Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

'Volksvertegenwoordigers te weinig betrokken’

Ambtenaren en bestuurders in Flevoland liggen op schema voor de invoering van de Omgevingswet. De raads- en Statenleden zeker nog niet.

26 september 2023
provinciehuis Flevoland
Het Provinciehuis in FlevolandJan van der Wolf/Shutterstock

‘Flevoland nog lang niet klaar voor de Omgevingswet’ kopte Binnenlands Bestuur naar aanleiding van een gezamenlijk onderzoek van zes decentrale rekenkamers en rekenkamercommissies uit die provincie. Hun onderzoek spitste zich toe op interbestuurlijke samenwerking. Drie directeuren/voorzitters lichten de resultaten toe: Scott Douglas (Rekenkamer Almere), Jamilja van der Meulen (Rekenkamer Dronten) en Ans Hoenderdos (Randstedelijke Rekenkamer).  

Informatieadviseur Fysiek Domein

VNG Realisatie
Informatieadviseur Fysiek Domein

Interim Teammanager

JS Consultancy
Interim Teammanager

BB Was het beeld dat uit het onderzoek oprijst van de voorbereidingen op de Omgevingswet voor jullie zelf verrassend?

AH 

Hoenderdos:  ‘Ons verraste positief dat in de aanloop naar de Omgevingswet op ambtelijk niveau al heel veel gebeurt. De overheden lijken wat hun eigen takenpakket betreft wel klaar voor de Omgevingswet. Ook aan overlegtafels wordt veel geoefend. De gemeenten, de provincie en het waterschap weten elkaar goed te vinden, ambtelijk en bestuurlijk. Wat ons anderszins verraste is dat de volksvertegenwoordiging nog niet zo ver is. Die zijn onder de nieuwe wet kaderstellend en controlerend. Daar moet nog een tandje bij. Zeker gezien de recente gemeenteraads- en Staten- en waterschapsverkiezingen. Er zitten veel nieuwe mensen. De betrokkenheid daar blijft duidelijk achter.'

BB Erkende knelpunten bij de Omgevingswet zijn het DSO en het personeelsgebrek. Waarom hebben jullie die niet uitgebreider in het onderzoek meegenomen?

Hoenderdos: ‘Er wordt op die punten vanuit het rijk al veel gemonitord. We hebben vooral gezocht naar de toegevoegde waarde van ons eigen onderzoek. We stippen het DSO wel aan. Want zonder een goed functionerend digitaal stelsel is het lastig om het allemaal goed op de rails te krijgen. Maar de insteek van ons onderzoek was echt de interbestuurlijke samenwerking bij projecten en waar die mogelijk zou kunnen gaan schuren.’

BB Speelt dat personeelsgebrek ook niet een rol bij de interbestuurlijke samenwerking?

Hoenderdos: ‘Daar hebben wij niet naar gekeken. Maar we hebben vanuit ons onderzoek ook niet zelf een signaal gekregen of en hoe dat in Flevoland speelt. Het probleem wat wij echt zagen was de volksvertegenwoordigers die een sterkere rol moeten krijgen.’

BB Hoe zouden de Staten en raden beter op de Omgevingswet kunnen worden voorbereid?

Hoenderdos: ‘Er worden informatiebijeenkomsten gehouden om te zorgen dat de volksvertegenwoordigers allemaal op hetzelfde kennisniveau komen.’
Douglas: ’Maar er is meer nodig. De raden zullen anders moeten gaan werken. Ze zijn er al 150 jaar op gericht dat elke overheid haar eigen werk zo goed mogelijk doet. Maar straks bellen burgers aan bij één deurbel en het zal hen een worst wezen dat daarachter verschillende overheden schuilgaan. Hen is beloofd dat er een snel, eenduidig antwoord komt. Dat vergt van iedereen dat er in alles over samenwerken wordt gedacht: bij ambtenaren, bij bestuurders, maar zeker ook bij de volksvertegenwoordiging. Dat is een compleet andere werkwijze.’ 

BB Hoe reëel is het dat die werkwijze bij de invoering van de wet op 1 januari aanstaande al is geland?

Douglas: ‘Het uitgangspunt is dat er op een initiatief van een burger of bedrijf tijdig een democratisch antwoord moet komen. Dat is binnen acht weken. Bij uitzondering mag dat worden opgerekt tot veertien weken. Dat vereist dat overheden aan de voorkant alles zo inregelen dat die acht weken kunnen worden gehaald. We krijgen te veel signalen dat dat moeilijk wordt.’

BB Moet de geest van de Omgevingswet nog meer indalen?

Douglas: ‘Het grote voordeel van Flevoland is dat er wel een cultuur is gericht op samenwerking. Maar nu moeten de instrumenten op elkaar gaan aansluiten. We roepen de volksvertegenwoordigers op om nu al  te kijken naar hun afzonderlijke procedures en kaders om te zien waar ze onderling botsen. En ga oefenen, oefenen, oefenen. Ambtelijk en bestuurlijk gebeurt dat al. Qua volksvertegenwoordiging nog niet.  

BB Is de beslistermijn van acht weken überhaupt wel reëel?

Van der Meulen: ‘We hebben geen experimenteel onderzoek gedaan om te toetsen of die acht weken gehaald gaat worden. Maar de inschatting is dat die onder druk zal komen te staan. Juist omdat er interbestuurlijk nog onvoldoende afspraken gemaakt zijn en te weinig procedures zijn ingericht. De basis is goed, maar er moet nog een structuur worden neergezet om tempo te maken.’

BB Ambtelijk wordt volop geoefend in een speciaal provinciaal platform voor de Omgevingswet. Kunnen volksvertegenwoordigers daar niet bij aanhaken?

Van der Meulen: ‘Dat platform is nu inderdaad ambtelijk. Er wordt veel mee geoefend, ook met ingewikkelde casussen in de vorm van een spel. Het lijkt ons ook voor de volksvertegenwoordigers een handige manier om elkaar te ontmoeten.’

BB Jullie onderzochten verschillende decentrale overheden: gemeenten, een provincie en een waterschap. Zagen jullie significante verschillen?

Douglas: 'Het beeld loopt per individuele overheid niet heel erg uiteen.  Maar ook al is maar een van de overheden niet goed aangehaakt bij de samenwerking, dan valt alles in het water. Wanneer de burger aanbelt met een ingewikkeld verzoek en de termijn van acht weken begint te lopen, dan haal je het alleen met een goede onderlinge samenwerking.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie