Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

'De provincies geloven in de Omgevingswet'

De provincies waren de laatste showstopper. Zij zagen invoering van de Omgevingswet per 1 januari 2023 niet zitten. Nu willen ze het wel.

05 maart 2023
Jop Fackeldey
Jop FackeldeyFoto: Patricia Peters

Op 14 maart stemt de Eerste Kamer naar verwachting over de definitieve invoeringsdatum van de Omgevingswet per 1 januari 2024. Is iedereen er klaar voor? Binnenlands Bestuur peilt een aantal betrokkenen. Als laatste: Jop Fackeldey bij de samenwerkende provincies (IPO) bestuurlijk betrokken bij de Omgevingswet en gedeputeerde in de provincie Flevoland.

Planeconoom Grondzaken

Gemeente Assen
Planeconoom Grondzaken

Programmamanager Beter Samen Werken S14

JS Consultancy
Programmamanager Beter Samen Werken S14

Geen vertrouwen

Toch weer uitstel. Het waren onder meer de provincies die afgelopen najaar minister De Jonge de invoering van de Omgevingswet per 1 januari 2023 uit het hoofd praatten. ‘We snapten dat Hugo de Jonge graag doorwilde’, reageert Jop Fackeldey. ‘Wij namelijk ook. Want het valt voor overheden niet mee om de twee ballen van de Wet ruimtelijke ordening en die van de Omgevingswet nog langer in de lucht te moeten houden. Maar je moet zeker weten dat de basis van het systeem het doet. En we hadden toen nog absoluut geen vertrouwen in het digitaal stelsel. En dat moet meteen goed werken omdat de provincies geen overgangsrecht kennen.’

BB Hoe staat het er nu voor?

JF 

‘We hebben de afgelopen maanden enorme vooruitgang geboekt met het digitaal stelsel. We hebben er alle vertrouwen in dat het nu wél gaat werken. Ja, we blijven kinderziektes houden. Die heb je altijd, maar in de basis doet het systeem wat we willen. We hebben de invoeringsdatum  keihard nodig om de moed er ook bij onze kant in te houden en toe te werken naar de daadwerkelijke implementatie.’  

BB Wat ziet u als resterende hindernissen?

JF 

‘De enige echte hindernis voor de invoering heet Eerste Kamer. Voor het overige zie ik ze niet. Ja, er zullen allerlei dingen misgaan die je niet had kunnen voorspellen. Maar we weten inmiddels zeker dat dat geen signalen zullen zijn waardoor je alsnog de boel moet stoppen. We moeten ons ook realiseren dat we er per 1 januari niet zijn. De invoering is een begin, een eerste veelbetekenende stap. Die stap moeten we wel begeleiden om de opstartproblemen – die er zeker zullen zijn – adequaat op te pakken en op te lossen.  En we zullen ons na de inwerkingtreding moeten blijven beijveren om door te werken naar het uiteindelijk gewenste en afgesproken scenario 3.’

BB Bent u na al dat uitstel niet bang voor Omgevingswet-moeheid bij provincies?

JF 

‘Nee. Daarmee omgaan is bij ons, denk ik, ook wat makkelijker dan bij gemeenten. Onze programmamanagers zien zelf de enorme vooruitgang die er wordt geboekt. Zij geloven erin. Ik ben wel bang voor Omgevingswet-moeheid als we nu weer gaan uitstellen. Dan stort er bij veel mensen echt iets in.’

BB Hebt u extra mensen nodig als de invoering doorgaat?

JF 

‘Daar hebben we met het rijk afspraken over gemaakt. Financieel is het tot aan de inwerkingtreding geregeld. Over de periode erna zijn ook al wat doorkijkjes gemaakt. Daarvoor is het vooral belangrijk dat er geld beschikbaar blijft om teams langer in stand te houden en de ambities te realiseren. De Omgevingswet is niet klaar op 2 januari 2024.’

BB Hebt u nog andere wensen van het rijk?

JF 

‘Ja. Drie dringen. Blijf ons verzekeren dat dit slechts het basisniveau is en dat we na de invoering verder doorbouwen. Zorg dat de ondersteuningsstructuur in stand blijft zolang als nodig is. Of dat drie maanden of twee jaar wordt, dat weten we gewoonweg niet. En drie: de kranten en andere media staan vol met de problemen rond de Omgevingswet, met name het DSO. Bijna iedere Nederlander is kwijtgeraakt waarom we die Omgevingswet ook alweer invoeren. Het kan geen kwaad ons met elkaar weer meer te richten op wat we voor ogen hadden. De Omgevingswet is meer dan een digitaal stelsel. Het gaat ook om samen integraal werken, ruimte voor initiatieven en een hele andere manier van werken.’

BB Is de leus ‘eenvoudig beter’ daarvoor nog bruikbaar?

JF 

Lachend: ‘Met alle problemen die we hebben gehad rond het DSO weet ik niet of ‘eenvoudig’ voor iedereen nog een goeie vlag is. Beter wel. Je ziet dat de RES’en nu een ruimtelijke borging moeten krijgen. Dat doe je idealiter via een programma onder de Omgevingswet en niet via losse bestemmingsplannetjes. Dat maakt het straks echt makkelijker.’

BB Wat is uw advies aan de Eerste Kamer?

JF 

‘Ik hoop dat die zich aan zijn rol houdt en dat niet voor- en tegenstanders van de Omgevingswet nog eens de discussie over gaan voeren. Ze moeten zuiver kijken naar de uitvoerbaarheid van de wet. Er is altijd wel een medewerker of bestuurder  te vinden die in het DSO nog ergens tegenaan loopt. In het verleden werd zo iemand in de Eerste Kamer vaak de norm. Alle twaalf provincies en hun medewerkers zeggen: nu moet het gebeuren. We zijn er klaar voor.’  

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Nico Bos
Je kan net zo goed ook st Nicolaas interviewen, die weet er net zoveel van :-) Gedeputeerden hebben helemaal geen kennis van zaken en zijn slechts managers die "signalen" ontvangen. Niemand is tegen de omgevingswet zoals die bedacht is, maar het gaat om de praktische uitvoering. Het was veel beter geweest vooraf alle wetgeving geleidelijk te bundelen. Ik begrijp hier dat de wet nu verworden is tot een soort religie 'De provincies GELOVEN in de Omgevingswet' waarop voor de minister "de dag des oordeels" van toepassing zal zijn.
Advertentie