Willekeurig ritme
De gemeenteraad van Gilze en Rijen had bij de vaststelling van een nieuw bestemmingsplan duidelijk moeten aangeven waarom sommige percelen wél mogen worden bebouwd en een ander niet.
In het Brabantse Rijen vormt de Statenlaan de noordwestelijke dorpsrand. Ten noorden van de laan liggen bos, weiland en een golfbaan. In het beboste deel van de laan staan enkele villa’s op zo’n ruime afstand van elkaar dat het bos nog goed te zien is. In het open gedeelte zijn de huizen her en der verspreid, deels in lintbebouwing.
Het dorpse karakter en het zicht op het buitengebied moeten worden behouden, vindt de gemeenteraad als hij eind januari 2007 het nieuwe bestemmingsplan Statenlaan-Noord vaststelt. Het plan staat de bouw van nieuwe woningen in beperkte mate toe. En volgens het plan moet de nieuwbouw aansluiten bij het beeld van de bestaande landelijke woonbebouwing. De openheid van het gebied en de aanwezige zichtlijnen vanuit het dorp op het groen moeten intact blijven.
Door het bestemmingsplan kunnen nog vijf percelen worden bebouwd; op een zesde staat al een huis dankzij een vrijstelling. Hiermee is het ‘maximum laadvermogen’ aan bebouwing bereikt. De familie Van den Noort uit Dongen heeft een perceel in het open gedeelte van de Statenlaan. Zij wil dat kunnen bebouwen, maar mag dat nu niet.
‘Waarom zij wel en wij niet?’ De familie vermoedt dat de keuze is ingegeven door toeval. In tegenstelling tot de eigenaren van de andere percelen heeft de familie namelijk niet tijdig gevraagd haar perceel te mogen bebouwen. ‘Maar bewijzen kunnen we het niet,’ zegt advocaat Koen Peters.
De vraag is de inzet van een procedure die eindigt bij de Raad van State. De Raad van State vindt dat de gemeenteraad en Gedeputeerde Staten - die het plan goedkeuren - geen duidelijk antwoord geven op de waarom-vraag.
Het plan maakt niet duidelijk wanneer het maximum is bereikt en bevat geen regeling om de ‘open zichtrelaties’ te waarborgen. Het uitzicht op de weilanden kan immers veranderen door bijvoorbeeld bosschages aan te planten of te verwijderen. De Raad van State vindt het goedkeuringsbesluit van GS niet goed gemotiveerd. De familie Van den Noort schiet echter niets op met deze veroordeling.
Als gemeenteambtenaar Ad van de Groes op de rechtszitting alsnog uitlegt waarom juist het perceel van de familie onbebouwd moet blijven, draait de hoogste bestuursrechter namelijk bij. De ambtenaar wijst er onder meer op dat nieuwbouw door Van den Noort het ‘ritme van bebouwing met tussenliggende open ruimtes’ zou verstoren.
De Raad van State besluit geen bloed te laten vloeien uit de tik op de vingers en laat de rechtsgevolgen van het gebrekkige besluit in stand. Het bestemmingsplan is nu onherroepelijk en de bouwblokkade voor de familie definitief. Koen Peters: ‘Dit kan ik maar moeilijk uitleggen aan mijn cliënten.’
Vindplaats: LJN BK8962
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.