Advertentie
sociaal / Nieuws

Discriminatie op straat en in winkels ‘robuust’

Door ervaren discriminatie verliezen mensen vooral vertrouwen in andere mensen, maar ook in de overheid.

05 augustus 2024
Ervaren discriminatie op straat en in winkels blijft op hetzelfde niveau.

Eén op de zes Nederlanders ervaart discriminatie in het (semi)publieke domein, zoals op straat, in winkels en het openbaar vervoer. Dat gebeurt dan met name op grond van huidskleur, migratieachtergrond en gender.

Senior Beleidsadviseur Economie en Media

JS Consultancy
Senior Beleidsadviseur Economie en Media

Beleidsmedewerker Verkeer en Vervoer

JS Consultancy
Beleidsmedewerker Verkeer en Vervoer

Sportveld

Uit onderzoek in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ruimte voor iedereen?) blijkt dat twaalf procent van de Nederlandse bevolking van 16 jaar en ouder in de afgelopen twaalf maanden discriminatie heeft ervaren in het (semi)publieke domein. Als ook degenen worden meegeteld die twijfelden of wat zij meemaakten discriminatie was, gaat het om 18 procent van de bevolking. Discriminatie in het (semi)publieke domein wordt het meest ervaren op straat, in winkels en in het openbaar vervoer en relatief het minst in vrijetijdsgelegenheden zoals een sportveld, speeltuin, zwemstrand of stadion en online.

Kwetsende grappen

Het vaakst gaat de ervaren discriminatie om negatieve bejegening, zoals schelden, pesten, naroepen, kwetsende grappen maken of iemand onvriendelijk behandelen. Bij circa twee van de drie slachtoffers ging het om die vormen. Andere uitingsvormen, zoals seksueel grensoverschrijdend gedrag, vandalisme en lichamelijk geweld of dreiging werden minder vaak ervaren.

Politie

Mensen voelen zich in het (semi)publieke domein vooral gediscrimineerd door medeburgers, in verreweg de meeste gevallen (71 procent) personen die zij niet kennen. Daarnaast voelt één op de tien mensen zich gediscrimineerd door iemand van politie/handhaving/beveiliging.

Laag inkomen

Niet iedereen wordt in dezelfde mate geraakt door discriminatie. Mensen die jong zijn, hbo/wo opgeleid, een lager inkomen hebben, met een niet-westerse achtergrond, een beperking (met name wanneer deze psychisch van aard is) of een lesbische, homoseksuele, biseksuele of aseksuele seksuele oriëntatie hebben, ervaren volgens de onderzoekers relatief vaak discriminatie in het (semi)publieke domein.

Omstanders

Steun van omstanders moeten slachtoffers van discriminatie vaak missen. Onbekende omstanders doen meestal niks (83 procent). Dat is volgens de onderzoekers overigens ook geen ongewone reactie voor de bekenden in het gezelschap van degenen die discriminatie ervaart: 40 procent van hen doet ook niks volgens degenen met een discriminatie-ervaring. Ook personen met een specifieke functie in het (semi)publieke domein ondernemen vaak geen actie. Het komt zelfs regelmatig voor dat die personen meededen met de discriminatie. Een veel kleiner deel van hen sprak de vermeende plegers aan op de discriminatie.

Vertrouwen

Door de ervaring van discriminatie verliezen mensen vooral vertrouwen in andere mensen. Ruim de helft van de mensen die discriminatie hebben ervaren geeft dat aan. Voor één op de vijf mensen die zich gediscrimineerd hebben gevoeld, leidt die ervaring tot minder vertrouwen in de overheid en een minder goede mentale gezondheid. Bijna twee op de vijf mensen met een discriminatie-ervaring vermijdt plekken waar ze verwachten met discriminatie te worden geconfronteerd. Bijna een kwart van de mensen heeft door de negatieve ervaring(en) het eigen gedrag aangepast.

SCP

De onderzoeksresultaten komen goeddeels overeen met eerdere onderzoeken, zoals de studie van het Sociaal en Cultureel Planbureau uit 2018. Ook daarin gaf 12 procent van de Nederlanders aan discriminatie te ervaren in het (semi)publieke domein met vier procent ‘twijfelaars’. In die zin is er volgens de onderzoekers sprake van ‘een zekere robuustheid.’ Ook eerder onderzoek liet al zien dat dat ervaren discriminatie in het (semi)publieke domein het meest lijkt voor te komen op straat – en dan met name in de eigen woonomgeving – en in winkels.

Gesprek

De onderzoekers denken dat door het gesprek in de samenleving te voeren over hoe we met elkaar omgaan en elkaar te laten weten wanneer grenzen overschreden worden, er een helderder beeld ontstaat over wat men wel en niet acceptabel gedrag vindt, waardoor elkaar aanspreken mogelijk makkelijker wordt.

Reacties: 6

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Bert Bakker
Ik weet niet in wat voor wereld deze pennelikkers leven want ik zie dat zogenaamde racisme never nooit gebeuren. Niet in mijn omgeving niet in de stad niet op mijn werk. Niet op de clubs. Ik zie wel zeer onwelgevallig aanwezigen maar die mag je er blijkbaar niet op aanspreken.
Bert Bakker
Ik zie wel dat al die zogenaamd gediscrimineerden voorgetrokken worden. Vrouwen, migranten en donkere mensen om maar in de setting van deze misvatting te blijven. Dat zien wij toch ook op de werkvloer en niet zo'n beetje.
H Boer
Zegt Bertje, die onder elk BB artikel, misplaatste racistische en discriminerende reacties schrijft. Ga toch weg, sukkel.
Bert Bakker
Ik laat mijn mensen niet zonder enige reden continue wegzetten als abjecte racisten want dat is absoluut onwaar. Als dat in jouw omgeving voorkomt zou ik maar eens aan de slag gaan in plaats van om me heen te slaan.
Bert Bakker
En Boer jij werkt zeker niet op een gemeente of ergens anders in de overheid anders zou je het roerend met me eens zijn qua wie er worden aangenomen en wie promotie krijgen. Ik constateer. Dat doen we allemaal maar ja we zijn racisten dus we mogen daar geen commentaar op leveren. Dat is denk ik de crux.
Bert Bakker
En de invalshoek is hier altijd zo verschrikkelijk eenzijdig dat ze wel uitnodigen tot een beetje röhring ja. Het is net alsof er maar een zienswijze kan zijn en dat is natuurlijk onrealistisch.
Advertentie