Minimumloon als pgb-tarief informele hulp niet toegestaan
In de praktijk betekent dit dat bijna alle gemeenteverordeningen moeten worden aangepast.
Het tarief voor een persoonsgebonden budget (pgb) voor informele hulp moet overeenkomen met de cao Verpleeg-, Verzorgingshuizen en Thuiszorg (VVT). Dat oordeelt de Centrale Raad van Beroep in twee uitspraken. Wanneer gemeenten in hun verordeningen een lager uurloon hanteren, bijvoorbeeld het minimumloon, mag dat tarief niet meer worden toegepast.
De feitelijke achtergrond maakt deze uitspraken eigenlijk niet zo spannend, zegt Dennis van Tilborg. Hij is advocaat en partner bij AKD. Het zwaartepunt in zijn werk ligt op het sociaal domein. Volgens Van Tilborg gaat het om de vraag wat het minimale pgb-tarief is dat een gemeente mag hanteren wanneer dit pgb wordt ingezet voor informele hulp. ‘De Wmo 2015 is daar momenteel niet duidelijk over. Die bepaalt dat gemeenten in hun verordening een passend tarief moeten hanteren. Er staat geen bedrag of uurloon of iets dergelijks.’
Minimumloon
Het is aan de gemeenteraad om de hoogte te bepalen. Wat ‘passend’ is verschilt dus per gemeente. Van Tilborg: ‘Veel gemeenten hanteren voor informele tarieven nu het minimumloon, of maximaal 125 procent van het minimumloon. Dat hebben zij, zoals de Wmo 2015 voorschrijft, keurig in hun verordeningen opgenomen.’
Huishoudelijke hulp en individuele begeleiding
Maar dat tarief is te laag, aldus de Centrale Raad van Beroep (CRvB). De hoogste bestuursrechter in socialezekerheidszaken stelt dat het pgb-uurtarief voor huishoudelijke ondersteuning door iemand uit het sociaal netwerk minimaal gelijk moet zijn aan het uurloon van de hoogste periodiek in de cao VVT, plus vakantietoeslag en verlofuren. Ook het minimale pgb-tarief voor individuele begeleiding moet omhoog. De rechter bepaalt dat dit minstens gelijk moet zijn aan het uurloon van FWG 30 (Functie Waardering Gezondheidszorg) in diezelfde cao VVT, met eveneens een vakantietoeslag en verlofuren.
Het is nu gewoon klip en klaar welke pgb-tarieven gemeenten minimaal moeten hanteren voor informele hulp
Tarief verhogen
Wat dit voor gemeenten betekent, hangt af van wat zij hebben opgenomen in hun verordening. Gemeenten die een pgb-tarief hanteren dat overeenkomt met de door de rechter genoemde cao-tarieven (of hoger) hoeven in principe niks te doen. Maar gemeenten die bijvoorbeeld als tarief het wettelijk minimumloon aanhouden – en dat aantal is niet gering – moeten op korte termijn dat tarief verhogen, stelt Van Tilborg.
Deugdelijke verordeningen
Daarnaast moeten deze gemeenten op de lange termijn hun verordeningen aanpassen. ‘Alleen het verhogen van het tarief volstaat niet. Juridisch gezien is daarmee de verordening namelijk nog niet aangepast.’ Het college van B en W moet formeel constateren dat de door de gemeenteraad vastgestelde verordening op dit punt niet klopt. ‘Als je als gemeente voor de rechter komt, zal die namelijk oordelen dat die bepaling in de verordening onverbindend is. Dat is zeker op de lange termijn onwenselijk, want gemeenten moeten wel beschikken over deugdelijke verordeningen. De colleges moeten, kortom, hun raden oproepen om de verordening zo aan te passen dat deze weer in lijn is met de rechtspraak.’
Beleidsvrijheid
In de praktijk betekent dit dat bijna alle gemeenteverordeningen moeten worden aangepast. Maar met deze uitspraken schept de rechter wel duidelijkheid, vindt Van Tilborg. ‘Het is nu gewoon klip en klaar welke pgb-tarieven gemeenten minimaal moeten hanteren voor informele hulp. Hierdoor leveren gemeenteraden wel wat beleidsvrijheid in. Eerder mochten zij immers nog zelf bepalen welk tarief zij passend achten. Maar voor de CRvB weegt het belang van de cliënt zwaarder. Een hoger minimum moet ervoor zorgen dat de inwoner met het pgb kwalitatief goede zorg kan inkopen en dat de continuïteit daarvan gewaarborgd is.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.