Advertentie
sociaal / Nieuws

Eeuwig sleutelen aan de bijstand

Zorgen Participatiewet na tien jaar debat nog steeds actueel.

30 januari 2025
ANP Commissiedebat Participatiewet
Het recente commissiedebat Participatiewet in de Tweede Kamer.ANP/Hollandse Hoogte/Laurens van Putten

Tien jaar na de invoering van de ­Participatiewet blijft het strenge bijstandsregime een punt van ­discussie. Ondanks herhaalde aanpassingen en de belofte van ­versoepelingen rijst de vraag: zijn de veranderingen ­voldoende om de kritiek van gemeenten weg te nemen?

Projectmanager Civiele Techniek

Yacht
Projectmanager Civiele Techniek

Productmanager kennisbank Inzicht Sociaal Domein (ISD)

Stimulansz
Productmanager kennisbank Inzicht Sociaal Domein (ISD)

2015

Met hoge verwachtingen werd tien jaar geleden, op 1 januari 2015, de Participatiewet ingevoerd. Een wet en een decentralisatie in één: gemeenten kregen meer verantwoordelijkheden in het ondersteunen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, en ze kregen een aantal handvatten om dat te doen.

Beleidsvrijheid, maar strenger

Meer beleidsvrijheid en instrumenten, zoals de loonkostensubsidie, zouden moeten zorgen voor een hogere uitstroom van mensen uit de bijstand naar betaald werk. Maar met de Participatiewet kwam niet alleen positieve stimulatie. De wet bracht ook meer regels en verplichtingen: een strengere sollicitatieplicht, meer handhaving, wettelijke tegenprestaties en een veel strikter Wajong-regime. Juist dat strengere regime staat nu nog steeds ter discussie.

Klijnsma

Nog steeds, en nadrukkelijk niet alweer. Aan de Participatiewet is de afgelopen tien jaar namelijk doorlopend gesleuteld. Op 20 februari 2014 stemde de Tweede Kamer in met het wetsvoorstel van Jetta Klijnsma (PvdA), toenmalig staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zoals de wet de gemoederen nu nog steeds bezighoudt, zo was ook het politieke debat toentertijd op zijn minst gepolariseerd te noemen.

Paars

Niet alleen tussen links en recht, of tussen coalitie en oppositie, maar ook binnen het paarse kabinet-Rutte II (2012-2017) waren de neuzen niet altijd dezelfde kant op gericht. Hoewel ze het wetsvoorstel uiteindelijk beide steunden, dachten VVD en PvdA duidelijk anders over welke problemen de nieuwe wet nou eigenlijk zou oplossen. Enerzijds waren er de liberalen, die in de Participatiewet vooral een manier zagen om werklozen aan het werk te krijgen. Aan de andere kant stonden de sociaaldemocraten, die hoopten ­ermee de bestaanszekerheid te verbeteren.

Als ik één ding aan de Participatiewet mag veranderen is dat…

Daan de Kort (VVD)

‘Voor de VVD is het belangrijkste uitgangspunt dat alles gericht is op betaald werk en het activeren van mensen naar betaald werk. Een van de belangrijkste wijzigingen om dat te bewerkstelligen is het verruimen van de bijverdiengrenzen. Momenteel mogen mensen met een uitkering voor een periode van zes maanden maximaal 25 procent van hun inkomsten houden. Dat wordt in het wetsvoorstel Participatiewet in Balans verruimd naar 15 procent voor een periode van maximaal twee jaar. De stap naar fulltime werk is voor veel bijstandsgerechtigden erg groot. Door ruimhartiger om te gaan met bijverdienen komt zelfredzaamheid een stuk dichterbij.’

Doelen verschillen

Dat blijkt bijvoorbeeld uit de kabinets­reactie op de door de verschillende partijen gestelde vragen over het wetsvoorstel. Datum: 4 februari 2014. Daarin staat onder andere dat de VVD blij was met het wetsvoorstel omdat de wet uitgaat ‘van de eigen kracht, capaciteiten en talenten van mensen in plaats van beperkingen die mensen volwaardig laten meedoen’. Wel gaf de fractie aan bang te zijn dat gemeenten uitkeringsgerechtigden gaan ‘afwentelen’ naar de ziektewet of de WIA.

Naar werk

De partij twijfelde of gemeenten wel voldoende prikkels hadden om mensen actief aan het werk te helpen. De VVD vroeg het kabinet ook of lokale overheden eindelijk hun ‘granieten bestand’ willen doorlichten, zodat mensen die al langdurig een uitkering ontvangen aan het werk worden geholpen.

Bestaanszekerheid

De PvdA daarentegen stelde vooral vragen over de positie van inwoners onder de Participatiewet. Bijvoorbeeld wat er gebeurt met mensen zonder arbeidsvermogen, die uiteindelijk niet kunnen werken. Hoe het zit met wisselend beleid in verschillende gemeenten, de inzet van loonkostensubsidie en de doelstellingen van de banenafspraak. Die doelstelling – 125.000 nieuwe banen voor mensen met een arbeidsbeperking – lijkt overigens bij lange na niet te worden ­gehaald.

Als ik één ding aan de Participatiewet mag veranderen is dat…

Esmah Lahlah (GroenLinks-PvdA)

‘De Participatiewet moet fundamenteel van tafel. De wet is nu tien jaar oud en de rapporten stapelen zich op die zeggen dat er iets drastisch anders moet. Als ik één ding moet kiezen om te veranderen, is dat het wantrouwend mensbeeld waarop de Participatiewet is gestoeld. Het gaat ervan uit dat mensen niet willen werken en zo lang mogelijk een uitkering willen krijgen, maar dat is helemaal niet wat ik in de praktijk zie. Er zitten onnodig hardheden in de wet. Als je iets niet goed invult, kan je bijvoorbeeld gekort worden op je uitkering. Daar worden nu eindelijk wel stappen in gezet, maar eigenlijk moeten we volledig terug naar de tekentafel.’

Lokale kritiek

Het duurde niet lang voordat de eerste ­kritische geluiden vanuit gemeenten opkwamen. Eind 2015 begonnen die eigenhandig de bijstands­regels op te rekken. Experimenten in Groningen, Utrecht, Tilburg en Wageningen, waar werd gewerkt met een softer handhavingsregime, werden door het kabinet met argusogen in de gaten gehouden. Klijnsma zei dat de experimenten in strijd waren met de wet, maar wilde ze onder de juiste omstandigheden gedogen.

Sleutelen

Daarna begon het sleutelen: terwijl gemeenten vroegen om versoepeling werd op 1 januari 2016 juist de taaleis ingevoerd. In 2017 werd de Quotumwet geactiveerd. Daarmee werden bedrijven en overheidsorganisaties verplicht, op straffe van een boete, om werknemers met een arbeidshandicap in dienst te nemen. Later werden de regels voor loonkostensubsidie vereenvoudigd, en kregen gemeenten meer ruimte om maatwerk toe te passen bij de verstrekking ervan. Het waren met name technische wijzigingen, vooral gericht op het vergemakkelijken van het traject dat bijstandsgerechtigden doorliepen om tot een betaalde baan te komen.

'Maatwerk'

Tegelijkertijd bleven gemeenten worstelen en namen ze het heft in eigen handen. Onder de noemer ‘maatwerk’ gaven ze inkomstenvrijstellingen, of lieten ze ontvangen giften onbestraft. Gemeenten die wel de letter van de wet volgden, konden ­meermaals op grote publieke verontwaardiging rekenen. Het bekendste voorbeeld zijnde de ‘boodschappenaffaire’ in Wijdemeren, waar de gemeente 7.000 euro aan bijstand terugvorderde omdat een vrouw van haar ouders regelmatig levensmiddelen cadeau kreeg. Schrijnend, maar volgens de Centrale Raad van Beroep handelde de gemeente juist.

Nu

Het meest recente Kamerdebat over het wetsvoorstel Participatiewet in Balans (16 januari 2025) gaf niet de indruk dat er de afgelopen tien jaar veel verandering heeft plaatsgevonden. Zo benadrukte Tweede Kamerlid Daan de Kort (VVD) het belang van werk als doel van de Participatiewet. Esmah Lahlah bracht namens GroenLinks-PvdA in dat de wet te weinig doet voor minima, en dat de wet te veel uitgaat van wantrouwen. Ook de beloftes van het huidige kabinet voor wat het wetsvoorstel teweeg zal brengen doen denken aan de ideeën van Paars uit 2014.

De geschiedenis herhaalt zich

Zo blijkt uit de woorden van VVD-staatsecretaris Nobel (Participatie en Integratie). Werk blijft centraal staan, al is er op papier meer aandacht voor de menselijke maat. De taaleis blijft bestaan, gemeenten moeten die handhaven en het kabinet zal daarop streng toezien. Ook deze bewindspersoon benadrukt, net als Klijnsma tien jaar eerder, dat gemeenten zich te houden hebben aan de geldende regelgeving. Ook in dit wetsvoorstel is weinig aandacht voor een passend regime voor mensen met een arbeidsbeperking.

Lees het hele artikel deze week in BB nummer 2.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie