Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

EHBO, ook nodig voor de Omgevingswet

Eerste Hulp bij de Omgevingswet. De RIO's voorzien erin.

14 oktober 2023
EHBO-set
Shutterstock

Regionale Implementatiecoaches Omgevingswet ondersteunen en enthousiasmeren het lokale gezag in de aanloop naar de grote datum van 1 januari 2024. Wat komen die RIO’s in de dagelijkse praktijk zoal tegen? Binnenlands Bestuur sprak met drie van hen.

Informatieadviseur Fysiek Domein

VNG Realisatie
Informatieadviseur Fysiek Domein

Interim Teammanager

JS Consultancy
Interim Teammanager

Kansen

‘Verbinder.’ ‘Ondersteuner.’ ‘Coach.’ ‘Met de laarzen in de klei.’ Vraag naar hoe Regionale Implementatiecoaches Omgevingswet (RIO’s) zichzelf typeren en de termen buitelen over elkaar. Gemene deler is dat ze in hun regio niet alleen werken voor gemeenten, maar ook voor de aangesloten veiligheidsregio, het waterschap, de lokale GGD, de brandweer en noem maar op. Dat ze stuk voor stuk van aanpakken weten. Dat ze nadrukkelijk proberen uit de lokale politieke discussie te blijven. En, ja, dat ze allemaal over de implementatie van de grootste wetgevingsoperatie sinds Thorbecke ook hun ‘zorgen’ hebben, al is dat woord voor een ware RIO taboe. Uitdagingen en kansen, dat mag wel.

RIO-call

De in totaal twaalf RIO’s werken verspreid over het land, globaal in de verzorgingsgebieden van de omgevingsdiensten. Sommigen van hen zijn werkzaam in Groningen, Drenthe én Noord-Holland. Of in de Betuwe, Friesland én Groot-Amsterdam. Maar de meesten werken in een kleiner, geclusterd gebied. Wekelijks hebben ze een gezamenlijke ‘RIO-call’ om hun ervaringen uit te wisselen en een doelgerichte agenda te bepalen. Best practices die van nut kunnen zijn voor andere regio’s. Lokale problemen die in meerdere gebieden blijken te leven en gebaat kunnen zijn bij een overkoepelende, landelijke aanpak.

Vallen en opstaan

Hoe werkt een RIO in de praktijk? Hoe breng je lijn in die tientallen issues die in gemeentehuizen leven in de aanloop naar die (nu eindelijk) keiharde deadline van 1 januari 2024? Vanessa Koomen (Zeeland en West-Holland) vertelt dat ze in de ochtend vaak een-op-een met een programma- en/of lijnmanager van een gemeente afspreekt. ‘Dan probeer ik de vragen te beantwoorden die er leven. Op sommige weet ik zelf het antwoord, andere vragen loods ik door naar specialisten van bijvoorbeeld Binnenlandse Zaken of de VNG.’ ‘s Middags heeft Koomen vaak regionale netwerksessies, bijvoorbeeld met alle programmamanagers of lijnmanagers. Koomen: ‘De agenda van die bijeenkomsten wordt door de regio zelf gemaakt. Dan ben ik ondersteunend aanwezig.’

Ze noemen me hier soms directeur, soms projectleider, soms adviseur

Limburgs sausje

Het feit de RIO’s voor diverse gemeenten werken betaalt zich uit, vertelt Marijke Besselink (Limburg). ’Ik kwam er bij de voorbereiding op de ketentest achter dat we voor de gemeenten en de ketenpartners nog geen goed stappenplan hadden. Dan kan ik er wel weer een lokale werkgroep voor oprichten, maar ik kan het ook veel sneller zelf doen. Ik dacht: als ik nou de stappenplannen van Utrecht en Zuidoost-Brabant overgiet met een Limburgs sausje, dan breng ik dat resultaat in Limburg bij de ketentest in.’ Het typeert hun hands-on mentaliteit. Besselink: ‘Ze noemen me hier soms directeur, soms projectleider, soms adviseur. Het is maar net waar op dat moment de lokale behoefte ligt.’

Vallen en opstaan

De derde voor het Teams-interview aangeschoven RIO, Léon Evers (Zuid-Holland), werd onlangs op werkbezoek in de Rijnmond zelfs het ‘oliemannetje’ van de Omgevingswet genoemd. ‘Het is een multifunctionele rol’, zegt hij er zelf over. ‘Een RIO is veel meer dan alleen een verbinder. Er komt bij de implementatie van de Omgevingswet ook emotie kijken als mensen het soms tijdelijk niet meer zien zitten. Of als gemeenten even niet meer weten hoe ze het moeten aanpakken. Het is geen lineair proces dat we als RIO doorlopen; het gaat gepaard met vallen en opstaan. Als hoofdrol zie ik voor mezelf die van motivator.’

Belangrijk

Het is een belangrijke rol, dat motiveren, want zorgen of uitdagingen zijn er voor de gemeenten wel degelijk. De grootste, beamen ze alle drie, ligt bij de personele capaciteit. ‘Er is veel uitstroom bij gemeenten’, ervaart Evers. ‘Dan zijn wij als RIO de verbinder tussen ketenpartners en het bevoegde gezag. Zo kun je bijvoorbeeld onderzoeken of een ketenpartner niet voor één gemeente, maar tegelijk voor drie gemeenten inzetbaar is.’

Ga eens met collega-gemeenten van dezelfde grootte in gesprek

Overnemen

Om te anticiperen op vertrek van personeel plaatst Besselink in Limburg alle ontwikkelde producten in een gemeenschappelijke Teams-omgeving. ‘Iedereen kan daarin en er alles ook in terugvinden. Mocht een projectleider vertrekken, dan kan zijn of haar opvolger het project direct weer oppakken.’ Daarnaast merkt ze dat gemeenten vaak nog op een eilandje opereren, wat nodeloos veel personeel kost. Besselink: ‘De Omgevingswet betekent ook integraal samenwerken. Ga eens met collega-gemeenten van dezelfde grootte in gesprek. In Parkstad heeft de gemeente een heel mooie blauwdruk van een omgevingsvisie gemaakt. De andere gemeenten kunnen die visie zo overnemen, voorzien van een eigen couleur locale.’

Thematisch netwerken

Koomen promoot in haar regio’s bewust het ‘thematische netwerken’. ‘Soms gaat het over het omgevingsplan. Of over de toepasbare regels, of de bruidsschat. Het is inspirerend als je de eigen ervaringen met collega-gemeenten en collega-partners deelt. Dat werkt veel beter dan alles in je eigen tokootje te houden.’

Lees het hele interview met de drie RIO’s deze week in BB19 (inlog).

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

T. Simpelmans
'Verbinder.’ ‘Ondersteuner.’ ‘Coach.’
Dat is gewoon de definitie van bullshitbaan.
Advertentie