Advertentie
ruimte en milieu / Column

Té geïsoleerde aanpak bedrijventerreinen

Het kabinetsbeleid om verouderde terreinen op te knappen, schiet volgens Algemene Rekenkamer ernstig tekort. Het probleem wordt alleen maar groter.

14 november 2008

De Algemene Rekenkamer vindt dat de rijksoverheid gemeenten meer hulp moet bieden bij het opknappen van verouderde bedrijventerreinen. Vaak gaat het om zulke kostbare en ingewikkelde operaties dat ondersteuning noodzakelijk is. In haar woensdag gepubliceerde onderzoeksrapport Herstructurering bedrijventerreinen concludeert de rekenkamer dat het kabinet de gemeenten de afgelopen jaren aan hun lot heeft overgelaten. Vooral kleinere gemeenten zijn de dupe geworden omdat subsidies vrijwel uitsluitend aan grote gemeenten werden toegekend via het grotestedenbeleid en de Topper-regeling (voor terreinen van nationaal economisch belang). Volgens de rekenkamer moet het kabinet ‘subsidievoorwaarden heroverwegen’ om het geld eerlijker te verdelen.

 

Verder moeten gemeenten beter op weg worden geholpen bij het aanboren van mogelijke geldbronnen. Tevens bepleit de Algemene Rekenkamer betere begeleiding van gemeenten. Volgens de rekenkamer blijft het beleid om verouderde bedrijventerreinen op te knappen al jarenlang steken in goede bedoelingen. Daardoor wordt het probleem alleen maar groter - letterlijk: ‘Verouderde bedrijventerreinen leggen een groeiend beslag op de schaarse ruimte.’

 

‘Er is meer bestuurlijke daadkracht nodig’, zegt Gijs de Vries in een toelichting. De Vries, die begin vorige maand toetrad tot de Algemene Rekenkamer, meent dat de Kamer, provincies en gemeenten het kabinet ‘indringend’ moeten vragen om de problematiek hoger op de bestuurlijke agenda te plaatsen. ‘Nu dreigt het tussen de drie bestuurslagen door te glippen.’

 

Volgens de rekenkamer is er te weinig geld beschikbaar, en heeft de rijksoverheid onvoldoende zicht op de omvang van het probleem. Het landelijke registratiesysteem IBIS voldoet niet. Afspraken, zoals toepassing van de zogeheten SER-ladder (met richtlijnen voor de ontwikkeling van terreinen), zijn te vrijblijvend of onduidelijk. ‘Het kabinet moet klare wijn schenken’, meent De Vries. ‘In reactie op ons rapport is opnieuw een aantal voornemens geformuleerd. Dat lijkt allemaal veelbelovend, maar het is weinig concreet.’

 

De ministers Cramer (Vrom, PvdA) en Van der Hoeven ( Economische Zaken, CDA) vinden dat in het rapport ‘een scheef beeld’ wordt geschetst doordat eerder gevoerd beleid zou worden getoetst aan nieuwe kabinetsdoelstellingen. De rekenkamer is er vooralsnog echter niet van overtuigd dat die koers tot verbetering leidt. Daarom zal hij het beleid ‘nauwgezet blijven volgen’ en een ‘terugblikonderzoek’ instellen naar de nieuwste ontwikkelingen. Het streven is om dit vervolgonderzoek ‘binnen een jaar of twee’ te houden.

 

Zie ook het artikel 'Noord-Brabant knapt het op', over herstructurering van bedrijventerreinen in Noord-Brabant. Volgens de Algemene Rekenkamer verdient de handleiding waarmee daar wordt gewerkt, navolging.

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie