Pas op voor te veel pop-up in het sociale domein
Ik las onlangs in de krant dat de Bredase wijk Wisselaar de primeur heeft van een pop-up politiebureau in een winkelcentrum. De vraag is of ze daar nu blij mee moeten zijn. Het is een voorbeeld van iets wat we op steeds meer plekken tegen komen: tijdelijkheid. Terwijl we vaak snakken naar het tegenovergestelde: continuïteit en vertrouwdheid. Dat geldt zeker voor het sociale domein, waar de plots opduikende (en straks weer verdwijnende) wijkagent in het Brabantse winkelcentrum met één been in staat.
Tijdelijkheid is steeds meer de norm geworden in de wereld van zorg en welzijn. Het zorgt voor veel druktemakerij, waarbij organisaties, personen en activiteiten komen en gaan, maar sociale problemen blijven bestaan. Dat gebrek aan vastigheid heeft verschillende oorzaken. Mij lijkt de belangrijkste de hardnekkigheid van sociale problemen. Armoede, eenzaamheid, verwaarlozing van kinderen, ze hebben een niet te verdragen hardheid. En dus gaan we steeds opnieuw verbeten op zoek naar die organisatievorm, methodiek of persoon die het varkentje even definitief zal gaan wassen. Het liefst morgen! We schudden de boel flink op, maar als alle stofwolken zijn opgetrokken, zijn veel sociale problemen nauwelijks dichter bij een oplossing gebracht.
Het vindingrijk bedenken en uitproberen van nieuwe mogelijkheden is ontegenzeggelijk een kwaliteit, maar de schaduwzijde is een te grote vluchtigheid. Hup daar popt een buurtwerkplaats of wijkcoöperatie op en hup daar duikt een wijkonderneming of wijkrestaurant waarvan het bestaan je nog maar net bekend was, alweer de vergetelheid in. Twee jaar terug bracht een project me naar de Rotterdamse wijk het Oude Westen. Ik maakte er kennis met Aktiegroep Het Oude Westen en het Buurtpastoraat, twee organisaties die al decennia met de wijk vergroeid zijn evenals de personen die er werkten. ‘Want wie er eenmaal werkte, wil er nooit meer weg.’ Ze verschilden in alles van het moderne pop-up fenomeen. De opbouwwerkster en de wijkpastor vertelden me over ouderen die leden onder hun eenzaamheid, maar zich lastig lieten bereiken. Ze hielden vreemden op afstand en deelden pas vertrouwelijke informatie met personen als ze je goed kende. Hun ervaring: werkelijk verbinding maken kost tijd.
Ik had het eerder gehoord in verschillende onderzoeksprojecten op de andere oever van de Maasstad. Op Zuid bleek er breed gedeelde scepsis bij frontlinie-professionals over kunstjes van elkaar in hoog tempo afwisselende passanten die uit waren op snel succes. Bouw eerst vertrouwen op, was hun boodschap. Vaak kost dat jaren, begreep ik, maar vertrouwde organisaties en gezichten zijn essentieel, zeker als het gaat om het helpen van mensen met ingewikkelde levens. Alleen: de huidige trends staan daar haaks op. Ze signaleerden dat gemeentelijke voorzieningen steeds vaker voor korte tijd georganiseerd worden, zonder perspectief op een langere levensduur, onder meer door het instrument van aanbesteding.
Gaat dit veranderen? In het krantenartikeltje over het pop-up politie bureau wordt de aanwezigheid van een wijkagent als ‘luxe’ getypeerd. Gaan we ons de luxe gunnen in het sociale domein om organisaties en professionals de tijd te geven te wortelen, gekend te raken en contact en verbinding te maken? En gaan we ze ook de tijd geven om zich te verdiepen in beproefde methoden van werken, voordat ze hetzelfde wiel weer gaan uitvinden? Het moet mogelijk zijn. Laten we afscheid nemen van die poppenkast van pop up passanten in het welzijnsveld, want als je echt op tijd verbinding weet te maken, een echt gesprek voert met de beoogde doelgroepen, dan verdampt veel kostbare zorg.
Radboud Engbersen, expert sociaal domein bij Movisie
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.