Bij design for all is niemand meer gehandicapt
Een maatschappij waarin de tweedeling tussen gehandicapt of niet gehandicapt niet hoeft te bestaan.
Gemeenten, provincies en rijksoverheid moeten aan de slag met het VN-verdrag Handicap. Een uitdaging, want voor blijvende verandering moet je anders kijken, denken en doen. In deze blogreeks geeft April Ranshuijsen, adviseur en projectleider inclusie bij BMC Advies, inzicht in drie belangrijke randvoorwaarden. Deze tweede blog gaat over het begrip ‘design voor all’, ofwel een maatschappij waarin de tweedeling tussen gehandicapt of niet gehandicapt helemaal niet hoeft te bestaan.
Hoewel het voor velen van ons alweer lang geleden lijkt, weten we het allemaal nog: coronatijd. Gezellig bij vrienden op bezoek, cultuur opsnuiven in een museum of theater of bijkletsen met je collega’s, kon niet meer. Wat overbleef: een wandeling, op anderhalve meter afstand van elkaar. Nu alles sinds maart 2022 weer open is, genieten we weer als vanouds met volle teugen van het leven. De vanzelfsprekendheid van overal kunnen gaan en staan is terug. Het doet ons zichtbaar goed.
Iedereen beperkt
In diezelfde coronatijd, tijdens de lockdowns, had ik regelmatig online contact met mensen met een beperking. Het maakte niet uit of iemand rolstoelgebonden is, een verstandelijke beperking heeft of zich verplaatst met een blindenstok. Allemaal benoemden ze dezelfde gewaarwording: opeens zijn mensen met en zonder beperking gelijk. We kunnen allemaal nergens aan meedoen. Het grootste deel van Nederland heeft nu zelf ervaren hoeveel impact dit heeft. De hoopvolle vraag die we elkaar steevast aan het einde van zo’n online gesprek stelden: zal na de lockdown het besef dat een toegankelijke samenleving belangrijk is beklijven?
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.