Beroepswethouder van buiten
Jos Huizinga is als wethouder neergestreken in Zwijndrecht, zijn vijfde gemeente. Door de wol geverfd, dankzij eerdere tropenjaren in het lokaal bestuur. Maar zelfs voor een ‘vakwethouder’ blijft van alles nieuw en soms onwerkelijk. ‘Zo kunnen we lokaal toch niet functioneren?’
Jos Huizinga van start in vijfde gemeente
Het is nu de mode, maar Zwijndrecht werd acht jaar geleden raar aangekeken. Onder leiding van de grootste (lokale) partij wordt na de gemeenteraadsverkiezingen een raadsbreed akkoord gesloten, waarna wethouders in spe zich kunnen melden voor een sollicitatiegesprek. Komen ze uit Zwijndrecht, prima, komen ze uit Noordenveld, ook best. Als ze er maar iets van kunnen.
‘En zo ben ik dit voorjaar in Zwijndrecht beland’, vertelt wethouder Jos Huizinga (63) op het terras van Brasserie Zomerlust. ‘Ik ben gaan googelen op bestuurscrisis. Als er niets bovenkomt, heb je al een eerste horde genomen. Ik ben gaan praten en heb rondgekeken in de stad, en wat ik zag en hoorde beviel mij zeer. Wat mij won voor Zwijndrecht, was dat ik geen wethouder voor één partij zou worden, maar van de raad. Zo voelt het ook. Ik loop al flink wat jaren mee, maar dat is voor het eerst.’
Binnenvaartschepen varen af en aan voor de deur van Zomerlust op de Oude Maas. De waterbus op de kade brengt je om het kwartier naar Dordrecht. Het terras is tjokvol. ‘Goed om hier af te spreken’, zegt Jos Huizinga. ‘De eerste vijf, zes, maanden moet je je als wethouder van buiten volledig in de samenleving storten en overal je gezicht laten zien. Dan zul je op de eerstvolgende nieuwjaarsreceptie merken dat mensen er geen enkel probleem meer mee hebben dat ze een wethouder van buiten hebben. En dan zijn ze er ook achter dat het heel goed kan zijn voor een bestuurder om geen historie te hebben in de lokale politiek. Iedereen rekent elkaar af tegenwoordig. Daar heb ik geen last van. Waar ik ook ben geweest, ik heb altijd gezegd: “Ik heb mij niet verdiept in jullie oude problemen. Ik kijk alleen vooruit.” Dat ik hier niet woon, maakt niets uit. Ik verblijf hier wel. Ik ben 24 uur per dag wethouder.’
Seriewethouder
Voordat hij op 31 mei van dit jaar neerstreek in Zwijndrecht (Zuid-Holland), was de Groninger Huizinga wethouder in Schoonhoven (Zuid-Holland), Zeewolde (Flevoland), Maasdriel (Gelderland) en Noordenveld (Drenthe). Wethouder van buiten pur sang. Iemand die vanwege zijn bestuurlijke kwaliteiten wordt binnengehaald, niet omdat hij als fractievoorzitter aan de beurt is of als ondernemer weet hoe je ‘de boel lekker opschudt’. Een soort seriewethouder, of is dat wat al te oneerbiedig? Jos Huizinga: ‘Ik zou eerder zeggen: vakwethouder. Het wethouderschap heeft zich ontwikkeld tot een vak. Je moet op lokaal niveau met alle spelers kunnen omgaan. Dat kan niet iedere wethouder, zeker niet als je in een sterk verdeeld politiek veld opereert en daar eerder als raadslid middenin zat. Je moet ook door schade en schande wijzer kunnen worden, maar dat is in dit afrekentijdperk bijna onmogelijk.’
En nu gaan we het maken. Welke nieuwbakken wethouder denkt dat niet stiekem, of zegt of twittert het hardop? ‘Zo dacht ik er ook over toen ik in 2002 begon aan mijn eerste wethouderschap in Schoonhoven. Maar dat valt dan toch behoorlijk tegen’, lacht Jos Huizinga. ‘Ik heb wethouders meegemaakt die naar voren werden geschoven en zeiden: “Jos, we gaan de gemeente even runnen.” Nou, je krijgt hooguit zes maanden en dan ben je vertrokken, want je ‘runt’ geen gemeente. Je maakt fouten; daar leer je van, en zo groei je. Om te komen waar ik nu ben, heb ik in mijn enthousiasme fouten gemaakt. In Schoonhoven zou ik zo’n tweetal projecten anders hebben aangepakt. Ik keek af en toe niet goed achterom om te zien of alle kikkers nog in de kruiwagen zaten. Daar heb ik van geleerd. Die bagage neem je mee.’
