Bestuurlijke shocktherapie
Met de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag wil de zuidvleugel van de Randstad zich internationaal op de kaart zetten. Kleine buurgemeenten en de provincie voeren een achterhoedegevecht. Aanhaken is het motto. ‘De toekomst is aan de metropolen.’
Het is nog maar 10 jaar geleden dat ambtenaren uit Rotterdam en Den Haag elkaar nooit zagen, zegt Theo Toonen, hoogleraar bestuurskunde in Delft en Leiden. ‘Beide steden hadden van elkaar geen idee wat ze aan het doen waren.’ Maar de afgelopen jaren zijn Rotterdam en Den Haag naar elkaar toegegroeid. Het voormalige Zestienhoven heet sinds bijna 2 jaar ‘Rotterdam The Hague Airport’ en sinds de zomer van 2010 rijdt RandstadRail ononderbroken tussen beide stadscentra. De twee steden willen samen met 22 omliggende gemeenten intensief gaan samenwerken in een metropoolregio.
Het is rijkelijk laat dat de bestuurders van de twee steden tot dat inzicht zijn gekomen, vinden bestuurskundigen. Vanuit de lucht gezien vormen Rotterdam (610.000 inwoners) en Den Haag (500.000) immers al één groot stedelijk woon- en werkgebied; in een straal van 25 kilometer wonen ruim twee miljoen mensen. Bedrijven en inwoners beschouwen het zuidelijk deel van de Randstad allang als een geheel, zegt de Rotterdamse bestuurskundige Geert Teisman. Mensen wonen en werken in verschillende steden en gaan naar het theater in weer een andere stad. ‘Rotterdam en Den Haag hebben een slag gemist en zijn nu bezig met een inhaalrace.’
‘Je ziet het openbaar bestuur insteken op een maatschappelijke ontwikkeling’, zegt Toonen. Hij wijst erop dat een gemeente in de tijd van Thorbecke genoeg had aan 10 duizend inwoners om een (grote) stad te heten. In de toekomst, zal het bij ‘echte internationale metropoolvorming’ gaan om agglomeraties van 8 tot 10 miljoen inwoners. Toonen: ‘Dat kan niet anders dan een polycentrisch samenwerkingsverband zijn tussen gemeenten van een geheel uiteenlopende schaal en omvang.’ Metropoolvorming is noodzakelijk, zegt Teisman. ‘Je eigen bestuurskracht hangt niet alleen van jou af, maar is afhankelijk van je positie in ketens en netwerken.’
Antwoord
De Metropoolregio is het antwoord van Rotterdam en Den Haag op de afschaffing van Wet gemeenschappelijke regelingen (WGR)-plus. Het kabinet wil van die samenwerkingsverbanden af om de bestuurlijke drukte in het lokaal bestuur terug te dringen. Omdat de Metropoolregio in plaats komt van de Stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden draagt de Metropoolregio bij aan de afslanking van het (regionaal) bestuur, stellen betrokken burgemeesters. Het Zuid-Hollandse samenwerkingsverband is gefundeerd op de ‘oude’ WGR.
De Rotterdamse en Haagse regio zijn in veel opzichten complementair aan elkaar, constateert het kabinet in een afgelopen oktober gepubliceerde visie op de bestuurlijke inrichting van Nederland. Het kabinet steunt de ambities van Rotterdam en Den Haag: de metropoolvorming biedt ‘op korte termijn veel perspectief om gezamenlijke afstemming van besluitvorming en bestuurlijke slagvaardigheid te realiseren’.
Dat het kabinet aan de ene kant de WGR-plus-regio’s wil afschaffen en aan de andere kant de Zuid-Hollandse Metropoolregio steunt, is volgens bestuurskundigen op zijn zachtst ambivalent. Maar deskundigen snappen de steun voor het samenwerkingsverband wel. Op bijeenkomsten over de Metropoolregio met betrokken ambtenaren raakte Evert Meijers, onderzoeker metropoolvorming aan de TU Delft, onder de indruk. ‘Er wordt echt werk gemaakt van de samenwerking, het zijn niet alleen de burgemeesters die af en toe met elkaar op de foto gaan.’
