Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

De conifeer ruimt het veld

In Zwolle werd een rij iconische populieren uit voorzorg omgehakt en Berg en Dal verkiest voortaan vooral siergras. De extreme droogte van 2018 gaat zijn stempel drukken op het groenbeleid van de gemeente. Soms staat zorgvuldig groenbeleid op gespannen voet met de bouwopgave. En we moeten anders kijken naar exoten. 

21 december 2018
coniferen---shutterstock.jpg

Meer droogtebestendige bomen, betere plantplaatsen

Gaandeweg het seizoen zijn vooral conifeerachtigen bezweken aan de hitte en droogte, zegt Anet Huisken van de gemeente Berg en Dal. ‘Blokhagen van taxus zijn voor 80 procent bruin. Die gaan we vervangen door blokhagen van beuk of esdoorn. Conifeerachtigen en ook taxus zullen dus uit het straatbeeld verdwijnen. Taxus is bovendien duur. Doorgaan met het aanplanten ervan zou een slechte investering zijn als we meer met een dergelijk extreem droog weerbeeld te maken krijgen.’

Veel vaste planten in het openbaar groen van Berg en Dal hebben het zwaar gehad. ‘Rudbeckia en anemoon hebben amper gebloeid en zijn slecht gegroeid. Ook bomen als beuken hebben het moeilijk, al heeft dat vermoedelijk niet alleen te maken met deze zomer, maar ook met de langere periode van droogte uit eerdere jaren.’

Berg en Dal constateert door de droogte bovendien meer ongedierte als buxusmot en bladluis dat schade veroorzaakt. De plataan is een boom die het goed doet in het veranderende klimaat, dus die boomsoort heeft de warme belangstelling van de plantsoenendienst. Dat komt goed uit, want de gemeenten was al kritisch over het doorgaan met de aanplant van eiken wegens de eikenprocessierups.

Essen zijn minder populair vanwege de essentaksterfte, net als de paardenkastanje (kastanjebloedingsziekte) en iepen (iepenziekte). Het veranderende groenbeleid in Berg en Dal staat niet op zichzelf. Van den Berk Boomkwekerijen in Sint-Oeden rode, waar veel gemeenten bomen kopen, begint steeds meer bomen te kweken die goed tegen extremen kunnen. Want, zegt manager Brenda Swinkels, het is niet zozeer de droogte als wel de extremen die ons meer parten gaan spelen.

‘Extreme droogte, maar net zo goed extreme natheid en extreme koude zullen vaker voorkomen. Dit jaar was extreem droog, maar vorig jaar stond het hier blank omdat de rivier de Dommel buiten zijn oevers trad’, zegt Swinkels.

Symposium
Niet toevallig organiseerde Van den Berk Boomkwekerijen eind oktober een heus symposium over ‘klimaatadaptief groen’. Meer dan 250 groenprofessionals afkomstig van tal van gemeenten luisterden naar deskundigen die onder leiding van weervrouw Helga van Leur spraken over de concrete gevolgen van de klimaatverandering voor het gemeentelijk groen.

Boomsoorten die volgens Swinkels de extremen beter het hoofd bieden zijn naast de plataan (platanus hispanica) onder meer de netelboom (celtis julianae), Japanse notenboom (gingko biloba) en de valse christusdoorn (gleditsia triacanthos). Een andere les die uit de trend tot extreem weer wordt getrokken, is dat een diverse aanplant van bomen meer robuust is dan een monocultuur, aldus Swinkels. ‘Beukenlanen of lange rijen van populieren zijn kwetsbaarder voor weers extremen, ziekten en plagen. Ze zorgen voor meer kaalslag dan wanneer deze bomen tussen andere bomen in het gemeentelijk groen of in het straatbeeld staan.’

In Zwolle kunnen ze meepraten over de effecten van zo’n monocultuur. Op het hoogtepunt van de eerste hittegolf, eind juli, moesten aan de Schellerenkweg maar liefst 105 forse populieren het veld ruimen. Het iconisch rijtje, bijgenaamd ‘de groene kathedraal van Zwolle’ liet massaal takken vallen. De in 1955 geplante bomen vormden een gevaar voor trimmende passanten als en hardlopers.

‘Het was zeer spijtig en we gaan snel nieuwe bomen planten. We weten nog niet welke soort, maar het worden geen populieren. We kijken naar diversiteit zodat de nieuwe groene kathedraal toekomstbestendiger wordt’, zegt woordvoerder Marieke Stenfert van gemeente Zwolle. ‘De kap had overigens niet direct met de droogte en vochtgebrek te maken, want de dorstige bomen beschikten over diep reikende wortels.

Het had eerder met de grote hitte te maken waardoor ze te veel en te snel water verdampten en de celspanning in het hout afnam’, verduidelijkt ze. In Zwolle constateert de gemeente dat de hitte en droogte van 2018 heeft bijgedragen tot meer bewustwording van bewoners. ‘We zien het enthousiasme groeien en merken mooie initiatieven om tuinen en buurten groener te maken, zoals geveltuintjes. Minder verharding en meer groen draagt bij aan het klimaatbestendig maken van de stad, het terugdringen van hittestress en het stimuleren van groene diversiteit.’

