Mijn honden zijn beter gehuisvest dan deze kinderen
Er werken duizenden arbeidsmigranten in Nederland. Hele bedrijfstakken zouden inzakken als we deze mensen niet hadden. Steeds meer van hen geven aan in Nederland te willen blijven. We hebben die mensen nu en in de toekomst hard nodig. We behandelen hen echter slecht. Zo maar een bezoek aan een Pools gezin maakt dit pijnlijk duidelijk.
Er werken duizenden arbeidsmigranten in Nederland. Hele bedrijfstakken zouden inzakken als we deze mensen niet hadden. Steeds meer van hen geven aan in Nederland te willen blijven. We hebben die mensen nu en in de toekomst hard nodig. We behandelen hen echter slecht. Zo maar een bezoek aan een Pools gezin maakt dit pijnlijk duidelijk.
Carnavalszaterdag. Eigenlijk een gekke dag om te gaan kijken hoe een Pools gezin in onze gemeente gehuisvest is. Maar ik heb het beloofd en dus doe ik het. Onderweg passeer ik verschillende plekken waar vrolijke carnavalsvierders op de bus richting Venlo staan te wachten. Ik weet ongeveer waar ik moet zijn, maar ik rij me toch vast op een weg die overgaat in een voetpad. Dus terug naar de woonwijk om de weg te vragen. ´O, daar bij die Polen? Dan moet je zo en zo rijden.´
Bij de ingang van wat vroeger kennelijk een camping was, staat de mevrouw te wachten met wie ik afgesproken heb op bezoek te gaan bij een Poolse familie die een tijd geleden een collega-wethouder en mij aansprak over de slechte huisvesting. Eva heet de mevrouw. Zij is een Poolse. Ze woont en werkt al jaren in Nederland, spreekt voortreffelijk Nederlands, kent het gezin en zal ook optreden als tolk. We lopen het terrein op dat vol staat met kleine units, dicht op elkaar. Geen mens te zien. In het gesprek dat ik later met het Pools gezin heb, hoor ik dat er in al die huisjes behalve veel Polen ook mensen wonen uit verschillende andere Oost-Europese landen. Allemaal mensen die ergens in de buurt werken, op fabrieken of in kassen.
Bij de entree van een van deze units word ik begroet door een jonge man en jonge vrouw en hun drie kinderen. Ik mag meteen hun hele huis zien, maar ik heb bij binnenkomst al ervaren dat de omschrijving ‘het hele huis’ eigenlijk een te royale aanduiding is voor dit onderkomen. Het is eerder een oude stacaravan die bestaat uit een ruimte waar met moeite een bank en bed kunnen staan, een kleine kast en tafel en een kachel die afgeschermd is met een rek uit een oude koelkast. Dat is de woonkamer. Als je daar met vijf mensen zit is het tjokvol. Dan een klein kamertje dat dienst doet als opbergkast. Daarnaast ligt de kamer van de beide oudste kinderen. Het stapelbed neemt bijna de hele ruimte in beslag. Hier moeten de kinderen spelen, hun huiswerk maken en slapen. Een hoek van deze ruimte is nat. Dat komt door de doucheruimte die er naast ligt. Die lekt een beetje en dat maakt de kamer van de kinderen vochtig. Het hele onderkomen is trouwens vochtig en afgelopen winter kon die ene kachel het niet warm krijgen. Geen wonder dat het jongste kind hoest en longproblemen heeft.
Via de tolk praat ik met het echtpaar over van alles en nog wat. Over hun situatie op het platteland in Polen, waar ze geen werk konden vinden. Over kun komst naar Nederland en de niet ingeloste belofte van het uitzendbureau wat betreft huisvesting. Over het huurbedrag dat ze maandelijks contant moeten betalen, over de tussenpersoon aan wie ze tot voor kort nog honderd euro extra per maand bovenop de toch al veel te hoge huur moesten betalen en over het gebrek aan service als er iets stuk is. Over de uitzendorganisatie bij wie ze in dienst zijn, over het werk dat ze moeten doen en waar tientallen mensen werken van wie er niet een Nederlands spreekt. Over hun gevoel van afhankelijkheid en hun angst om het werk dat ze hebben kwijt te raken. Over de kinderen en de school, over het belang voor kinderen om gewoon mee te doen met andere kinderen en over het schaamtegevoel dat de oudste van tien heeft om vriendjes uit te nodigen bij hem te komen spelen, omdat daar gewoon geen plek voor is. Over hun toekomst in Nederland waar ze willen blijven en over het belang om Nederlands te leren en hoe moeilijk dat is na het zware werk dat ze dagelijks moeten doen.
Via de tolk laten de man en vrouw mij weten dat ze alles op alles willen zetten om hun kinderen een betere jeugd en een betere toekomst te geven dan zij zelf hebben gehad. Daar werken ze keihard voor en daar vragen ze hulp voor. Hulp op de allereerste plaats bij het vinden van betere huisvesting, want de kinderen worden ziek in dit onderkomen.
Na een kop koffie en een gebakje loop ik met de tolk terug naar de parkeerplaats. De tolk neemt afscheid met de woorden: mijn honden zijn beter gehuisvest dan deze kinderen; zorg alsjeblief dat deze mensen een beter huis krijgen!
Raf Janssen
- Concurreren werknemers uit het voormalige oostblok mensen met zwaar werk, die toch al niet al te veel verdienen, van de markt af door voor nog minder te willen werken.
- is het helaas ook voor criminelen uit andere landen een stuk gemakkelijke geworden om hier hun slag te slaan en met koper en andere buit naar het land van herkomst terug te keren.
- Worden de brave, hardwerkende mensen uit die landen, hier uitgebuit door huisjesmelkers en werkgevers die voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten.
Over deze gevolgen lijken die Pro-Europa partijen helemaal niet te hebben nagedacht, zoals wel vaker het geval is bij idealisten, en daar hoor je RAF Janssen nu ook niet over.