Stijgende kosten jeugdzorg black box voor raden
Voor de gemeenteraden uit de jeugdhulpregio Haaglanden zijn de kostenstijgingen in de jeugdzorg een ‘black box’. De kostenstijgingen per gemeente lopen sterk uiteen. Dat blijkt uit onderzoek van de rekenkamers.
De gemeenteraden van de jeugdhulpregio Haaglanden hebben geen van allen volledig zicht op de oorzaken van de kostenstijging in de jeugdzorg. Dat stellen de rekenkamers van de betrokken gemeenten na onderzoek. De kostenstijgingen per gemeente lopen sterk uiteen.
Forse kostenstijging
In Westland zijn de kosten van de jeugdzorg, die via het Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden voor de jeugdhulpregio Haaglanden wordt ingekocht, met 83 procent gestegen; in Pijnacker-Nootdorp met 39 procent. Dat blijkt uit rekenkameronderzoeken van de zogeheten H10-gemeenten; Delft, Den Haag, Leidschendam-Voorburg, Midden-Delfland, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk, Voorschoten, Wassenaar, Westland en Zoetermeer. Voor alle H10-gemeenten zijn de kosten voor de ingekochte jeugdzorg gestegen van 165 miljoen euro in 2015 naar 253 miljoen in 2019.
Remmende werking
De kostenstijging wordt vooral veroorzaakt door de toename van de gemiddelde kosten per uur zorg, gevolgd door een stijging van het aantal unieke jongeren dat jeugdzorg krijgt. Jongeren kregen grosso modo minder uur zorg. Dat heeft een remmende werking op de kostenstijging gehad. De inkoop van jeugdhulp ambulant is voor bijna 35 procent verantwoordelijk voor de toename van de kosten, gevolgd door jeugd-ggz (26 procent), dagbehandeling (17 procent) en jeugdhulp met verblijf inclusief behandeling (12 procent).
Resultaten onbekend
Naast onderzoek naar de kostenstijging hebben de rekenkamer(commissie)s van de H10-gemeenten ook de informatievoorziening hierover aan de gemeenteraden onder de loep genomen. Geen van de tien gemeenteraden heeft volledig zicht op de oorzaken van de kostenstijging, stellen de H10-rekenkamercommissie(s). Zo krijgt de Haagse raad onvoldoende informatie over de ontwikkeling van de kosten, uitgesplitst naar verschillende vormen van jeugdzorg en verwijzers. Ook de resultaten van de geleverde jeugdzorg wordt niet geregistreerd, zo concludeert de rekenkamer Den Haag. ‘De kostenstijgingen van de afgelopen jaren zijn daardoor voor de gemeenteraad teveel een black box.’
Grip
Naast haperende informatie over de kostenstijging aan de raden van Wassenaar, Voorschoten, Oegstgeest en Leidschendam-Voorburg, kregen zij ook geen duiding van hun colleges over de relatie tussen doelstellingen, activiteiten en beoogde maatschappelijke effecten. Daarnaast werd geen verklaring gegeven voor de toename van bepaalde jeugdzorgvormen, zoals de jeugd-ggz. Inzicht was er voor de raden evenmin in het type verwijzers en de ingezette vormen van jeugdzorg. De rekenkamercommissie adviseert de vier gemeenteraden inzicht en grip te krijgen op de stijging in gemeentelijke verwijzing naar jeugdzorgtrajecten en op de jeugdzorg-producten met de grootste stijging en omvang van kosten.
Kostenbeheersing
De rekenkamer Den Haag vindt dat de raad via voortgangsrapportages meer zicht moet krijgen op de kostenstijgingen, zodat hij in de toekomst met het college betere afspraken kan maken over de manier waarop het college de kosten moet beheersen. De rekenkamer adviseert het college onder meer inzicht aan de gemeenteraad te geven in de (meerjarige) kostenontwikkeling van jeugdzorg, het aantal jongeren met jeugdhulp en de grootste of meest opvallende ontwikkelingen in het gebruik en de kosten van de jeugdzorg.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.