Geen contract, geen geld
De oplossing is even lastig als simpel. Gemeenten moeten 1 juli als deadline voor de contracten met de Bureau Jeugdzorg én de andere zorgaanbieders inplannen. Sinds december kennen ze de budgetten – althans voor 95 procent.
Het was een curieuze vertoning, vorige week in het Algemeen Overleg Jeugd. Staatssecretaris Fred Teeven meldt dat gemeenten uiterlijk op 1 juli de inkoopcontracten moeten hebben getekend met alle zorgaanbieders. Kamerleden, belangstellenden op de publieke tribune en zorgaanbieders veren op. Eindelijk duidelijkheid.
Razendsnel echter verbetert Martin van Rijn zijn collega-staatssecretaris: de deadline geldt slechts voor contracten met Bureaus Jeugdzorg (BJZ) en niet voor de andere zorgaanbieders. Helaas. De duidelijkheid voor de Bureaus Jeugdzorg komt geen dag te vroeg. Nu al zijn BJZ’s bezig het ontslag van duizenden medewerkers voor te bereiden. Want dat er banen verloren gaan, is zonneklaar. Hoeveel? Dat is afhankelijk van de hoeveelheid zorg die gemeenten gaan inkopen. En dat geldt natuurlijk niet alleen voor de Bureaus Jeugdzorg. Dus waarom dat onderscheid? Alle zorgaanbieders moeten zich voorbereiden op volgend jaar. Hoeveel werk is er, hoeveel mensen hebben ze daarvoor nodig en hoeveel kantoor- of bedrijfsruimte?
Zoals het zich laat aanzien, sturen veel gemeenten erop aan om in het najaar de contracten met zorgaanbieders af te sluiten. Ze willen eerst het definitieve budget en aantal zorgvragers weten. Die worden (hopelijk!) in de meicirculaire bekendgemaakt. Maar zorgaanbieders kunnen niet tot oktober of november wachten. Buiten het feit dat hun werknemers er recht op hebben te weten of ze in 2015 nog werk hebben, komt ook de bedrijfsvoering in de knel. Accountants moeten bij het opstellen van de jaarrekening 2013 een continuiteitsverwachting maken tot en met eind 2015. Zonder contracten is die niet te maken. En dus dreigt het scenario dat er geen accountantsverklaring komt, waardoor aanbieders geen krediet meer kunnen aanvragen bij een bank.
De oplossing is even lastig als simpel. Gemeenten moeten 1 juli als deadline voor de contracten met de Bureau Jeugdzorg én de andere zorgaanbieders inplannen. Sinds december kennen ze de budgetten – althans voor 95 procent. De definitieve budgetten zullen niet meer dan 5 procent afwijken, zo heeft Van Rijn beloofd. Gemeenten weten dus al heel wat, zeker vergeleken bij de zorgaanbieders. Nog langer wachten met het regelen van de contracten brengt de aanbieders en de werknemers in grote onzekerheid en problemen.
Bouw eventueel een clausule in voor de afwijkende 5 procent. Dat is allicht beter dan de oplossing die Van Rijn in het overleg voorstond. Als er zorgaanbieders zijn die niet zo lang kunnen wachten, moeten ze zich melden bij de nieuw geïnstalleerde Transitieautoriteit Jeugd, stelde hij. Maar zeg nou zelf, zou u gaan klagen over een partij waarmee u nog aan de onderhandelingstafel moet gaan zitten?
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Een lichtpuntje is er ook, in ieder geval voor de Jeugd-GGZ. Gemeentes kunnen overgaan tot een enorme vereenvoudiging van het financieringssysteem. In de loop van de tijd is daarin zo'n chaos ontstaan. dat niemand meer precies weet hoe het zit. Er is inmiddels sprake van een onvoorstelbare verspilling van middelen en energie, grote onduidelijkheid en volstrekt onnodige bureaucratie.( zie ook nieuwsuur afgelopen vrijdag!) Als we daar onmiddellijk mee ophouden en terugkeren naar de eenvoud en de bedoeling, kunnen bezuinigingen worden gerealiseerd zonder enig verlies van zorgcapaciteit. Wat zou ik er trots op zijn als we dat durven en gewoon gaan doen. Wil me er graag mee voor inzetten en weet zeker dat ik niet de enige ben. Maar iemand moet beginnen. Wie sluit zich aan?