Het ‘eerste motorblok’ van de samenwerking is een gezamenlijke ‘infrastructuursautoriteit’, die beslist over het openbaar vervoer en de aanleg van infrastructuur in de regio. De autoriteit moet ervoor zorgen dat ‘de belangrijke locaties binnen 3 kwartier’ bereikbaar worden, waardoor een gezamenlijke arbeidsmarkt moet ontstaan. Op jaarbasis krijgt de regio alleen al 520 miljoen euro van de rijksoverheid voor het openbaar vervoer. Met de afschaffing van de WGR-plus rekende de provincie Zuid-Holland op dat geld, maar de Metropoolregio gaat daar dus mee aan de haal.
Kritisch
Aanvankelijk keerde de provincie Zuid-Holland zich tegen het ambitieuze initiatief van Rotterdam en Den Haag, maar omarmde het later toch. Commissaris van de koningin Jan Franssen (VVD) blijft desondanks kritisch over het samenwerkingsverband. Hij vindt dat de Metropoolregio zich niet op beleidsterreinen moet begeven waar zij formeel geen zeggingskracht over heeft, zoals ruimtelijke ordening en economie.
‘Degene die het minst blij is met de Metropoolregio, is Franssen’, zegt Evert Meijers. Den Haag en Rotterdam moeten volgens Geert Teisman van oudsher niet veel hebben van de provincie. ‘Er is nog steeds veel angst bij de provincie dat ze buitengesloten worden en daardoor gaan de hakken in het zand, een logische reactie. Dat kun je zien als een pijnlijk proces, maar ik zie het als een aanjager van bestuurlijke vernieuwing.’ Meijers beschouwt de Metropoolregio als een mooie kans voor de provincie om zich te bewijzen als overkoepelende en ondersteunende instantie. ‘Dat is zinvoller dan een strijd voeren over competenties.’ Teisman: ‘Zoek de meerwaarde van samenwerking in plaats van elkaar van het erf te jagen.’
De Delftse burgemeester Bas Verkerk noemt de Metropoolregio een ‘bestuurlijke shocktherapie’. De provincie moet het omarmen dat gemeenten elkaar uit zichzelf opzoeken, vindt Verkerk. ‘Daarom zeg ik tegen Zuid- Holland: welkom bij dit nieuwe stedelijke elan, dit is een winning ticket.’ De Zuid-Hollandse gedeputeerde Rik Janssen (SP) liet onlangs op een bijeenkomst in Capelle aan den IJssel weten dat de provincie de Metropoolregio steunt. Volgens aanwezige bestuurders stelde de gedeputeerde zich pragmatisch op. De provincie zou volgens bestuurskundigen en burgemeesters ook in de toekomst een belangrijke rol kunnen blijven spelen op gebieden als infrastructuur, natuurbeheer en kustversterking.
Theo Toonen gaat een stap verder. De bestuurskundige vindt dat steden de ruimte moeten krijgen en dat de provincie slechts een rol op de achtergrond moet spelen. Een fusie tussen Noord- en Zuid-Holland is noodzakelijk, stelt Toonen. ‘De toekomst is aan de metropolen. Zie de succesvolle samenwerking in Brabantstad en in de Amsterdamse regio.’ Zo ver is de Metropoolregio na de voortvarende start nog niet. Meijers: ‘Het laaghangend fruit is geplukt, nu wordt het complexer. Met al die kleinere gemeenten aan boord is het de vraag of Rotterdam en Den Haag hun metropolitane agenda nog makkelijk kunnen uitvoeren.’
‘Zorg dat je erbij bent’
Ahmed Aboutaleb (PvdA) en Jozias van Aartsen (VVD, de burgemeesters van Rotterdam en Den Haag, zijn de architecten van de Metropoolregio. Wat vinden de burgemeesters van de overige 22 bij het samenwerkingsverband betrokken gemeenten?
Bas Verkerk (VVD), burgemeester van Delft, is lyrisch over de samenwerking. ‘We hebben topuniversiteiten, een haven, een greenport en Den Haag is the legal capital. Dat zijn vier ijzersterke clusters. Eindhoven profileert zich goed als kennisregio, maar ons potentieel is nog groter.’ Als voorzitter van het Europese Comité van de Regio’s ziet Verkerk dergelijke samenwerkingsverbanden overal in Europa. ‘Rotterdam en Den Haag hebben eindelijk ingezien dat ze als alleenstaande steden te klein zijn. Wij gaan de concurrentie aan met Wenen, Dublin, Kopenhagen en Stockholm.’
Eigenlijk moeten bestuurders in de Randstad eens met de bril van een Chinese investeerder naar het gebied kijken, vindt de Delftse onderzoeker Evert Meijers. ‘Die ziet in West-Europa een gebied tussen Amsterdam, Brussel en Keulen en wil daar ergens gaan zitten en kiest voor de regio die hem het meeste kan bieden.’
De Rijswijkse burgemeester Ineke van der Wel-Markerink (PvdA): ‘Bij een beweging als deze moet je zorgen dat je aan boord bent. Voor Rijswijk is het heel belangrijk wat in Den Haag en Rotterdam gebeurt.’ Vooral in de kleinere gemeenten klinken ook kritische geluiden. Gemeenteraden en -besturen vragen zich hardop af of de Metropoolregio niet vooral een speeltje is van Rotterdam en Den Haag. Volgens burgemeester Ewald van Vliet (VVD) van Lansingerland is die zorg ongegrond. ‘Het is bepaald niet zo dat het orgel alleen wordt getrapt door Rotterdam en Den Haag. Het is een geheel waarin iedereen zijn rol heeft.’
Die boodschap heeft ook Verkerk: ‘In een internationale topregio moeten we een excellent woonklimaat bieden. Daar kunnen de kleine gemeenten aan de randen een rol spelen. Al is het natuurlijk wel zo dat de kleine gemeenten volledig afhankelijk zijn van de grote.’
Volgens Aboutaleb kunnen gemeenteraden hun wethouders met een boodschap naar de Metropoolregio sturen en hen ook ter verantwoording roepen. Van der Wel: ‘Natuurlijk moeten de grote steden ervoor zorgen dat de kleine gemeenten zich vertegenwoordigd voelen, maar dat was in het oude samenwerkingsverband ook al zo.’ Frank Koen (CDA), burgemeester van Capelle aan den IJssel: ‘Uiteindelijk heeft elke gemeente belang bij goede samenwerking en een sterke internationale positionering van de regio.’
Capelle aan den IJssel merkte dat bij veel gemeenten vragen leefden over de praktische uitvoering en besloot een bijeenkomst over de Metropoolregio te organiseren. Op 30 november kwamen in het Isala Theater bijna 250 raadsleden en bestuurders uit de 24 betrokken gemeenten bijeen. Koen vond dat tot dan toe te weinig informatie was gedeeld over de Metropoolregio, terwijl ‘het ontwerpen van en bouwen aan de Metropoolregio een forse investering in bestuurskracht en moed vraagt’. Hij riep op om een ‘gezamenlijke koers’ te bepalen en legde meteen een wensenlijst op tafel.
Aboutaleb en Van Aartsen kregen in Capelle aan den IJssel vooral veel vragen over de zeven pijlers, waarop de Metropoolregio is gefundeerd: bereikbaarheid; economie, greenports, onderwijs en innovatie, ruimte en wonen, Hof van Delfland/groen en ‘Metropoolpas’ en voorzieningen. Nog voor de jaarwisseling willen de 24 betrokken gemeenten een uitgewerkt plan aanbieden aan de nieuwe minister van Binnenlandse Zaken, Liesbeth Spies (CDA). Dit bidbook bevat een uitwerking van de pijlers en een concreet voorstel voor de samenwerking in de Metropoolregio.
De zeven pijlers zijn volgens de Rotterdamse en Haagse burgemeester niet in beton gegoten. Maar een ‘cafetariamodel’ is niet aan de orde, benadrukte Van Aartsen: een gemeente doet mee aan alle gekozen pijlers van de Metropoolregio of helemaal niet. Koen vindt dat de Metropoolregio zich in eerste instantie moet richten op de hoofdlijnen: (kennis-)economie, infrastructuur en ruimtelijke ordening. ‘Leuke dingen als gezamenlijke kortingspassen voor minima komen later wel.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.