Andere wereld
Naar Zeewolde in 2008, om te beginnen. ‘Een totaal andere wereld en mentaliteit. Handen uit de mouwen. Omdat er politieke problemen waren, zochten ze drie wethouders van buiten. Ik was aangezocht door de coalitie, maar ik heb meteen contact gezocht met de oppositie. Je merkt dat je dan steeds beter wordt in het vak. “Ik wil ook bij jullie binnenlopen. Vertel het mij als er een probleem is.” Ik ben nooit alleen wethouder van de coalitie geweest.’
En wat doet Huizinga na Zeewolde? Hij schuift in 2011 aan in het Gelderse Maasdriel! Tik in bestuurscrisis + Maasdriel en de laptop loopt vast. Jos Huizinga: ‘Als je hart hebt voor de publieke zaak en het wordt je gevraagd, dan móet je naar Maasdriel. Het openbaar bestuur zit in mijn DNA. Mijn achtergrond is protestants, antirevolutionair. Als kerk en samenleving je roepen, dan geef je daar gehoor aan.’ Waarnemend burgemeester Dick de Cloe riep Huizinga naar Maasdriel. Zijn benoeming was bijzonder.
Jos Huizinga daarover: ‘Ik ben via een raadsvoorstel van de burgemeester aan de gemeenteraad benoemd tot wethouder. Dat is denk ik uniek in Nederland. Dick de Cloe wilde dat er een einde kwam aan het cliëntelisme. Van binnenuit lukte dat niet, en dus vroeg hij mij als wethouder van buiten om er de ruimtelijke ordening te doen.’ Jos Huizinga wist niet wat hij beleefde in de Bommelerwaard. ‘Ieder kwartaal moesten we rapport uitbrengen aan de minister. Ik kan er een boek over schrijven. Ik heb dertien jaar in de hulpverlening in Afrika gewerkt, dus ik weet hoe het eraan toegaat in een bananenrepubliek, maar op lokaal niveau kunnen wij er ook wat van. Dat je denkt: hoe kan dit? Een wethouder die iemand wiens bouwvergunning is geweigerd, meeneemt naar het gemeentehuis, en zegt: “Kijk, die ambtenaar heeft dat gedaan.” Maasdriel waren voor mij tropenjaren. Ik was na drie jaar op en had drie maanden nodig om bij te komen. Je moest constant op je hoede zijn. Wie staat er nu weer achter mij? Dat ging door alle partijen heen.’
Na drie jaar puinruimen mochten de politieke partijen in Maasdriel van de commissaris van de koning weer wethouders uit eigen gelederen benoemen. Huizinga: ‘De commissaris had er vertrouwen in dat de klus was geklaard door Dick de Cloe en Jos Huizinga. Maasdriel functioneerde weer naar behoren. Dat ik daaraan heb mogen bijdragen, vervult mij met trots. Het is toch mooi om op je cv te kunnen zetten?’
Hotel
Het duurt even, maar in 2017 belandt Jos Huizinga in Noordenveld, in de kop van Drenthe. Meer dan tweehonderd kilometer van zijn woonplaats Schoonhoven. ‘Van maandag tot dondermiddag zat ik in een hotel aan de Brink in Norg. Als ik een opening moest verrichten, kwam ik in het weekeinde terug.’ Zijn wethouderschap eindigt met de raadsverkiezingen van afgelopen maart, en niet veel later staat Zwijndrecht voor de deur. Een stuk dichter bij huis. In Noordenveld zat hij voor de coalitie in het college, in Zwijndrecht is hij er voor bijna de hele raad (de SP heeft het raadsakkoord niet getekend).
‘Hier zeggen ze tegen mij: “Jos, we hebben geen oppositie.” Ja, ja, zeg ik dan. Ik ben benieuwd of we dat over een jaar nog kunnen zeggen. Ik ben in ieder geval tot nu toe heel tevreden over het reilen en zeilen in Zwijndrecht. Als we over vier jaar kunnen concluderen dat we allemaal naar vermogen het raadsprogramma hebben uitgevoerd, dan ga ik graag de straat op om deze manier van besturen aan te prijzen. Dan zou het een voorbeeld moeten zijn voor de rest van het land.’
