Huisambtenaar
‘Weet waar je aan begint’, zei mijn wethouder Zorg toen ie hoorde dat ik, een doorgewinterde-doorgezomerde ambtenaar, een andere baan aannam ... in de jeugdzorg. Uhhh, ik weet eigenlijk niet waar ik aan begin. Hij wist het ook niet toen hij als sterrenkundige zomaar wethouder Zorg en Welzijn werd. Ik weet niks van jeugdzorg , heb zelfs geen kinderen. Ik had ooit een column geschreven dat het leven zonder kinderen best leuk was. Dat is me jarenlang nagedragen. Iedereen wist zich altijd die éne column nog heel goed te herinneren.
Enfin.
Hoe kwam ik dan bij zo’n switch? Waarom niet lekker ‘op mijn oude dag’ (55 jaar) een beetje doorsudderen - in mijn geval: doorakkeren - in mijn werk als raadsgriffier of dan in ieder geval binnen de gemeente? Er is niks mis met de gemeente noch met mijn ambtenaarlijk werk. Heb als griffier een vreselijk goed clubje mensen opgebouwd, leuke raadsleden, verdien in schaal 14, doe dit al acht jaar. Daarvóór heb ik bij de gemeente verschillende andere functies gedaan, dus variatie genoeg. ‘k Zit gebamzaaid. Why change?
Weet ik niet.
Ik las een interview in het Parool met de directeur van een nieuwe maatschappelijke onderneming, de Opvoedpoli. ‘Wij zijn het kastje en de muur’, zei die directeur. Het interview triggerde mij: dat lijkt me nou best leuk, werken voor zo’n club. Het blijft publieke zaak, net zoals gemeente, maar weer heel anders. De Opvoedpoli was toen in twee jaar gegroeid van één naar zes poli’s en inmiddels zijn het er twaalf, ook ver buiten Amsterdam. Er is bij gezinnen en jongeren kennelijk giga-vraag naar ‘opvoeden’. De bij elkaar nu zo’n 400 professionals bij de Poli’s moeten zelf hun centen verdienen, geen subsidie, geen wachtlijsten, geen grote kantoren maar ambulant werken aan huis bij de gezinnen. Zwaar werk. En als we het niet goed doen, blijven de klanten weg en gaan we failliet. Ik ben aan de slag als juridisch-bestuurlijk manusje van alles van de directie en ben op die manier ‘overhead’. Maar geen waterhead, ik verdien een stuk minder, die luxe permitteer ik me. Ze noemen me de ‘onze huisambtenaar’. Een Geuzennaam, vind ik.
Toen ik vorig jaar begon, verkeerde ik langere tijd in een fase dat ik mijn nieuwe Apple en dito smartphone het raam uit wilde gooien. De Opvoedpoli werkt inmiddels in de cloud en we doen aan virtual office en ‘het nieuwe werken’. Het went. Maar die Apple wil ik nog steeds regelmatig het raam uitgooien.
Mechtild Rietveld
Meer columns van Mechtild Rietveld vindt u hier.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.