Tijd voor de laatste ronde
Over de werkzaamheden van de RWI maak ik mij nog wel zorgen. In de Tweede Kamer is gevraagd bepaalde taken te borgen, met name het regionaal arbeidsmarktbeleid en arbeidsmarktinformatie. Met name op dat laatste terrein komen we binnenkort met nieuwe analyses, maar ook met suggesties hoe de arbeidsmarktinformatie veel klantvriendelijker kan worden verzameld en verspreid.
De Raad voor Werk en Inkomen stopt per 1 juli 2012. Tijd voor mij om ook met deze column te stoppen. Dit wordt dus mijn laatste. Enige weemoedigheid is mijn deel. Het periodiek schrijven van een column is een mooie gelegenheid de eigen gedachten te ordenen en te focussen. Ik zal het missen.
De RWI stopt dus. Dat betekent dat medewerkers van de RWI nu naar ander werk zoeken. Daarover hebben we vele adviezen uitgebracht. Nu dus tijd om deze adviezen zelf in de praktijk te brengen. Dan blijkt de kloof tussen theorie en praktijk zo groot nog niet te zijn.
De eerste ervaringen leren dat we onze analyses juist hebben opgesteld. Conform verwachting zijn de jongste medewerkers het eerst vertrokken. Nu volgen langzaam de wat oudere medewerkers. En het vinden van een baan gaat het snelst via een eigen netwerk en steeds minder via het reageren op een vacaturetekst in de landelijke krant. En websites en twitter zijn belangrijke communicatiekanalen geworden voor snelle en adequate informatie over nieuwe banen.
Met mijn medewerkers gaat het dus wel goed komen. Zij vinden ongetwijfeld hun vervolgweg. Deskundig, kritisch en constructief tegelijk. Daar zal een werkgever blij mee zijn.
Over de werkzaamheden van de RWI maak ik mij nog wel zorgen. In de Tweede Kamer is gevraagd bepaalde taken te borgen, met name het regionaal arbeidsmarktbeleid en arbeidsmarktinformatie. Met name op dat laatste terrein komen we binnenkort met nieuwe analyses, maar ook met suggesties hoe de arbeidsmarktinformatie veel klantvriendelijker kan worden verzameld en verspreid. Dit om het gebruiksgemak te vergroten. Hier is nog een wereld te winnen. Het ligt voor de hand dat UWV hier een belangrijke vervolgrol zal gaan spelen. Wij bieden onze kennis op een presenteerblaadje aan en ik verwacht dat de minister, UWV en VNG/sociale partners hier een mooi vervolg aan geven. Maar geregeld is dit nog niet, helaas.
Resteert het regionaal arbeidsmarktbeleid. Juist bij een groeiende groep aan de onderkant van de arbeidsmarkt en een verwacht tekort aan personeel in de nabije toekomst doemen de raakvlakken en het gezamenlijk belang van het bedrijfsleven en de overheid vanzelfsprekend op. Overleg tussen sociale partners en decentrale overheid blijft dan ook van grootste belang. Daar moeten we nu – regionaal en landelijk - andere vormen van overleg voor gaan vinden. Een uitdagende opgave!
Mijn laatste column dus. Het ga u goed. Ik heb het met plezier gedaan.
Pieter Jan Biesheuvel
Voorzitter RWI
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.