Het punt is alleen dat Zwijndrecht geen bestuurlijk eiland is, maar gebonden aan regelingen in de regio. En daarvan moet je het niet hebben, heeft Huizinga na een maand wethouderschap geconcludeerd. Burgemeester van Zwijndrecht Dominic Schrijer zei het in 2014 al in Binnenlands Bestuur: ‘Er is op regionaal niveau een bestuurlijke spaghetti ontstaan. Allerlei vormen van bestuurlijke samenwerking waarvan je je afvraagt of je dáár nu tijd en energie in moet steken.’ Er is de laatste vier jaar kennelijk niets veranderd. Bureau Berenschot concludeerde begin dit jaar in ieder geval dat de samenwerking van de zeven gemeenten binnen de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden onvoldoende oplevert. Onderzoekscommissiefactotum Wim Deetman gaat onderzoeken wat er moet gebeuren. Wethouder Huizinga komt in zijn commissie te zitten.
‘Ik krijg er de kriebels van’, zegt wethouder Jos Huizinga als Drechtsteden ter sprake komt. ‘Als ik een extra kladblok wil hebben, dan moet ik dat in drievoud indienen. Dan gaat het naar de chef servicecentrum en dan mag ik blij zijn als ik binnen vier dagen een kladblokje heb. Dat kan toch niet waar zijn? Ik ga wel even naar de Hema, maar zo kunnen we lokaal toch niet functioneren? Vijftien jaar geleden moesten alle bestuurders in Nederland op excursie naar de Drechtsteden, want daar hadden ze het wiel uitgevonden! Ik vraag hier aan iedereen: noem mij één regio die jullie model heeft overgenomen. Niemand heeft dat gedaan.’
Bestuurlijke parel
Lekker dan, haal je een wethouder van buiten in huis en meteen kritiek op de bestuurlijke parel die Drechtsteden heet. Jos Huizinga: ‘Misschien vloek ik in de kerk, maar ik kan en mag het als wethouder van buiten zeggen; misschien móet ik het zeggen. Helemaal niet om Drechtsteden op te blazen, maar wél om de discussie op gang te brengen. De belangen van Dordrecht en Zwijndrecht zijn anders dan die van Sliedrecht of Hardinxveld- Giessendam. Als je doet alsof dat niet zo is, sta je buiten de werkelijkheid.’ De bestuurlijke spaghetti binnen Drechtsteden ligt wethouder Huizinga ‘zwaar op de maag’. ‘En daar hebben veel meer bestuurders last van, maar ze durven het niet hardop te zeggen. Het kan echt niet dat bijvoorbeeld Hardinxveld meebeslist over de bestuurlijke opgaven van Dordrecht of Zwijndrecht. Dat gebeurt nu wel.’
Is zijn onvrede over Drechtsteden niet een typisch bestuurdersdingetje? Wat zou het de mensen op het terras van Zomerlust kunnen schelen? ‘Nou heel wat’, reageert Huizinga. ‘Ik ben hier binnengehaald om te zorgen voor ruimtelijke ordening en grote projecten. Omdat de woningsamenstelling uit balans is in Zwijndrecht, staat in het raadsprogramma dat zeshonderd woningen in de sociale sector moeten worden afgebroken. Wij hebben mensen in duurdere huur- en koopwoningen nodig. Linksom of rechtsom, die sociale woningen gaan we slopen. De regionale woonvisie is er al. Als die echt wordt opgepakt door Drechtsteden, dan is er geen probleem. Hendrik-Ido-Ambacht wil 160 sociale woningen voor ons bouwen, maar dat is tot nu de enige gemeente. Papendrecht en Sliedrecht willen helemaal niets. Zonder solidariteit werkt Drechtsteden niet.’
CV
Jos Huizinga (Ulrum, 1954) studeerde van 1974 tot 1981 sociale geografie in Groningen. In de jaren tachtig was hij medewerker van het CDA in de Tweede Kamer. Van 1990 tot 2002 was Huizinga directeur van International Child Support. Hij was wethouder in Schoonhoven in Zuid-Holland (2002- 2006), Zeewolde in Flevoland (2008- 2010), Maasdriel in Gelderland (2011- 2014) en Noordenveld in Drenthe (2017- 2018). Huizinga is sinds 30 mei van dit jaar wethouder in de Zuid-Hollandse gemeente Zwijndrecht. Tussen de bestuurlijke bedrijven door was hij bestuursvoorzitter van het centrum voor lokale ondernemerskringen en bedrijfsadviseur. Hij is lid van het CDA.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.