Adviesraad: te vroeg voor oordeel over decentralisaties
Op verzoek van de Eerste Kamer en de minister van Binnenlandse Zaken deed de Rob samen met de Raad voor de financiële verhoudingen (Rfv) onderzoek naar de betekenis van de decentralisaties in het sociaal domein voor het functioneren van de lokale democratie en de kwaliteit van het openbaar bestuur.
Raadsleden zijn bijna ‘collectief zoekende’ naar hun verantwoordelijkheid en rol bij de ontwikkelingen in het sociaal domein. ‘Ze worstelen met de vragen die ze moeten stellen en naar instrumenten om relevante gegevens te krijgen en sturing te geven’, zegt Albertine van Vliet, lid van de Raad voor het openbaar bestuur (Rob).
Op verzoek van de Eerste Kamer en de minister van Binnenlandse Zaken deed de Rob samen met de Raad voor de financiële verhoudingen (Rfv) onderzoek naar de betekenis van de decentralisaties in het sociaal domein voor het functioneren van de lokale democratie en de kwaliteit van het openbaar bestuur. Daarvoor werden twintig zeer verschillende gemeenten geraadpleegd, maar ook zorgaanbieders, cliënten, leden van wijkteams, huisartsen en schoolbestuurders. Volgens Van Vliet, lid van de Rob en oud-burgemeester van onder meer Amersfoort, is de Raad expres afgeweken van de gebruikelijke werkwijze; een afgerond advies. In plaats daarvan zijn ‘eerste waarnemingen’ bijeengebracht in een dynamisch (digitaal) document, dat telkens updates krijgt gedurende een meerjarig traject.
Kwetsbaar
Van Vliet: ‘Met betrekking tot de decentralisaties is onze overtuiging dat we na tweeënhalfjaar niet kúnnen zeggen wat goed gaat en wat niet. Daar is deze stelselwijziging te gigantisch voor. Als adviesorgaan moet je je kwetsbaar opstellen en niet meteen klaarstaan met een oordeel en een standaardboekje, omdat men dat van je gewend is. De leerervaring staat in ons traject centraal.’
Van Vliet zegt dat er lokaal nauwelijks politiek bedreven wordt met betrekking tot het sociaal domein. Het doet haar denken aan de jaren van naoorlogse wederopbouw, zegt ze. ‘Toen heerste een gezamenlijk gevoel: eerst moeten we het land opbouwen. Zo’n soort depolitisering zie je nu ook. Er is geen groene of rode jeugdzorg, net zomin als er reformatorische verkeersdrempels zijn. Er is alleen de jeugdzorg van onze stad.’
Sturend gedrag
Van Vliet vindt dat gemeenteraden structureel getraind moeten worden om meer sturend gedrag te ontwikkelen. ‘Veel gemeenten investeren in de kennispositie van de gemeenteraad, maar vaak nog op incidentele basis. Daarbij komt dat de colleges zelf ook nog niet altijd voldoende zicht hebben op de nieuwe doelgroepen, de totale kosten of de effecten van beleid om raadsleden adequaat te informeren.’
Lees het hele artikel in Binnenlands Bestuur nr. 10 van deze week (inlog)
Zo niet dan zitten ze niet op de juiste plek.
Het valt onder verantwoording om te melden.