Advertentie
sociaal / Achtergrond

Kinderjuf moet stilzitten

Justitie mag weigeren een Verklaring omtrent gedrag (VOG) af te geven aan een jonge vrouw die stage wil lopen bij een kinderdagverblijf, maar twee jaar eerder is veroordeeld voor geweldpleging.

07 augustus 2009

Rozemarijn* is rond haar zestiende een wilde meid. Ze gaat regelmatig uit. Soms zelfs uit haar dak. In deze periode raakt zij twee keer betrokken bij vechtpartijen. Een vechtpartij in een discotheek. Een andere in de gothic scene waarvan zij deel uitmaakt. In april 2007 wordt zij veroordeeld tot een werkstraf van zesenveertig uur en een leerstraf van vijftig uur. Met een proeftijd van twee jaar. Tijdens de leerstraf heeft zij volgens haar advocaat Marie-José de Boorder-Gilsing haar agressie leren beheersen.

 

Rozemarijn is ondertussen begonnen aan een opleiding tot pedagogisch medewerker bij een kinderdagverblijf. Daarvoor loopt zij met succes stage bij kinderdagverblijf Tinkelbel in Den Haag. Volgens de regels moet het kinderdagverblijf nog een Verklaring omtrent gedrag (VOG) van haar hebben. In oktober 2007 weigert de minister van Justitie deze verklaring te verstrekken. Omdat de stage op dat moment is afgerond, verklaart de minister het verzoek om afgifte ongegrond wegens het ontbreken van belang.

 

Voor Rozemarijn is die VOG wél belangrijk. Voor haar opleiding moet zij nog meer stages lopen. Als zij bezwaar maakt, neemt het ministerie haar verzoek alsnog in behandeling - om het begin 2008 af te wijzen. Want het gaat het om een geweldsdelict dat twee keer is gepleegd. Bovendien is de proeftijd nog lang niet verstreken. De rechtbank geeft de minister gelijk.

 

In juni dit jaar zegt de Raad van State dat het registreren en (indirect) verstrekken van gegevens van minderjarigen het recht op privacy niet schendt. Evenmin is de Raad het met Rozemarijn eens dat de weigering van de VOG neerkomt op een dubbele straf, die haar recht op onderwijs en beroepsmogelijkheden beperkt.

 

De weigering is geen sanctie, maar een bestuursrechtelijk instrument dat een preventief doel dient. Dat Rozemarijn de straffen met goed gevolg heeft ondergaan en zich in de inmiddels verstreken proeftijd niet opnieuw aan een geweldsdelict heeft schuldig gemaakt, is geen reden om het verzoek alsnog toe te wijzen. Toen de minister het verzoek afwees, was dit succes te pril en de proeftijd nog te lang. Wel moet de minister van Justitie de proceskosten vergoeden, omdat hij een VOG-verzoek niet-ontvankelijk kan verklaren.

 

Voortaan zal het ministerie in zulke gevallen daarom het verzoek gewoon afwijzen of zeggen dat het niet in behandeling wordt genomen, laat een woordvoerder weten. Rozemarijn is nu 19 jaar en heeft bijna een tweede stage elders afgerond. Voor deze stage is opnieuw een VOG geweigerd. Daardoor kan zij haar opleiding niet afronden.

 

Marie-José de Boorder-Gilsing: ‘Zij kan pas in april 2011 een VOG krijgen en moet dus twee jaar stilzitten. Zo’n aantekening zou moeten vervallen wanneer iemand meerderjarig wordt. Of na twee jaar. Zo was het vroeger ook. Ik overweeg nu naar het Europese Hof te stappen.’

 

*) om privacyredenen wordt haar echte naam niet vermeld

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie