; men kende die behoefte simpelweg niet.

Bij elektrische auto’s zien we een vergelijkbaar effect, waarbij echter de voordelen op de langere termijn er wel degelijk zijn in de vorm van minder milieuvervuiling. Aangezien dit geen concrete commerciële activiteit is s, maar de omgeving betreft waarin wij leven, is het wel degelijk goed dat de overheid dit soort zaken actief stimuleert. Dankzij de inzet en stimulering van landelijke, provinciale en gemeentelijke overheid, zowel financieel als qua beleid, is een groot deel van de bevolking volgens recent onderzoek van o.a. De Telegraaf bekend met elektrisch vervoer. Niet alleen heeft men wel eens gehoord van elektrische auto’s, elektrische scooters beginnen zelfs hip en trendy te worden. De winst daarbij met name op gebied van minder geluidsoverlast is gigantisch als er nog meer mensen overgaan tot de aanschaf van elektrische scooters, die tegen zeer concurrerende prijzen worden aangeboden, zonder subsidies.

De elektrische auto is een maatje groter en heeft nog een duwtje in de rug nodig. Onderzoek van De Telegraaf en Autovisie geeft aan dat 16% van de mensen binnen 5 tot 10 jaar serieus een elektrische auto zou willen aanschaffen; 7% zelfs al de komende vijf jaar. Dan praat je over ruim 1 miljoen auto’s. Daarvoor moet er wel infrastructuur zijn, die voor een groot deel commercieel aangelegd kan worden, maar waarbij stimulering vanuit de overheid wel heel belangrijk is op dit moment.

Tot slot moeten we niet vergeten dat alle inzet van de Nederlandse landelijk en gemeentelijke overheden om elektrisch vervoer te stimuleren geresulteerd heeft in het feit dat Nederland een van de grote voorlopers is geworden op dit gebied en nu een gidsland in de wereld is. Dit wordt door verschillende bedrijven, waaronder Logica, aangegrepen om elektrisch als exportproduct te gebruiken, waarmee we direct weer de Nederlandse economie stimuleren. In plaats van te kijken wat er niet goed zou zijn aan de inzet die we doen voor elektrisch vervoer, zouden we moeten kijken welke kansen het biedt en geboden heeft en wat we er nog meer uit kunnen halen.


J.G.A.M. Mulder / ambtenaar
Jammer dat in het hele stuk geen aandacht wordtgeschonken aan de noodzakelijke gevolgen voor de woonomgeving.Iedere autobeziter moet in de gelegenheid zijn bij zijn woning een voertuig op te laden.Dus ook bewoners van flatgebouwen.Het liefst laden wij 's nachts op en willen wij niet in de rij staan.Gevolg, iedere parkeerplaats een oplaadpunt.Zolang het aantal oplaadpunten beperkt is, zullen Nederlanders die geen eigen oprit hebben, niet snel overstappen op elektrisch rijden.Een gidsland zou daar ook richting in meten geven.
Henk Daalder / Windenergie mediator
De meeste, zo niet alle mensen laden thuis op, met een gewone stekker, of 3 fasen stekker.

De publieke laadpalen moet je zien als ANWB hulp. Dat er steeds andere stekkers zijn, is een teken van concurrentie, dus hoeft de gemeente er niet zelf in te investeren.
De miiljoenen stad Tokyo deed het 2 jaar geleden met duizenden EV's met 17 publieke laadpalen. Dus zo hard zijn ze niet nodig. Kijk als gemeente eerst wie je subsidieert, als je rmeewerkt aan een publieke laadpaal.
Is dat een bedrijf dat je een monopolie gunt?

Voor EV's is het veel belangrijker om mee te werken aan gezamenlijke inkoop acties
Erwin Folmer / Specialist Open Standaarden
Gelukkig is de column wat gechargeerd; Niet elke gemeente heeft zijn "eigen elektrische oplaadpaal met een eigen stekker, een eigen stopcontact, en een eigen betaalsysteem". Zover is het nog niet en laten we het ook niet komen. De Nederlandse overheid heeft al lang het belang van open standaarden erkent en hier ondermeer het programma Nederland Open in Verbinding (NOiV) voor gestart. Overigens wordt dit programma ook gestuurd vanuit het ministerie EL&I. Vanuit NOiV zijn we dan ook nauw betrokken bij de totstandkoming van een open standaard voor laadpunten (en backoffice applicaties voor administratieve afhandeling), geinitieerd door stichting e-laad. Dit initiatief mag rekenen op brede ondersteuning van de directe belanghebbende zoals de G4 gemeenten. De partijen in de sector, inclusief de leveranciers van palen, werken ook mee aan de totstandkoming van de open standaard voor laadpunten. Na ontwikkeling moet de standaard uiteraard geadopteerd worden door de markt. Maar ook daar zijn de voortekeningen gunstig.

Een goede open standaard maken is geen sinecure en de adoptie ervan kost nu eenmaal wat tijd, maar daarmee voorkomen we het beeld van elke auto zijn eigen laadpaal zoals geschetst wordt in deze column. Daar wordt hard aan gewerkt, zodat leveranciersonafhankelijkheid en interoperabiliteit gerealiseerd worden.
Advertentie