Opmaken schade
Helmond stelt bomen altijd al een goede groeiplaats te geven, waar ze zich zelf kunnen redden. De stad werkt met de leidraad ‘Standaard duurzame aanplant’. ‘We streven naar de juiste boom en plant op de juiste plaats’, legt woordvoerder Dré Bemelmans uit. ‘We planten bomen in een open plantplaats met grond die voldoende watervasthoudend vermogen heeft door een toereikend gehalte aan organische stof.’ Desalniettemin lijken veel bomen en struiken dood, of hebben hun blad laten vallen. Maar dat is schijn, zegt Bemelmans. ‘Vele lopen nu alweer uit, of doen dat volgend voorjaar. Pas dan kunnen we de schade opmaken.’

Ook Almere meldt betrekkelijk weinig directe schade door de droogte. De stad ligt onder zeeniveau en is omgeven door zoet water van het Markermeer en de Randmeren. ‘We kunnen dus zonder gevaar voor verzilting ruim voldoende water inlaten’, zegt Wouter Baack, verantwoordelijk voor het gemeentelijk groenbeheer. Dat neemt niet weg dat Almere nadenkt over welke bomen waar worden aangeplant.

‘Bomen horen in het bos’, zegt Baack gekscherend. ‘In een steeds warmer wordende stad zullen ze het dus moeilijker krijgen. We denken na over bomen die beter tegen droogte kunnen, en ook voldoende water in de buurt hebben. Ze hebben immers ook water nodig om het te verdampen en zo de omgeving te koelen.’

Hij pleit er daarom voor om anders naar exoten te kijken en inheemse Hollandse soorten als es en iep niet langer onbekommerd voorrang te geven. ‘De klimaatverandering gaat sneller dan dat inheemse soorten zich kunnen aanpassen. Plataan, acacia, bijenboom en valse christusdoorn komen oorspronkelijk uit een zuidelijk landklimaat en zullen het hier beter gaan doen dan onze beuken en essen. Een bijenboom (tetradium) is dan wel een exoot, maar levert wel langer nectar waarvan bijen en andere insecten kunnen profiteren.’

Spanning
Enige spanning constateert Baack soms wel tussen de groenmensen en de enorme opgave op gebied van bouw en infrastructuur. ‘We denken met ons team goed na over het type bomen, de diversiteit en de groen-blauwe voorzieningen, zowel in de nieuwbouw als in de herstructurering. Maar de snelheid waarmee Almere zich ontwikkelt, staat soms op gespannen voet met het zorgvuldig uitdenken van klimaatrobuuste maatregelen.’

De gemeente Zwolle herkent zich niet in het beeld dat er weinig aandacht is voor groen bij de inrichting van woonwijken of infrastructuur. ‘Wat ons betreft is ‘groen’ geen sluitpost, maar een belangrijke voorwaarde’, zegt Stenfert. ‘We kijken juist naar wat het groen de stad oplevert, in plaats van wat het de stad kost.’

Ze noemt de Spoorzone in het centrum van Zwolle die in een groene omgeving wordt gesitueerd. ‘Het groen draagt daar ook nadrukkelijk bij aan een betere verblijfskwaliteit van de open bare ruimte.’

Ook de nieuwe ondergrondse fietsenstalling bij het station wordt vanaf volgend voorjaar groen. ‘Het groen reikt tot diep in het souterrain.’ Daarnaast krijgt Zwolle een nieuwe brug die het toekomstige busstation aan de zuidzijde van het spoor verbindt met de nieuwe busbaan aan de andere zijde van het station. ‘De busbrug wordt geïntegreerd in de groene omgeving zodat het geheel een landschappelijke uitstraling krijgt. In de landhoofden van de busbrug wordt veel groen verwerkt, waaronder ook nestkastjes voor vogels.’ Er komen ook veel bomen terug. ‘Ze dragen bij aan het creëren van een aangename sfeer en zijn belangrijk voor het terugdringen van hittestress.’

Extra water
In Helmond hebben de bomen die vijf jaar of jonger zijn extra water gekregen. ‘We hebben dit jaar op de plekken waar grondboringen op droogte wezen tien in plaats van zeven waterrondes uitgevoerd’, zegt woordvoerder Bemelmans. Ook in Berg en Dal hebben jonge bomen en wisselperken extra water gekregen. Tevens kregen bijzondere plekken zoals de begraafplaats vaker bezoek van de waterkar. ‘We gaan echter niet direct inzetten op extra water geven’, zegt woordvoerder Anet Huisken.

‘Sproeien is niet de oplossing, wel werken we meer met bomen en planten die beter tegen de droogte kunnen. Ook poten we de planten dichter op elkaar zodat de zon de aarde minder uitdroogt.’ In de aanleg worden consequenties getrokken uit deze lange droge zomer. ‘Bosplantsoen en heestervakken maken plaats voor verlaagde grasvelden en wadi’s om water te bergen. Ook bermen dienen als waterberging.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie