Blokhuis gaat strijd aan tegen hoge winsten in jeugdzorg
In de zorg passen geen extreem hoge winsten en winstuitkeringen. Het tegengaan van ‘excessieve winstuitkeringen’ heeft de ‘nadrukkelijke aandacht’ van staatssecretaris Paul Blokhuis (VWS, jeugdzorg). Via een aantal wetten die in voorbereiding zijn, wil hij extreme winsten tegengaan.
In de zorg is geen plaats voor extreem hoge winsten en winstuitkeringen. Het tegengaan van ‘excessieve winstuitkeringen’ heeft daarom de ‘nadrukkelijke aandacht’ van staatssecretaris Paul Blokhuis (VWS, jeugdzorg). Via een aantal wetten en maatregelen wil hij extreme winsten tegengaan. Enkele wetten staan op punt van invoering, andere zijn nog in voorbereiding.
Financieel verantwoordingssysteem
‘Het gaat om de besteding van publieke middelen en daar moeten we zuinig mee omgaan. De beschikbaarheid van goede, toegankelijke en betaalbare zorg aan jeugdigen en hun naasten moet altijd voorop staan’, aldus Blokhuis, met nadruk op altijd. Geld voor de jeugdhulp hoort naar de jeugdhulp te gaan, stelt ook de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Winsten zijn echter wel onderdeel van het stelsel, omdat voor marktwerking is gekozen. Voor extreem hoge winsten en winstuitkeringen is evenwel geen plaats, stelt de gemeentekoepel in navolging van Blokhuis.
Winst niet in verhouding
Blokhuis, gemeentekoepel VNG en de brancheorganisatie van jeugdzorgaanbieders stellen dit in reactie op (aangepaste) analyse van de jaarrekeningen van jeugdzorgaanbieders, waaruit blijkt dat bijna een op de drie aanbieders van jeugdzorg meer dan tien procent winst maakt. In de zorgsector is een winstpercentage van drie tot zeven procent de norm. Die analyse is op verzoek van Binnenlands Bestuur uitgevoerd door Kurtosis. In het eerste artikel over winsten in de jeugdzorg waren ook de aanbieders met een VOF en eenmanszaak meegenomen. Bij deze rechtsvormen moet anders naar het winstpercentage worden gekeken en zijn nu buiten beschouwing gelaten. Bij nog altijd 32 procent van de jeugdzorgaanbieders worden winsten gemaakt die niet in verhouding staan tot percentages die in de zorgsector als norm gelden.
Gezamenlijke verantwoordelijkheid
Hoewel Blokhuis op verschillende manieren een einde wil maken aan hoge zorgwinsten, vindt hij enige nuance wel op zijn plaats. ‘Bij bepaalde kleine organisaties kan bijvoorbeeld de vergoeding voor arbeid van de eigenaar in het resultaat zitten. Dit speelt bij zorgboerderijen en gezinshuizen. Dan lijkt de winst hoog, maar daar moeten nog allerlei kosten voor arbeid, pensioen et cetera vanaf.’ Zowel gemeenten als rijk hebben een verantwoordelijkheid om de winsten aan banden te leggen, vindt Blokhuis. Gemeenten kunnen in contracten met aanbieders en in verordeningen randvoorwaarden en harde criteria opnemen om winsten te beperken. ‘Daarnaast kunnen gemeenten sturen door toezicht te houden op de verantwoording van geldstromen.’
Transparante verantwoording
Een wettelijk vastgelegd maximum winstpercentage hoeft van de VNG evenmin. Gemeenten kunnen bij de aanbesteding en inkoopvoorwaarden inderdaad zelf eisen opnemen over maximale winstpercentages, stelt de woordvoerder van de VNG. Om malafide aanbieders buiten de deur te houden, moet echter naar meer dan alleen naar het winstpercentage worden gekeken, benadrukt de VNG. ‘Je zult ook aanvullende voorwaarden moeten stellen over de uitgangspunten van transparante financiële verantwoording, om zo ontduiking en/of ontwijking van normen te voorkomen dan wel te beperken.’
Worsteling
Gemeenten worstelen wel met de controle op aanbieders, zo blijkt verder uit de reactie van de VNG. ‘Gemeenten hebben in aanbestedingen mogelijkheden om voorwaarden op te nemen en om selectie eisen op te nemen. Tegelijk zijn de mogelijkheden van zorgaanbieders om de grenzen op te zoeken nu dusdanig dat het lastig is om van tevoren goed te benoemen wat we op dit vlak “kaf en koren” noemen’, aldus de woordvoerder van de gemeentekoepel. Ze benadrukt net als Blokhuis dat het van belang is de nuance te zoeken. ‘Niet iedereen die veel winst maakt is per definitie slecht. Het is ook goed om te kijken of aanbieders daadwerkelijk dezelfde kwaliteit voor minder kosten kunnen leveren.’
Rotte appels
Gemeenten sturen steeds beter en contracteren meer gedifferentieerd diverse hulpvormen, ziet de VNG. ‘We zullen telkens blijven kijken hoe het komt dat er bij de ene aanbieder wel winsten kunnen worden gemaakt en bij de andere niet. Het enkele feit dat er winst wordt gemaakt, hoeft niet per definitie te betekenen dat we met ‘rotte appels’ te maken hebben. Dit is een consequentie van het marktmodel dat is gekozen. Maar uiteraard wel binnen de redelijke grenzen, want zorggeld is bedoeld voor zorg’, benadrukt de woordvoerder.
Sturen op schaars geld
Jeugdzorg Nederland pleit voor een goed en toegankelijk financieel verantwoordingssysteem. ‘Het is nu heel ingewikkeld om te achterhalen hoeveel winst organisaties nu precies maken en hoe die besteed wordt, zo blijkt nu ook uit jullie onderzoek’, aldus de woordvoerder van Jeugdzorg Nederland. ‘Met beter inzicht in de financiële gegevens van de aanbieders kunnen gemeenten beter sturen op besteding van de schaarse middelen en voorkomen dat ze zakendoen met zorgcowboys.’ Jeugdzorg Nederland heeft vorig jaar al aangedrongen op een beter verantwoordingssysteem.
Hoofd nauwelijks boven water
‘We maken ons vooral zorgen over de aanbieders die niet genoemd worden in jullie conclusies: het deel dat nauwelijks winst maakt of zelfs verlies lijdt. Er zijn grote verschillen tussen aanbieders: aan de ene kant heb je de partijen die vooral gericht zijn op enkelvoudige problematiek die hoge winsten maken, aan de andere kant heb je voornamelijk systeempartijen, dat zijn aanbieders van cruciale, gespecialiseerde jeugdzorg. Uit recente onderzoeken van de Jeugdautoriteit en Intrakoop blijkt opnieuw dat díe nauwelijks het hoofd boven water kunnen houden’, aldus de woordvoerder van Jeugdzorg Nederland. ‘Deze organisaties bieden echter wel hulp aan de meest kwetsbare gezinnen in Nederland. Het is van groot belang dat geld bestemd voor de jeugdzorg in elk geval bij de hulp aan die gezinnen terecht komt.’
Voorwaarden aan winstuitkering
Een van de wapens die Blokhuis in de strijd gooit tegen excessieve winstuitkeringen is het wetsvoorstel Integere bedrijfsvoering zorgaanbieders (Wibz), waaraan nu wordt gewerkt. ‘Met dit wetsvoorstel worden voorwaarden geïntroduceerd aan winstuitkering voor zorg- en jeugdhulpaanbieders, in gevallen waarbij winstuitkeringen een risico vormen voor de betaalbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit van zorg’, verduidelijkt Blokhuis. Hij gaat er vanuit dat een nieuw kabinet verder gaat met deze wet.
Registratie aanbieders
Daarnaast wordt pp 1 januari de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) van kracht. Daarmee gaan nieuwe toetredingsregels voor zorg- en jeugdhulpaanbieders gelden. Startende zorg- en jeugdhulpaanbieders moeten zich vanaf die datum registreren. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) krijgt daardoor de jeugdhulpaanbieders beter in beeld, stelt Blokhuis. De VNG ziet deze wet weliswaar als een stap die helpt om ‘rotte appels’ er vooraf uit te halen, maar niet als oplossing voor het hele vraagstuk. ‘Er gaat dan alleen een meldplicht voor jeugdhulp gelden, maar er zitten geen eisen aan’, aldus de woordvoerder van de VNG. Bovendien is het Wmo helemaal buiten beschouwing gelaten.
