Druk op noodopvang neemt toe
In de Haagse Kessler Stichting werden in 2010 zes gezinnen weggestuurd omdat de opvang vol was. In 2012 waren dat er 154.
De druk op de dag- en nachtopvang en de crisisopvang in Nederland neemt toe. Dat zegt de Federatie Opvang. Een zorgwekkende trend daarbij is dat steeds meer jongeren zich bij de opvang melden.
154 gezinnen
Dagblad De Limburger meldde gisteren dat alle beschikbare plekken voor noodopvang het hele jaar al vol zitten. Dit jaar alleen al zou het aantal vragen naar opvang met 15 tot 20 procent gestegen zijn. ‘Wij schrikken van deze cijfers, maar helaas staan ze niet op zichzelf’, zegt Jan Laurier, voorzitter van de landelijke Federatie Opvang. ‘We zien dit door het hele land.’ Zo moest de Haagse Kessler Stichting in 2010 bijvoorbeeld zes gezinnen de deur wijzen. In 2011 waren dat er al 35 en in 2012 moesten 154 gezinnen weggestuurd worden. ‘Die mensen kunnen soms nog bij vrienden of kennissen terecht, soms is er in een andere opvang of op een camping nog plaats. Maar soms komen ze ook op straat’, aldus Laurier.
Inspanningsperiode
De noodzaak voor opvang neemt toe omdat er nog steeds geen einde is gekomen aan de crisis. Maar dat is niet de enige reden. Er zijn ook wetten en maatregelen genomen die invloed hebben. De verplichte inspanningsperiode van een maand voor jongeren die een bijstandsuitkering aanvragen, bijvoorbeeld. In die tijd krijgt de aanvrager nog geen geld. 'Voor de meest kwetsbaren, de jongeren met weinig of geen vrienden, is dat echt een probleem', zegt Laurier. De plannen om deze verplichte inspanningspanningsperiode voor iedereen te laten gelden, ziet hij daarom niet zitten.
Kijken naar kansrijken
Ook de strengere regels bij bijvoorbeeld de schuldhulpinstellingen zorgen ervoor dat mensen sneller in de problemen komen. Gemeenten hanteren strengere toelatingsregels bij het verlenen van schuldhulp. Sommige gemeenten weigeren mensen als ze al eerder in een schuldhulptraject hebben gezeten. Laurier: 'Men richt zich op kansrijken. Juist de kwetsbaren zijn daar de dupe van. Gemeenten kijken soms naar het inkomen van iemand om te zien of hij in staat is zijn schulden af te betalen. Maar daar zit 'm nou juist het probleem.' De Federatie ziet de ontwikkelingen met lede ogen aan. 'Jarenlang zijn instellingen en gemeenten samen bezig geweest om ervoor te zorgen dat er zo min mogelijk dak- en thuislozen zijn en dat de opvang goed geregeld is. En uitermate succesvol, als je kijkt naar het buitenland. Maar met deze ontwikkelingen gaat het weer de andere kant op. 'En dat is vervelend voor de betrokkenen', aldus Laurier, 'maar het levert echt schade op voor kinderen en jongeren. Ik wil graag de oproep doen dat jongeren en kinderen echt niet in de opvang thuis horen.'
Achter de oren krabben
Gemeenten moeten zich volgens de Federatie Opvang maar eens achter de oren krabben over wat de consequenties zijn van het gevoerde beleid. Denk na over de toelating tot schuldhulp, bekijk of er in sommige gevallen beter geen inspanningsperiode van een maand kan zijn, zorg voor een voorschot als dat nodig is. Laurier: 'En tegelijkertijd moeten gemeenten ook kijken naar de beschikbaarheid van betaalbare woningen. Want mensen met een minimum inkomen zijn vaak een heel groot deel van hun geld kwijt aan huur en vaste lasten als energie.'
Reacties: 3
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.