Toezichthouder
Blokhuis werkt daarnaast, samen met de minister voor Rechtsbescherming. aan het wetsvoorstel Verbetering beschikbaarheid voor jeugdigen. ‘Belangrijk onderdeel van het wetsvoorstel is dat we voor jeugdhulpaanbieders met meer dan tien zorgverleners, de verplichting gaan opnemen tot het hebben van een intern toezichthouder’, licht Blokhuis toe. Ook verwacht hij veel van de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) reële prijzen Jeugdwet. ‘Daarin neem ik kostprijselementen op voor de opbouw van een reële prijs voor jeugdhulp.’
Reacties: 9
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
-zonder beleggers op de woningmarkt zou nauwelijks de helft van het huidige aantal woningen worden gebouwd.
-de huidige woningprijzen zijn een momentopname. De hoogte wordt bepaald door vraag en aanbod. Over 5 jaar kunnen de prijzen bij wijze van spreken wel weer op een normaal niveau liggen. Zie statistieken.
-er zijn in het verleden door beleggers woningen van de markt gehaald die men aan de straatstenen niet kwijt kon. Toen was het toch wel fijn dat er een belegger was.
Het probleem is dat de Overheid volledig faalt om vraag en aanbod in de woningbouwsector in balans te houden. Het begint bijna op doelbewust beleid te lijken of is het domheid?
Wat helpt is:
-het jaarlijks aanwijzen van voldoende bouwlocaties.
-het afschaffen van de huurbelasting, zodat woningcorporaties weer meer woningen kunnen (laten) bouwen.
-de druk (mede) van de ketel halen via het stabiliseren van de huidige huurprijzen (doel: het aantal huurders op de kopersmarkt verminderen).
-specifieke maatregelen voor financiële ondersteuning van starters.
-het oplossen van CO2, Pfas en Pas-problematiek.
-het faciliteren en stimuleren van opleidingen in de bouwsector.
-stoppen met het dichten van gaten met lapmiddelen.
Alles overziende hebben vooral Overheden pakken boter op het hoofd.
Leest u eerst eens de commentaren die ik bij de vorige artikelen over het wanrapport van Kurtosis heb geschreven.
70% van de door Kurtosis onderzochte zorgaanbieders maakt economisch verlies. Van winst is op geen enkele manier sprake. Van de overige 30% is niet duidelijk in hoeverre de arbeidsinkomsten correct zijn verwerkt. Het broddelwerk van Kurtosis doet het ergste vrezen.
De tabel waar dat uit blijkt dat 70% van de aanbieders verlies lijdt echter door Binnenlands Bestuur verwijderd.
Iedereen in de zorg maakt winst/verlies, alle zorginstellingen zijn private ondernemingen. Het winstdoel verwerpen staat gelijk aan het nationaliseren van de zorg.
Overigens is er geen enkel verschil tussen het afromen van het resultaat door topinkomens te betalen tussen zorginstellingen die als stichting opereren of als BV/vof/eenmanszaak.
Gewiekste stichtingsbestuurders, die zich voordoen alsof zij het maatschappelijk belang voorop stellen, zijn vaak niet in dient van de stichting, maar factureren een management fee en romen zo de winst van de stichting af.
Als Blokhuis volledige transparantie wil, dan dient hij ook alle te hoge managementvergoedingen te verbieden.
ps. Neem allen kennis van het inkomen dat gezinshuishoudens van de fee van € 72.000 overhouden na correctie voor de belangrijkste, bepaald niet alle, werknemersrechten.
U dienst zich te realiseren dat het bruto loon dat u allen ontvangt een veelvoud aan werkgeverskosten inhoud. En als u daar geen verstand van hebt, houdt dan uw mond.
Laat Blokhuis gaan rapporteren over de personeelskosten die alle instellingen per medewerker maken. Verplicht een paragraaf op te nemen in de jaarrekening waar de kosten per fte voor alle jaren te volgen is. Pas dan is een reële vergelijking, en uitspraken over de voor- of nadelen van privatisering van de zorg mogelijk.
Financiële situatie bij veel specialistische jeugdzorgverleners juist zorgelijk.
Zie: https://www.binnenlandsbestuur.nl/sociaal/nieuws …
Bron Binnenlands Bestuur: 27 oktober 2021